3 |
hoofden: hoofdsteden |
|
bestuurt naa hunnen wil: dwz. die elk autonoom zijn |
4 |
dat: dát hoofd, nl. Rome |
|
dry kroonen: nl. in de vorm van de tiara, de drievoudige pauselijke kroon (vgl. Dry hoofden) |
5 |
dien werreldgod: die ‘god op aarde’, de paus |
|
dry werreldweegen: in drie windrichtingen, over drie werelddelen (nl. Azië, Afrika en Amerika) |
6 |
Syn kloosterduiven: dwz. Zijn missionarissen |
6-7 |
om ... bril: om te kijken of het water van het bedroevende ongeloof van de heidenen, die nog niet goed zien (die nog geen weet hebben van het christendom, vgl. wnt iii, i, 1376), al is gezakt. De beeldspraak stelt de paus voor als een tweede Noach, die zijn duiven uitzendt om te zien of de zondvloed van het heidendom al wat gezakt is. De metaforiek maakt een toespeling op het wapenschild van Innocentius x, dat een duif met een olijftakje vertoont (Galbreath, 1930, p. 97-98). |
8 |
Die Afgod: nl. De paus |
|
kruiste my: kruiste ... mijn weg (zodat ik hem sach, r. 5) en bekruiste mij (wnt viii, i, 451 en 452) |
9 |
wat al: hoeveel |
|
Tyters: minnaars als Tityrus. De herder Tityrus verklaart (in Theocritus' derde idylle) dat hij ook behagen kan scheppen in een zonder liefde geschonken kus van de herderin Amaryllis. De met beide namen opgeroepen arcadische sfeer sluit zich aan bij het beeld van de ram en de schapen (r. 10). |
10 |
streelen: liefkozen, bedrijven de liefde met |
|
ook als een Ram de Schaapen: dwz. zelfs door haar van achteren te bespringen (vgl. r. 11) |
11 |
Galate: een geliefde als de kuise nereïde Galatea, voor wie Polyphemus een onbeantwoorde liefde had opgevat (Theocritus' elfde idylle) |
|
vry van Sodoms brand: zonder het vuur (van de wulpsheid èn de bestraffing) van Sodom te voelen. In Six' tijd was ‘sodomie’ de aanduiding voor een verscheidenheid van sexuele handelingen (met name anale coïtus). Dit blijkt onder meer uit de werken over het strafrecht van de Hollander Jodocus Damhouder (1601) en de Duitser Benedict Carpzow (1635) (Bleibtreu-Ehrenberg, 1970, p. 370-375). |
12 |
mach: kan |
|
duure: kostelijke (ook in de zin van ‘kostbare’, nl. zonder verdere arbeid doorgebrachte? Vgl. wnt iii, ii, 3684) |
|
vergaapen: besteden door de stad met open mond te bezichtigen |
13 |
d'oude trotse stand: nl. de in het oude Rome heersende geslachten, de ‘gentes’ waaruit de consuls werden gekozen |
14 |
stoft: pocht |
|
't pakhuis van de Paapen: nl. Rome |