[257] Antwoord, op mijn klinkdicht, van Rynbrand Anslo, te Rome (p. 438)
toelichting |
Anslo schreef dit gedicht in antwoord op Six' sonnet afscheid uit rome (no. [80]). Het dateert van december 1650. Joan de Haes, de samensteller van Anslo's Poëzy (Anslo, 1713), zal het uit Six' bundel hebben overgenomen in zijn uitgave (het gedicht aldaar op p. 277, onder de titel Aan den Heere J. Six Van Chandelier). Anslo's gedicht staat op p. 332-333 van Six' bundel. |
|
annotatie |
|
|
1 |
deed een loosen trek: heeft zich aan verwerpelijke onwaarachtigheid schuldig gemaakt (met een toespeling op trek in de zin van ‘streek, haal’ etc. in de schilderkunst, wnt viii, ii, 2900 en xvii, i, 2412 en 2424). Anslo lijkt zich hier te vergissen. Een anecdote over een schilder die het bedoelde gebrek van Alexander de Grote zou hebben verdoezeld, is mij althans niet bekend geworden. Het is mogelijk dat Anslo enkele anecdotes over kunstenaars aan het hof van Alexander verwart en dat Six hem tussen de regels van zijn antwoordgedicht hierop wijst (vgl. de annotatie bij r. 21 van het op dit gedicht volgende gedicht no. [258]). Een opvatting van deed als ‘zou zich ... schuldig maken’, waarbij Anslo niet op een historisch, maar op een mogelijk toekomstig feit zou doelen, lijkt in tegenspraak met de stelligheid van Zoo doet ghy ook, o Six in r. 9. |
| |
2 |
Alexanders scheeven nek: Plutarchus' biografie van Alexander (iv, i) prijst de beeldhouwer Lysippus, omdat zijn standbeeld van Alexander de lichte buiging in diens nek zo fraai zou hebben weergegeven. Uit de Moralia (335 b) van dezelfde auteur blijkt dat Lysippus' beeld schuin naar de hemel opzag (vgl. r. 4-5 hieronder). In deze passages is dus echter geen sprake van verdoezeling, maar juist van levensechte weergave en niet door een schilder, maar door een beeldhouwer. |
3 |
Bedekte: Aan het oog heeft onttrokken, Heeft verdoezeld |
3-4 |
als [...] Afschildert: bij het portretteren van |
3 |
dien werreldvooghd: die heerser over een wereldrijk |
4 |
zoo: op zo'n wijze |
|
beooght: de blik wendt naar |
5 |
in zulk gelaat: in zo'n houding (wnt iv, 1026) |
6 |
misstal: gebrek (wnt ix, 868) |
7 |
als [...] dekt: bij het verhullen van |
|
een schutjen: een bedekkinkje |
8 |
Het ... strekt: Wat aan zijn uiterlijk schoon afbreuk doet, Wat hem niet flatteert |
10 |
maalt: schildert |
|
zulken schildery: nl. een dergelijk ‘schilderij’ (nl. een gedicht waarin mijn gebreken verdoezeld worden) |
11 |
schoon of: hoewel |
14 |
neem [...] aan, voor gunst: accepteer ... (alleen) als blijk van uw welwillendheid |
16 |
sie my self: dwz. zie mijn naam staan |
|
|