annotatie |
|
|
titel |
den selven: hemzelf |
1 |
Een sinryk geestigh dichter: Een geestrijk dichter die zich gelukkig van de taal bedient |
1-2 |
nam Syn oorspronk: is zo geworden |
2 |
mam: borst |
5 |
die borst: die jongeman, nl. Jan Vos (geboren in 1610 of 1611, vgl. Vos, 1975, p. 5) |
6 |
wyl: terwijl |
6-7 |
niet kan, Dan: niets anders kan, dan (Vos was van beroep glazenmaker) |
8 |
Toestoppen: Weer dichtmaken |
|
was: altijd is geweest |
9 |
van: sinds |
10 |
Maar: Alleen maar |
11 |
verbaast, en suft: zich verwondert en perplex staat |
12 |
Wan: Als |
|
syn staatich diep vernuft: de voorname en diepzinnige voortbrengselen van zijn dichterlijk vernuft |
13 |
het moordtooneel: met moorden gevuld toneel. Op twee na worden alle hoofdrolspelers in Vos' stuk gedood (Vos, 1975, p. 55). |
14 |
een zoo Godlik treurgespeel: een zo hoogverheven vertoning van een tragedie (wnt xvii, ii, 2681 verklaart dit treurgespeel echter als: treurspel) |
15-18 |
Dat ... eer: Dat Griekenland de eerste leermeesteres van de dichter (nl. de moederborst, vgl. r. 1-2) en dat Rome de vergeten (nu te weinig gewaardeerde) les van die leermeesteres in hun vroegere ere willen herstellen, met dit treurspel, dat zij bewonderen, als uitgangspunt |
20 |
eige: passende, geëigende (of bedoelt Six dat de woorden oorspronkelijk zijn, niet ontleend aan iets anders dan de moeders mam?) |
21 |
braaf: edel |
22 |
aan hoogh, en eedel bloed: in Aran en Titus worden bijvoorbeeld de vrouw, de beide zoons en de broer van keizer Saturninus vermoord. |
23-24 |
Maar ... geweest?: Maar welke god was het, grote geest, die u toen (bij het schrijven) tot orakel heeft gediend (dit dichtwerk heeft ingegeven)? |
26 |
Op Hollandsch: In het Hollands |
27 |
Hy bracht geen braaver spraak, ter baan: Dan had hij geen edeler taal kunnen laten gebruiken |
28 |
Dan uwe pen, als Kiliaan: Dan die van uw pen, die even edel is als de taal van Kiliaan, de taalgeleerde en woordenboekmaker (1528 of 1529-1607) |
29 |
strykt men seegen van: overwint men |
30 |
slechtaards: nederige talenten |
|
achter oover smyt: dwz. doet vergeten |
31 |
Vergeetens euvel swaard: Het zwaard van de nare vergetelheid |
32 |
Een geest van geen onsterflik hoofd: Een waar dichter niet van (het hoofd van) zijn onsterfelijkheid |
33 |
de freev'lige Tibeer: de boosaardige keizer Tiberius |
34 |
zoo een smid: nl. net zo'n glaswerker (als Vos). Een Romeinse glasblazer had een buigzaam glas ontwikkeld en demonstreerde zijn uitvinding aan Tiberius. Hij wierp een kom van het materiaal op de grond |