toelichting |
Het gedicht dateert waarschijnlijk van het najaar van 1652 (vgl. r. 43-50). Bij het begin van de eerste Engelse oorlog (juli 1652-1654) werd door de Staten-Generaal een wekelijkse bededag voorgeschreven. Tijdens de op die dag te houden predikatie moest het werk stilgelegd en moesten de winkels gesloten worden. Deze bedestonden werden het gehele jaar en ook het daaropvolgende jaar wekelijks gehouden (Kist ii, 1849, p. 194). Van een aparte Amsterdamse bedeavond, waar Six van spreekt, is mij niets bekend. Is deze bedeavond een niet opgevolgd advies van Six? Het gedicht staat op p. 445-448 van Six' Poësy. |
|
annotatie |
|
|
2 |
teerend: dwz. water-verdampend |
4 |
saad: geslacht |
5 |
bestiert: geleid |
6 |
viert: huldigt, eer aandoet |
7-8 |
Die [...] Dees: De een ... De ander |
8 |
van den afgrond: uit de hel |
10 |
Der sinnen, in het herssenkoor: dwz. Dat toegang geeft tot de redelijke vermogens, die in koor in de hersenen gelegen zijn |
11 |
blaasen in geneegentheit: zij blazen (ieder) een aandrift in |
14 |
loont, met ongeneught: beloond wordt met smart |
15 |
De goede geest: de zin wordt eerst opgevat in Vertrekt (r. 24) |
15-16 |
van borgery Gehoor geweigert: naar welke de burgers niet wilden luisteren |
17 |
hy: nl. het Y, Amsterdam |
|
syn heilgen raad: dwz. zijn eerbiedwaardig stadsbestuur |
18 |
Voor oogen draaght het daaghliks quaad: Dagelijks geconfronteerd wordt met het kwaad |
19 |
vaader, soon, en bloedverwant: dwz. eenieder |
20 |
Op 't luistren naa: Door het wèl gehoorgeven (van eenieder) aan |
|
de slinksche kant: nl. die van de boze geest |
21 |
voor wind: voorspoedig, met de wind mee |
22 |
op: door toedoen |
23 |
Om zulk verlies vergramt, met smart: En (de goede geest) die door dat verlies (aan zielen) boos en verdrietig is |
24 |
hardnekkigh: in het kwaad volhardend |
25-26 |
naademaal [...] dat: aangezien |
27 |
vergalt: in werkelijkheid bitter |
28 |
gevalt: bevalt |
30 |
U oovergeevende uw begeer: U overlatend aan uw door uzelf gewenste lot |
31 |
Het teiken: Het teken, waaruit blijkt |
34 |
Uw: U |
35 |
Met: Tegelijkertijd (met het einde van deze aanspraak, r. 25-34) |
|
dat Heemelsch licht: nl. de goede geest |
36 |
daagen: licht geven. De kaars wordt hier geassocieerd met de boze geest (vgl. r. 97 hieronder). |
37 |
dartle: wulpse |
|
goude: dwz. door geldzucht verdorven |