Gedichten (2 delen)
(1991)–Joannes Six van Chandelier– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 551]
| |
[327] Prins Freedrik Hendrik, de schild des vaaderlands.aant.Het land, dat tirannye, en wreevel
Des bloedhonds, en onmenschelyk gekneevel,
Van Alba heeft ontschudt haar teedren hals:
Dat land, een handje lands, uit zoo veel ongevals,
5[regelnummer]
Van mosterdsaad, gegroeit, tot takken,
Die, aan gestarnte, Oranje blaaders plakken,
Heeft nergens, langs de son, een son, die haar verdooft.
Geen Vorst, of Kooningh van veel ryken,
Die haar, in macht, of rykdom, mach gelyken,
10[regelnummer]
Zoo langh de vroome, en wyse, en dappre held
Prins Freederik, die, op syn tanden, Flips geweld
Afstuit, in 't leeven is. Haar Staaten,
Op zulken arm, en veldheer der soldaaten
Zoo trots, gelyk een onverwinbre Leeuw,
15[regelnummer]
Doorklinken Spanjes hof, met tartende geschreeuw,
Kom, Spanje, kom hooghmoedigh Spanje:
Kom, vleegels, kom, wy schuilen, langs Oranje.
|
|