11. Aangenomen werk.
In de uitdr. het is geen aangenomen werk, het heeft zoo'n haast niet, het is geen werk dat op een bepaalden tijd moet gereed zijn; Harrebomée II, 453: Het is geen aangenomen werk, gij behoeft u niet te haasten; Fri. it is giin oannommen wirk. Vgl. mnl. taswerc, 17de eeuw en Zaansch hoopwerc, in de uitdr. tasweerc, raschweerc; 't is geen hoopwerk (Ndl. Wdb. VI, 1077; Boekenoogen, 343). Syn. Het is geen rouwgoed dat het afmoet.