[87] Op het overlyden van Fredericus Kesselerus. Leeraar der Gereformeerde Gemeinte (p. 89)
toelichting |
De predikant Friedrich Kessler of Fridericus Kesslerus stierf op 15 september 1650 (Vos, 1903, p. 379). Six ontving het bericht van zijn overlijden tijdens zijn reis door Italië (vgl. gedicht no. [264]). Dit gedicht staat op p. 44 van zijn bundel. |
|
annotatie |
|
|
1 |
Des kerks asuure kap: De blauw-leistenen kap van de Nieuwe Kerk in Amsterdam. De kerk brandde af op 11 januari 1645, door onvoorzichtigheid van loodgieters die aan het dak werkten (Montanus, 1665, iv, p. 62). |
|
woei wegh, aan: ging op in |
3 |
bevroos, by 't vuur, in 't bloed: verstarde in het bloed, alsof zij bevroor, al was er toch vuur |
4 |
schaalidekkers: leidekkers- (wnt xiv, 227, deze plaats) |
|
van Gods toorn geklonken: door Gods toorn geslagen (als met een vuursteen, wnt vii, ii, 4115) |
5 |
vernieuwt: hersteld, wederopgebouwd |
|
dan ooit geblonken: dan waarmee zij ooit gepronkt had (of: dan ooit (waar ook) geblonken heeft?) |
6 |
Verloos ... voet: Verloor hem, die haar preekstoel bij de eerste dienst inwijdde. Kessler had op 10 juni 1648, bij de eerste dienst in de herbouwde Nieuwe Kerk, gepreekt (Evenhuis i, 1965, p. 271). |
| |
7 |
uit, en inwendigh goed: goed in gedrag en innerlijk |
8 |
Besweek: Ontviel (wnt ii, ii, 2521) |
|
om: door, wegens |
9 |
duuren: zwaar vallende |
|
baat: is het nut van |
10 |
konstge: fraai gebeeldhouwde |
11 |
wat Apostel: welke voorganger |
|
pleeght weer: zal ... hervatten |
12 |
Hoe ... verkerven?: Hoezeer moet het toornig vuur van God nu wel niet vlammen wegens onze misdragingen, onze zondenl (wnt xx, 199, deze plaats) |
13 |
ryst [...] op: doet ... oprijzen, bouwt ... op |
|
in 't maaneperk: in de lucht van het ondermaanse (wnt ix, 32, deze plaats: ‘waarschijnlijk de baan der maan om de aarde’) |
14 |
van om hoogh: als geschenk uit de hemel (dwz. niet van omlaag, zoals de kerk wordt opgebouwd en van veel hoger dan 't maaneperk) |
|
verwerven: krijgen |
|
|