annotatie |
|
|
1 |
Dit lieve blok zoo sneenet op te hulden: Voor het met snijwerk zo keurig opsieren van dit lieve blok hout (wnt xi, 877-878, deze plaats: ‘de onjuiste vorm ophulden’) |
2 |
O leeger beurs: O, beurs die daardoor leger is geworden (‘aanslag op mijn beurs’) |
|
een dubloen: een Spaanse gouden munt, in 1606 gerekend op 6 guldens en 17 stuivers (wnt iii, ii, 3547, deze plaats) |
3 |
een dubbele: nl. een dubbele dubloen |
|
van doen: nodig |
5 |
waarom moet Korinthen nu niet dulden: waarom zou Corinthe nu niet kunnen verdragen, dat ..., dwz. ik zou geen argument weten waarmee Corinthe nu zou kunnen betwisten, dat ... |
6 |
goed fatsoen: mooie vorm |
7 |
Haar Venus: Haar Venusbeeld, nl. Het beeld in de Afroditetempel in Corinthe. Behalve een Afroditebeeld stond in deze tempel ook een beeld van Eros, gewapend met een boog (Pausanias ii, v, 2; vgl. r. 11 hieronder) |
|
voor welke: voor welk beeld |
|
Achaje: dwz. de inwoner van Achaea, ‘heel Achaea’ (heel Griekenland) |
|
toen: indertijd |
8 |
Ten offer quam: Kwam offeren |
|
met minnelyke schulden: als het op het gebied van de liefde een schuld te vereffenen had |
13 |
't: nl. dit pronkbeeld |
|
sin: geest |