toelichting |
Het gedicht staat op p. 496-497 van Six' Poësy. |
|
annotatie |
|
|
1 |
verhoogh: verheffe |
2 |
dan se plagh: dan ooit |
4 |
den doodsheir: de Overwinnaar (Heer) van de dood |
6 |
verwachten: opwachten, verwelkomen |
7 |
springht: vgl. ook de van vreugde springende bergen in Psalm 68:17 |
|
de bergh en 't olibosch: de Olijfberg met zijn bomen (Handelingen 1:12) |
8 |
Wat [...] al soomerblos?: Hoeveel zomerse bloesem ... niet! (wnt ii, ii, 2925) |
10 |
bromt: galmt |
13 |
Het helheir: De legermacht van duivelen |
|
krocht: kreunt |
16 |
den palm: de overwinnaarspalm |
17 |
Wyl dat: Terwijl |
18 |
ontmoeten: tegemoetklinken |
21 |
keelen: zangstemmen |
|
daalen: naar beneden klinken |
22 |
't Verheeven oogh: 't Opgeheven gelaat |
25 |
Isais soon: David, zoon van Isaï (Isais is blijkens het metrum tweelettergrepig) |
26 |
Van: Door |
|
kroon: vorst, koning |
27 |
uit d'olibooren: met olie uit zijn hoorn (i Samuel 16:13) |
28-31 |
Naa ... feest: Vierde, toen zijn volk de ark van het verbond naar haar door God aangewezen vaste plaats droeg, nadat hij de Filistijnen had verslagen, zeker een feest (vgl. 2 Samuël 5 en 6). Dat de vaste plaats van de ark (nl. een tent) door God gekozen was, blijkt uit Zijn verbod aan David een tempel te bouwen (2 Samuël 7). |
31 |
hoogen dagh: plechtige feestdag |
33 |
binnen Salems paalen: binnen de grenzen van Jeruzalem |
34 |
Die: nl. die bondkist |
34-36 |
maar ... seegepraalen: maar dat vieren van de overwinning verschilt evenveel (van het in de hemel gevierde feest) als het Goddelijke verschilt van het mensclijke |
37 |
Die heilge kooningh: Die door God gekroonde koning David |
37-39 |
naa [...] Sprak: sprak, nadat |
38 |
in 't gespannen perk: binnen de tent die voor de ark was neergezet |
41-42 |
een kan ... gekreegen: een kan vol (uit druiven gewonnen) wijn (vgl. 2 Samuël 6:19) |
43 |
Davids soon: Jezus (niet de tempelbouwer Salomo) |
44 |
syn vaaders: God de Vaders |
46 |
voller macht: een hoger macht (dan die van David, die slechts voedsel en drank gaf) |
47 |
meest: bovenal |
50 |
staroogh: houd de blik gericht |