Verzamelde gedichten. Deel 2(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 216] [p. 216] Het Juweel 't Kwam bloot te liggen bij een aardverschuiving, Gevonden door een zijdekaravaan, Was 't kostbaarst kroonsieraad van iedren Khan, Tot 't rijk teloorging in een zandverstuiving. 't Lag in vergeten tombe eeuwen lang, Het koningslichaam was ver in ontbinding - Toen men het graf schond en 't aan 't daglicht kwam, Schonk zijn glans onverminderde verblinding. Geen koning kon 't meer koopen; een bankier Ontsloot zich met zijn straalkracht het gemoed Van een beeldschoone, engelreine vrouw. Zij draagt het op haar boezem, even fier Gewelfd na zijn vuig kussen - evengoed Zweert een graalridder aan haar kuischheid trouw. Vorige Volgende