10
Thomas Arentz (vert.): Racine, Ifigenia,
Amsterdam, 1683. ‘Aan den leezer’.
Thomas Arentz (1652-1701) was makelaar te Amsterdam, tevens
toneeldichter en schrijver van gelegenheidspoëzie. Werd na zijn
eerste toneelstuk uit 1679 lid van Nil. Zijn Ifigenia werd door dit genootschap uitgegeven en in de schouwburg
opgevoerd. Zie hierboven no. 8 voor de tegenvertaling van J. Dullaart; voor
Arentz zie Winkel, 1890.
Dit Treurspél, na het Fransch van de Heer Racine verduitscht, is,
eenige tyd geleeden, door J Dullard vertaaldt, in 't licht gegeeven,
evenwél is het tégenwoordige, niet zonder zyn
kénnis, by ons Kunstgenootschap al onderhanden geweest, eer het zyne
gedrukt wierd, én lichtelyk eer hy het begonnen hadde over te
zétten.
Wy hébben de vryheid genomen, hier én daar meer persoonen
in 't Spél te voeren, om het toneel te vullen, alzo wy
gemérkt hébben dat het zélve doorgaans behaagt,
dóch het laatste Bedryf hebben wy, daar en boven, zélf
mét eenige Tooneelen vergroot; vermits wy oordeelden dat het den
aanschouweren meer genoegen zoude geeven, Ifigenia mét haaren
Achilles weéderom van het outer te zien keeren, na dat zy (gelyk het
de Heer Racine stélt,) het gevaar dés doods ontkomen was,
als het zélve aan haar Moeder, in de uiterste benaaudheid om haar
Dóchters gevaar zynde, door Ulisses te hooren verkonden, daar hy, 't
geheele spél door, zich haar vyand heeft getoont, én
alleen heeft toegeleid om Ifigenia te zien dooden; zo dat men hém,
die zonder eenig blyk, óf ander getuigenis als het zyne, haar
verlóssinge beként komt maaken, mét
réden van logenen verdacht kan houden, én twyffelen,
óf het in der daad zo zy; én óf hy haar niet
bedriegt. En dewyle zulks in 't speelen behaagd heeft, hebben wy hier raadzaam
gevonden het zélve in het Drukken te veranderen.