25 |
rost: jakkert (‘rossen en reizen’ is een vaste combinatie, wnt xiii, 1408, deze plaats) |
27-28 |
die naa de boonen, Genaamt zyt: Fabius is immers een latinisering van Boonaert of Boonaerts, 's priesters eigenlijke achternaam (Michels, 1964, p. 199) |
28 |
als Romeinsche soonen: nl. als de ‘gens Fabii’ |
29 |
tongh: taal |
|
grypt stal: heeft postgevat, een goede verblijfplaats heeft gevonden (wnt xv, 511, deze plaats) |
30 |
het al: nl. van alle planten in de tuin (met een toespeling op Mattheüs 13:3) |
31 |
Uw naam: lijdend voorwerp |
|
Nineve: het stadje Ninove en zijn kloostertuin (onderwerp) |
31-32 |
doen klimmen, By: even bekend en geacht doen zijn als |
32 |
Dodoneus: de beroemde kruidkundige Rembert Dodoens of Dodonaeus, schrijver van het Cruydtboeck (1554) |
|
langs: tot aan |
33 |
om het Rond: de wereld rond |
34 |
den grond: nl. de stad Nineve |
35 |
Ninus: de koning van Assyrië |
36 |
't Plat: Het terras van de vermaarde hangende tuinen van Babylon |
|
Semiramis: de vrouw van koning Ninus, die de stad Babylon zou hebben gesticht |
37 |
hooge groenten: in de lucht groeiende gewassen |
39 |
Verliesen: persoonsvorm, met r. 34-38 als onderwerp |
40 |
de Dender: het riviertje waaraan het Vlaamse Ninove ligt (in contrast met de Tigris, waaraan Nineve en de Eufraat, waaraan Babylon was gelegen) |
41 |
Dit Nineve: Dit Nineve (in contrast met het in r. 34-35 bedoelde) |
42 |
in den naam versint: zich in de naam vergist, dwz. Ninove met Nineve verwart |
43 |
stok: stokoude bejaarde (vgl. ook ‘bonestok’) |
|
dus: al zo |
44 |
moet: moge |
45 |
bloeit, na 's menschen wys: naar menselijke maatstaven vast en zeker zult bloeien |
46 |
Van [...] in: Vanaf ... tot in |
|
't aardsch: vgl. r. 14 |