Christus en cultuur
(1978)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd§ 14. Om deze oorspronkelijke dienst weer mogelijk te maken, komt Christus twee dingen doen: Een rechtsstrijd voeren (in het midden van de geschiedenis voldoen aan Gods straffende en eisende gerechtigheid) en een krachts-strijd voeren (in de loop van de geschiedenis de druiven rijp stoven voor Gods toorn-bediening en de nieuwe mensheid toebereiden tot de dienst van God).Want om deze oorspronkelijke dienst van God voor mensen weer mogelijk te maken, en om rechtens, zowel als feitelijk, aan God zijn wereld en zijn werkgemeenschap weer te geven, daartoe komt Christus twee dingen doen. In de eerste plaats komt Hij de toorn van God verzoenen. Hij doet dat in volkomen verbondenheid aan God zelf, die van de ‘katallagè’ (de verzoening) het subject is: God was in Christus de wereld met zichzelf verzoenende. ‘In Christus’ was Hij van | |
[pagina 51]
| |
deze katallagè énig Auteur. Want de eeuwig brandende haatGa naar voetnoot86)Ga naar margenoot+van God tegen alle zonde kan zijn postulaten met die van zijn eeuwig vlammende barmhartigheid geenszins in harmonie behouden, tenzij in de tijd (in het zogenaamde midden van de geschiedenis) aan de straffende gerechtigheid voldaan wordt, alsmede aan de eisende.Ga naar voetnoot87) De straffende vordert een volkomen verdoemenis van de schuldige; de eisende verlangt nog steeds een ‘in het lichaam’ (dat wil zeggen in die spanne tijds, waarin een mensenleven verloopt) geschiedend ongerept gehoorzaamheidsbetoon. Daarom stelt de Christus ten overstaan van deze dubbele gerechtigdheid zich Borg. En volbrengt Hij ook de borgtocht. Zo brengt Hij in de tijd de door toorn zowel als liefde in God actueel gekende en gewilde rechtsbeslissing; ❘Ga naar margenoot+met zijn betalend bloed koopt Hij het vernieuwingsrecht voor de nu ‘nieuw’ genoemde mensheid van God; ze heet nu: zijn verloste, zijn christelijke gemeente, en is uit en met Hem erfgename van het eeuwige leven. Maar aangezien dat eeuwige leven (evenals de eeuwige dood) voor Hem en voor alle mensen reeds hier een aanvang nam of nemen moet, hier in deze ‘cultuurwereld’, daarom doet Hij nog een tweede ding. Alle leven en alle dood wordt nu aan Hem in | |
[pagina 52]
| |
Ga naar margenoot+ administratie gegeven, omdat ze door de rechtsconstitutieve betaling van Hem zelf in ‘het midden van de geschiedenis’ in hun eeuwig-zijn bepaald blijven. Zo bedient Hij de eeuwige dood als Christus-vonnis-van-doem aan wie in hun historisch bestaan van zijn rechtsbeslissing zich vervreemden (waartoe zij ook ‘gezet’ zijn). Maar Hij bedient het eeuwige leven als Christus-vonnis-van-vrijspraak aan wie in hun historisch bestaan aan zijn rechtsbeslissing vertrouwend zich overgeven (waartoe zij ook ‘gezet’ zijn).Ga naar voetnoot88) Dus komt Hij door zijn Heilige Geest (die het ‘midden van de geschiedenis’ naar het ‘einde’ werk-dadig heenstuwt) twee dingenGa naar voetnoot89) doen. Aan de ene kant zal Hij in de cultuurwereld de druiven van de aarde rijpstoven om vertreden te worden in de wijnpersbak van Gods toornbediening. Aan de andere kant komt Hij door dezelfde Heilige Geest, ‘in’ wie Hij zelf de ‘duizend jaren’ van zijn eigen vredesheerschappij ‘voldraagt’, de door Hem gekochte arbeidsgemeenschap en ambtsgemeenschap van God toebereiden tot de arbeid en de dienst van God, opdat al haar levende leden ingaan tot de stad van de voltooide glorie. Een rechts-strijd dus. En een krachts-strijd daarom. De rechts-strijd, die Hij uitstreed voor het oog van God en Satan werd beslist in het midden van het tijdsbestek van de wereld en zette zó haar fundamenten weer vast. En de dynamische worsteling, die Hij principieel voor eeuwig won,Ga naar margenoot+❘ brengt voor Gods nieuw-gekochte werkgemeenschap, aan die nieuwe mensheid, die in haar grondtrekken toch ‘de oude’ is, weer rijke krachten van Geestesuitstorting, krachten van heiligmaking, van kerkverovering, van wereldrijping, van cultuur-daad. Deze tweevoudige ambtsverrichting is het, die het ambtsleven van de Christus hier beneden, èn hierboven, voor ons doorzich- | |
[pagina 53]
| |
tig maakt, en die nu ook van àllesbeheersende betekenis is voor het vraagstuk dat ons hier bezig houdt. |
|