toelichting |
Blijkbaar richt Six zich in dit sonnet tot een aanbeden Spaanse schone, die hij stelt boven de Antieke Helena. Om redenen van betamelijkheid ziet hij af van verdere toenadering tot haar. In eerder instantie heb ik de aangesproken Helena thuisgebracht als een Hollandse schone, die de dichter alleen in zijn gedachten zou zijn verschenen toen hij in Sanlúcar was (Jacobs, 1989, ii, p. 163-164), maar ik geef nu de voorkeur aan de hier gegeven interpretatie, waarnaar Prof. Dr. E.K. Grootes en Dr. H. de Vries mij de weg wezen. Het sonnet staat op p. 28 van Six' bundel Poësy. |
|
annotatie |
|
|
titel |
s. lukas: Sanlúcar de Barrameda, een havenstadje nabij Cádiz |
1 |
Argoolsche: van origine Griekse |
|
spellen: vermelden, noemen (wnt xiv, 2730) |
2-3 |
wat Heleen, Of: wat er zou gebeuren als (de Antieke) Helena(?). De structuur van de zin op deze plaats is mij niet volkomen duidelijk. |
3 |
in Andalusy, dat Paradys: in Andalusia, die paradijselijke streek |
4 |
het ingewand strax quellen: onmiddellijk mijn innerlijk pijnigen |
5 |
naa uw oogeschellen: naar uw oogleden (uw ogen) |
6 |
dat paar: die twee ogen |
7 |
't bloosend blanke veld: dwz. uw blanke gezicht met blossen |
|
met syn volkoomentheên: met zijn perfecte kwaliteiten |
8 |
Zoo: Dan |
|
myn leever meer ontstellen: dwz. mijn hartstocht veel heviger aanwakkeren (de lever werd gezien als de zetel van verschillende gemoedsaandoeningen, vgl. wnt viii, i, 1816). De aanblik van de Spaanse Helena brengt Six dus meer in verwarring dan zijn gedachten aan de Antieke Helena (vgl. r. 2-4). |
9 |
miesemees ik bang: zeg ik bang, met een huilerig vertrokken gezicht (wnt ix, 415, deze plaats) |
10 |
beluistert: zult bemerken |
|
stomme: geen geluid voortbrengende |
|
spreeken: te kennen geven |
11 |
't uitgeslaagen vuur: de op mijn gezicht zichtbaar wordende vuurrode blos |
|
als verraân: die ... als het ware verraden worden (wier zwijgzaamheid als het ware verbroken wordt) |