toelichting |
Het gedicht bezingt Jan van Galens overwinning in de zeeslag bij Livorno (14 maart 1653), die een einde maakte aan de Engelse suprematie in de Middellandse Zee. Het is kennelijk geschreven vóór het bekendworden van Van Galens dood: hij bezweek op 23 maart aan zijn verwondingen. Het gedicht staat op p. 435-436 van Six' Poësy. |
|
annotatie |
|
|
titel |
Jan van Galen: de zeeheld Jan van Galen (1604 - 23 maart 1653) |
|
vryheer: bevrijder en gebieder (vgl. wnt xxiii, 733) |
2 |
voor vroom, en stout: voor rechtschapen en dappere daden |
3 |
't brein: het hoofd |
|
met boegen van fyn gond: met een fijngouden kroon van boegsprieten, een ‘corona rostrata’ (vgl. gedicht no. [342], r. 138) |
4 |
Vereere: Mag ... leveren |
|
swaanewieken: zwanevleugels, dwz. de vleugels waarop een dichter zich verheft, zijn versregels |
5 |
Maar: dwz. Maar het mag zo zijn, dat ... dat wèl doen! |
9 |
opgewassen, in de baaren: in de golven, op zee opgegroeid. Van Galen was vanaf 1630 het ‘Zeehopmanschap’ opgedragen en hij had bijvoorbeeld reeds deelgenomen aan de slag bij Duins in 1639 (Knuttel 7512 (1654), p. 6 en p. 24-26) |
10 |
Gevoestert voor: Opgekweekt voor de strijd tegen |
|
Kastiljes: Spanjes |
11 |
in de straat: in de Straat van Gibraltar |
12 |
myn rymbasuin: subject bij vermaaren (Van Galen, r. 9, object) |
|
vermaaren: de roem van ... trompetten |
13 |
in 't aansien van Florencen: in het zicht van Florence. De slag vond plaats voor de kust bij Livorno. |
14 |
Gibraltars gorgel: de keel bij de mond van Gibraltar, dwz. de hele Middellandse Zee |
|
vlot: drijvend |
15 |
forts: fors |
|
den [...] behemot: het monsterlijk grote ... dier (Job 40:10) |