Waarachtige en Aen-merkens-waardige Historie van Lapland en Finland
(1682)–Johannes Scheffer– AuteursrechtvrijVI. Hooftstuk.
|
Finlandse woorden. | Laplandse woorden. | |
God | Jumala, | Jubmal, |
Het vuur | Tuli, | Tolle, |
Een Berg | Waori, | Wara. |
De Finlanders zijn sterk,Ga naar margenoot+ en t'samen gedrongen als de Lappen; hebben swart hair, breed van aansigt, een quade logt, gelijkende na die der Lappen. De Lappen en Finnen kleeden haar selven by na op d'eigenste wijs.Ga naar margenoot+ 't Welk men siet aan het Afbeeldsel van een Finlan-
der, dat in de Kerk van Storekir is, in Ooster Botnia, alwaar een Schildery is, welke een Doodslag verbeeld, gepleegt door de Finlanders, aan de persoon van den Bisschop Henrik,Ga naar margenoot+ soomen de kleeding dan vergelijkt met elkander (waar van in 't XVII. Hooftdtuk deser Historie gesproken is) sal men daar geen onderscheid in vinden.
De Lappen en Finnen zijn van d'eigensten aard en genegentheid.Ga naar margenoot+ Gelijk de Finnen een slegt leven leiden, alsoo is't ook met de Lappen gelegen; want sy werken niet, 't en sy haar de noodsakelijkheid dwingt. De Finnen sullen noit haar voornemen verlaten, datse eens genomen hebben; aldus is 't ook met de Lappen. De Finnen zijn tot de Tovery genegen; maar hebbense soo gemeen niet als die van de Lappen. Dit toond eindelijk dat de Lappen van de Finnen afkomstig zijn: dit is het gene Tacitus van d'oude Finnen segt,Ga naar margenoot+ 't welk men nog onder de hedendaagse Lappen siet. De Finnen, segt hy, hebben geen Wapenen, hairt, nog huis-Goden: Sy leven meest van de Kruiden die op het Veld groeijen: De Aarde is haar bed; de Vellen haar kleeden. Haar hoopt steekt in de Pijl en Boog, diese met beenen scherp maken: Sy leven van de Jagt; de Vrouwen gaan met haar, en dragen de helft van 't geen gevangen werd. Het selfde van diergelijke dingen, zijn nog hedendaags by de Lappen in 't gebruik.
De verbeelding welke ons Saxo van d'oude Finnen vertoond,Ga naar margenoot+ is ook de selfde om de Lappen te verbeelden. De Finnen zijn de laatste Volkeren van 't Noorden. Sy hebben niet een plaatsje by na in haar Land dat goed is om te bebouwen, of bequamelijk te bewoonen. Sy bedienen sig van worp-Pijlen die seer scherp zijn, en daar is nauwlijks een Natie die soo veerdig is om te werpen. Sy begeven zig tot allerley soort van Bezweringen; verstaan haar wel op de Jagt; hebben geen vaste Wooning, maar verblijven, daar haar yder Beest stil houd. Men siet uit dese Beschrijving dat den aard en manieren der oude Finnen, die van de Lappen soo gelijk zijn, dat men daar aan niet en kan twijfelen, of het zijn d'eigenste Volkeren, en dat de Lappen haar oorsprong van de Finnen of Finlanders hebben.
Men mogt vragen hoe het mogelijk was,Ga naar margenoot+ dat de Lappen van de Finnen komen, daar de Finnen Krijgs-helden zijn, en de Lappen niet? item dat de Lappen mager zijn, en de Finnen grof en vet?Ga naar margenoot+ Maar ik geef tot antwoord, dat dese verschillen niet konnen om stooten, datse van deselve afkomstig zijn. Het voedsel verandert de hoedanigheden des Lighaams. De Finnen eten kragtige en sware spijsen, die haar
Vet maken; En dese werden in Lapland niet gevonden.
De Finnen hebben anders geen ongemeene genegentheid tot den Oorlog, want sy verbergen sig, wanneer een Party haar iets wil aandoen; En soo 'er al goede Soldaten zyn, is 't uit dwang, en door de goede tucht en Discipline, die haar doet omsigtig zyn. Maar waarom soo veel redenen te borde gebragt, om vast te bewysen dat de Lappen van de Finnen voort komen? De Lappen selfs zyn daar in de geloofwaardigste,Ga naar margenoot+ welke meenen, datse haar oorsprong van die Volkeren hebben. Sy versekeren dat se afkomstig zyn van eenen Mieschogiesche, welke, volgens het verhaal van hare voor-Vaders, van Finland na Lapland overquam.
Andries Andriesse heeft over eenige Jaren deselfde saak verhaald;Ga naar margenoot+ maar de naam van de Kapitain is d'eigenste niet in sijn Verhaal. Desen Andries welke dagelijks met de Lappen omging, verdiend wel hier aangehaald te werden. Hy segt, dat de Lappen van 't Verdrag, datse met de Finnen hadden, afgegaan, en in de Landen door een, genoemt Thins Kogreh, vergadert zijn: Maar de waarheid schijnd te wesen, datse van haar eigen Volk uit haar Land gejaagt zyn; welke onder 't gelei van een Kapitein genaamt Mathias Kurk, haar heeft geslagen, berooft, en gedwongen na verlatene en by na onwoonbare plaatsen te gaan.
Olaus Petri Niurenius,Ga naar margenoot+ Vader van M. Plantin, getuigt by na het selfde; derhalven sal 't niet quaad zyn, desselfs woorden hier over te schrijven: Sekere Huisgesinnen trokken uit de Buurt van Birkala en Rango, gingen dwers door het Bosch Tarastia, en quamen tot aan de zyden van d'Ooster Botnise Zee; setten haar neer, alwaar sy tegenwoordig zyn te Nerpis en Mustasara, in plaatsen die noit bewoont waren: Sy zijn daar met geen Tributen belast, wijl de Finnen in haar eigen Land zijn gebleven: Alwaarse groote ruste hadden, en binnen korten tijd magtige Rijkdommen vergaderden; kregen veele Koopmanschappen, diese Jaarlijks in haar Land te koop bragten. Sy begonden daar na meerder te werden dan de Finnen; en men onderscheidense aan de rijkdom van de Kleden; haar spijse was seer delicaat, haar leven seer lekker, haar Inkomsten groot, en haar Meubilen ongemeen kostelijk; want sy genooten daar een goede Fortuin.
De Tarasthen in die Provincie uit welke die Familien zyn gegaan, konden dit geluk sonder grimmigheid niet aansien nog gedulden; soo koosen sy tot Kapitein een van de voornaamsten onder haar, genaamt
Mathias (hy wil seggen M. Kurk,) aan welkers beleid sy haar aanslag overgaven. Een groot getal van dese Tarasthen volgde desen Commandeur; hy bestreed kloekmoediglijk de Huisen deser Familien, vervoerde alles wat hy kon besetten; hy verjaagdese en dreefse aan de Rivieren Kimi en Torna. Na eenige jaren verstonden de Tarasthen dat die Familien aan de selfde Rivieren, op haar gemak leefden; doen tasten sy haar nog eens aan, en mishandelden haar met sulk een wreedheid, datse gedwongen waren in de Wildernissen te vlugten; alwaar sy tegenwoordig zijn, soo dat niet geoorloft is Mensch of Beest weder te keeren.
De Lappen houden sulks voor waaragtig, en seggen gesien te hebben eenige seer oude Patenten, in welke de naam van eenen Kurk was: Maar 't is niet te denken dat dese Naam seer oud is,Ga naar margenoot+ want den Adel heeft sulke toenamen niet gehad, wijlse daar t'eenemaal onkundig af waren.
Mathias Kurk heeft niet geleeft dan lange tijd na d'opregting der Christelijke Relige binnen Finland. Maar hoe kan hy Mathias hieten? want men vind die nergens onder de namen der Heidenen,Ga naar margenoot+ die van d'oude Histori- schrijvers en publyke Acten nagelaten zijn. En 't is niet te gelooven dat de Lappen soo laat in dat Land gekomen zijn, 't welk sy jegenwoordig bewoonen: Men kan ten minsten toestaan, dat dese Landen voor hare komste niet en zijn Bewoond geweest. 't Is ondertusschen de waarheid, dat de Biarmen en de Skridfinns daar geweest zijn, eer het Christendom daar begon te blikken; de naam alleen van de Lappen geeft genoeg te kennen, datse na dese Volkeren gekomen, en uit Finland uitgegaan zijn, wesende een Colonie der Finnen.
Men is ook van meening dat de Finnen in dat Land waren ten tijde van den Heralt met Schoon-hair oft Harfager, Koning van Noorwegen, en sijn Soon Eric-Blodœx; welke doe ter Zee ging, en voer na 't Noorden tot aan Finmarken, en van daar na Biarme: Alwaar hy met de Biarmers Slag leverden, en zegenpralende met een groote buyt wederom quam. Van Noorwegen gaande, trok hy ter Zee na 't Noorden, om in Finmarken te komen;Ga naar margenoot+ soo moet dan Finmarken digt by 't Noorwegen zijn, uit oorsake dat dat Meir Noordelijk is, aan de Zee gelegen; dat is te seggen, dat het 't eigenste Finmarken is, 't welk heden ten dage nog de naam draagt. En alhoewel die Provintie alsdoe sijn Inwoonders had, die men Finnen noemd,
gelijk de naam van 't Land betoond; soo heeft men egter geen fondament te gelooven, datse eerst is door de Lappen bewoond geweest; als ook verdreven en verjaagt van 't Zuider Botnia, door desen Mathias Kurk.
Sy hebben ook de naam van Lappen niet gekregen; om datse verjaagt waren; men noemdse alrede alsoo van de tijden van Saxo; En men sal my niet ligt wijs maken, dat den aanslag van desen Mathias Kurk heel oud sou zijn.
Men moet dan een ander beginsel opsnuffelen van de Lappen,Ga naar margenoot+ op wat wijse sy van Land verandert zijn, om klaarlijk te sien waarom sy Lappen zijn genaamt. Ik ben van gevoelen dat de Finnen meer dan eenmaals in 't Land der Lappen zijn geweest, 't welk door de naam der Oversten schijnd bekend te zijn, die buiten twijfel niet altijd de selfde is geweest,Ga naar margenoot+ wijl d'eene heeft gehieten Tins Kogre, en d'andere Mieschogiesche.
Het schijnd dat haar eerste en alder oudste verandering van Land geweest is, die, welke de Biarmen dede opkomen, van welke sy haar oorspronk nemen.Ga naar margenoot+ Want ik geloof dat d'oudste der Biarmen, Finnen zijn geweest, om datse Goden gehad hebben die genaamd waren in de Finlandse Taal; Ook dat haar aard en manieren volkomelijk over-een quamen met die van de oude Finnen; En dat al de vreemde haar Skridfinns hebben genoemd, dat is te seggen een Finlander; om dat de naam van Biarmen haar onbekend was, wierd hen de naam gegeven van Skriidfinns,Ga naar margenoot+ in plaats van datmen haar Biarmers hiet. Sy hebben na alle waarheid, van de Finnen de naam van Biarmers gekregen, om datse na de Bergagtige plaatsen vvaren gevveken; Want het vvoord Biarma is van gelijke kragt als het vvoord Varama,Ga naar margenoot+ 't vvelk in de Finlandse Taal een Bergagtig Land beduid. Maar om dat de Vreemdelingen hadden hooren seggen, dat dese Volkeren op houte Instrumenten langs de Sneuvv gleden; en dat de Sweeden met hare Nabuurige (die haar dat gesegt hadden van de Finlandse Biarmers) die vvyse van op de Sneuvv te glijden,Ga naar margenoot+ Alt-Skrida noemden; hebben in plaats van Biarmers (vvelk vvoord haar ongehoort vvas) de naam van Skriidfins gekregen. En wijl de Finnen en Biarmers van eene oorspronk zijn,Ga naar margenoot+ soo is 't gebeurd datse dikwils eene selfde Koning hebben gehoorsaamt; 't welk blijkt ontrent de persoon Cuson, die ten tijde van de Coning Holter Commandeur was in Finland en Biarmie.
Wy konnen dan niet ligtelijk ontdekken d'oorsaake van haar eerste verandering; soo wy die niet en willen schuiven op de vreese diese voor de Sweeden hadden,Ga naar margenoot+ wanneer de Koning Agnus, Finland den Oorlog aandeê, soo streed hy met Frostus Koning der Finnen; alwaar doe een neerlaag over de gansche Provincie quam, en een ongemeene groote buid gemaakt wierd.
Laat ons nu eens van haar tweede verandering van Land spreken.Ga naar margenoot+ Ik mein dat het quam, wanneer de Russen begonden Wapenen te dragen, en haar Rijk tot aan het Meir Ladoga uitstrekten. De meesten verlieten doe haar Land, en gingen in Lapland over; soo waren sy seer wreed tegen de Volkeren die sy onder sig hadden. 't Geen my sulks doet gelooven, is dat de Russen aan de Lappen de naam van Kajennen geven, om datse met die van Kajane Oorlog gevoerd hadden,Ga naar margenoot+ en meinen dat die Volkeren in 't Land der Lappen zyn gekomen. De Russen hebben dat niet anders konnen wijs worden, dan op die wijse; wantse de Historie van d'andere Natien niet en wisten, en niets en schrijven van 't geen 'er gedaan is.
Men kan by na besluiten, dat dese veranderinge is geweest ontrent de sesde Eeuw na Christi geboorte,Ga naar margenoot+ wanneer de Russen de Landpalen van haar Gebied begonden uit te setten. En zijn misschien d'eigenste Volkeren, welke van de Finnen zijn uitgegaan, en door de Sweden, Deenen, en Noorwegers de naam gekregen hebben van Finnen, Siaefinns of Fieldfinns;Ga naar margenoot+ De naam van Biarmers heeft opgehouden in gebruik te zijn, om dat de Finnen of Finlanders haar in getal overtreffen.
De verandering van naam begint meest na de dood van den Heralt Harsager, Koning van Noorwegen, welke, na dat hy over Zee in Finmarken gekomen was, en aan 't Noorden tot Biarmie quam, maakte hy groote neêrlagen onder de Biarmers, plonderde 't gansche Land, en bracht hen onder sijn Gebied.
De Finnen die doe ter tijd die Landen bewoonden, quam niets quaads over; dog ondertussen wierden de Biarmers seer qualijk gehandeld, en by-na alle dood geslagen, soo datse haar waarschijnelijker-wijs niet hebben konnen redden; De Finnen wierden seer sterk, en de naam van Biarmers verdween allenkskens.
Siet dan de veranderingen van 't Land,Ga naar margenoot+ die dese Volkeren is overgekomen, eer men haar Lappen noemde; want te vooren noemde men haar geen Lappen, maar Finlanders, Scritofinns en Biarmers.
Maar na verloop van tijd heeft mense Lappen genoemd: Wijl Adam van Bremen, welke leefde in 't Jaar na Christi geboorte M.LXXVII. niets daar van gesegt heeft; en dat Saxo daar eerst gewag van maakt, die in 't Jaar M.CC. leefde,Ga naar margenoot+ is 't gelooflijk dat 'er een derde Veranderinge gevolgt is tusschen die tijd, na welke men haar de naam van Lappen gegeven heeft.
Indien ymand de moeite belieft te nemen om de Historien t'ondersoeken, die 'er in die tijd geschied zijn; die sal ook de last wel op sig nemen, om die beweging te vinden, welke de Finnen genoodsaakt heeft van Land te veranderen;Ga naar margenoot+ Soo 't maar niet en is den Oorlog van de Koning Errik (gemeenlijk de Heilige genoemd) die in Finland geschiede; welke Schatting of Tribuit gaf aan 't Koninkrijk Sweden, en die het ligt dede opklaren van de Christelijke Religie.
Desen Oorlog was in 't Jaar M.C.L. en schijnt geschied te zijn,Ga naar margenoot+ om dat de meeste Finnen haar Land voor de derde reis verlieten, en na Lapland vertrokken. Want sy zagen sig onder een vreemde Regeringe, vreesende een Religie aan te nemen, waar van sy altijd soo een afkeer gehad hadden welke regt aan ging tegens de gene dien sy van haar voor-Ouders hadden. Dese dingen scheenen ten uitersten onverdragelijk te zijn, 't welk geen wonder was. Derhalven sogt yder een vond, om sig daar van t'ontwikkelen. 't Sal dan niet swaar zijn, de reden t'ontdekken , waarom sy van andere Lappen genoemd zijn; Om dat die gene welke Christenen geworden waren, en sig onder Sweden gegeven hadden, haar voor verlaters hielden, welke voor de Magt van Sweden vreesden; want die een tegen-sin in de Christelijke Religie hadden, wierden van haar party verlaten. Ook is'er een Koninklijk Edict geweest,Ga naar margenoot+ dat al die het Heidendom niet en wilden verzaken, gebannen soude worden: soo dat het niet sonder reden is, datse Lappen en Laplanders genaamt zijn.
Siet hier mijn gedagten rakende d'oorsprong der Lappen, en de wijse hoe sy van Land verandert zijn, tot datse in Lapland haar vastigheid genomen hebben. Daar zijn eenige geleerde Luiden,Ga naar margenoot+ welke meinen datse van de Tartaren afkomen; maar ik kan sulx niet toestemmen. Men siet niet dat de Tartaren tot het Noorden zyn gekomen: Sy zijn gewoon te Rooven, en leven gansch in Oorlog; sy leven nog bestaan niet dan van 't gene sy betrappen. In tegendeel leven de Lappen als Schaap-herders en Jagers,Ga naar margenoot+ dat tegen den Oorlog strijd. Al de vlijt en 't vermaak der Tartaren is een groot getal Paar-
den te hebben, van welke sy sig bedienen om te Reisen, en om sig te voeden. De Lappen zijn van een heel ander leven,Ga naar margenoot+ sy hebben soo weinig kennisse van Paarden, datse qualijk een woord in haar Taal hebben om een Paard te noemen: Ook zijn de Talen deser twee Natiën seer onderscheiden. En of schoon de Schrijvers seggen dat de Taal der Lappen niet en komt van de Finnen, soo kan men daar niet byhangen. Die daar-en-boven seggen, dat eenige Geleerden en seer bedaarde \Mannen, in de Taal der Finnen en der Lappen het tegendeel versekeren.
Want alhoewel men verscheide woorden by de Lappen vind, welke geen gemeinschap met de Finnen hebben, soo hoeft juist noodsakelijk niet te volgen, dat dese twee Talen t'eenemaal verscheiden, wyl sulx wel kan komen, niet uit de verscheide Talen,Ga naar margenoot+ maar door de lankheid van Jaren, 't welk groote verandering in de Talen brengt; Gelijk men ook een groot getal Sweedse woorden vind, die met de hedensdaagse niet over een komen; welke daarom egter niet na laten ten goede Sweedse woorden te zijn, makende geen onderscheidene Taal.
Die daar nog aanhangen dat de Lappen haar oorsprong van de Finnen niet en hebben, zyn geduurig met een vervaarlijke walg tegen de Lappen ingenomen; en dese meening is soo slegt datse niet aannemelijk is; want dese afkeer is de heele wereld wel bekend, zijnde ongefondeert wegen de verscheidentheid deser twee Natiën.
Men moet in deser manieren redeneren,Ga naar margenoot+ dat de Finnen werken, haar Land bebouwen, vaste Huisen timmeren, en meer andere dingen doen, die de Lappen onbekend zyn. Want sy moeten sig reguleren na de natuur van 't Land daarse in zijn, waar door sy ligtelijk hebben konnen vergeten, 't gene by haar niet meer in 't gebruik was.
Voorts die de laatste uit Finland gegaan zijn, hebben, soo my dunkt, haar eerste verblijf genomen onder aan 't Woud Tarastia, in welkers midden men een kleen Meirtjen siet,Ga naar margenoot+ zijnde rond van gedaante, rondom beset met eenige Dijkinge, even of die daar door Menschen handen gemaakt was. D'Inwoonders by dat Meir, noemen het selve Lapia Kajano,Ga naar margenoot+ dat is te seggen, een Fonteine der Lappen; 't welk een teiken is datse daar meer geweest zijn.
't Is waarschijnelijk dat d'armoede, diese daar leden, en de nabuurschap der Finnen, die hare Grensen allenkskens verder en verder tot aan Tarastia uitstrekten, 't geen noit en was beboud, en altijd ver-
laten, gedwongen waren te vertrekken, en meerder na de Golf Botnia te naderen, om daar in volkome versekertheid te woonen, en overvloed te hebben van dingen die tot onderhoud van 't leven noodig waren.
De meeste der Lappen hebbender langer dan eene Eeuw gewoond, tot de Regeringe van Magnus Ladulaos,Ga naar margenoot+ dat is, tot het Jaar M.CC.LXXII. Dese Koning sig seer swak siende om de Lappen te temmen, vvelke nog hare Vryheid genooten en van niemand af hongen; belooft een vrye Authoriteit aan sijn Onderdanen,Ga naar margenoot+ vvanneerse de Lappen onder de Kroon van Sweden konden brengen.
De Birkarlen vol moed op dese belofte, gingen om de Lappen op te speuren; en na veele dagen doorgebragt te hebben, kregense haar onversiens, slaande een groot getal ter neer, en bragtense ten onder tot aan de Noord en Zuid-Zee. Sy kregen geduurig Brieven van den Koning, door vvelke hy haar volkome last gaf, als ook den ganschen Tribuit diese van de Lappen kregen, vvelke aan de Grensen van Bothnia vvoonden.
Dit schijnt dan klaar gesegt te zijn, dat de Lappen ten tijde van de Koning Magnus Ladulaos, nog langs de Golf Bothnia vvoonden; 't vvelk accordeert met het gene te vooren gesegt is,Ga naar margenoot+ dat de Birkarlen haar groote schade toebragten, en haar verre van daar verjoegen; en dat de Lappen 't Land verlieten, 't vvelk sy ontrent de Golf Bothnia bezaaten.
Gelijk men hier boven heeft bevestigt, dat, eer de Lappen van de Birkarlen qualijk waren gehandelt, de Tarasthen haar alreeds op 't lijf hadden gevallen; die haar van de Golf Botnia joegen, seer verre van daar. Indien men sorgvuldig de tijd van dese daad wil ondersoeken, sal men misschien bevinden, dat die nog niet lang geleden is; En als men ten minsten die niet en kan verhalen, dan tot op de tijden van de Geboorte Jesu Christi.
Olaus Petri brengt nog een Historie by:Ga naar margenoot+ Ik heb gesprooken van eenen Mathias Kapitein der Finnen, wanneer hy de Lappen overwon, en haar seer verre van daar, tot aan de Noordse Wildernissen verjoeg. Een yder meind dat hy van de Adelijkste Familien sou zyn der Kurken in Finland;Ga naar margenoot+ welke niet op-hield de Lappen seer veel spuls te maken, soo lange totse beloofden Jaarlijkse Schatting te betalen. Maar de lange tijd verdroot haar, en de Reis viel haar moeyelijk; sy begonden met eenige Inwoonders van Birkarla te handelen, welk
een Buurt van Tarastia is; die haarAuthoriteit geeft over de onderhoorige Lappen, en de Jaarlijkse Schatting diese betalen: Hy kreeg daar voor een weinig Lands binnen Finland.
't Gebeurde, dat seer waaragtig is, dat de Lappen Jaarlijks aan de Birkarlen deselve Schatting betaalden; En 't was niet toegelaten, dan aan de Birkarlen, met haar te handelen. Men vind nog seer oude Luiden, welke Contracten van Kurk gesien hebben, die bewaart wierden door Johan Nilson van Ersnas in de Parochie van Lula. Alle die dingen zyn in deser manieren, welke niet schijnen geschied te zyn in een Eeuw, die soo na aan de Geboorte Christi was, gelijk Olaus Petri dat begeert te hebben; En kan ook niet veel later zyn als van de Regering van Koning Magnus Ladulaos: Indien 'er niet en was 't welk ons dit oordeel gaf, soo moest het over-een komen met de geheugnis van Buraeus; dat de Tawasten van Olaus Petri, die zyn, welke Buraeus, Birkarlen noemd; wyl de Birkarlen zijn d'Inwoonders van Tawastien, want sy kosen Kurk tot haar Kapitein;Ga naar margenoot+ en onder sijn beleid en Order, verjoegen sy de Lappen van gansch Ooster Bothnia, doende haar Schatten geven.
De Brieven nu welke waren afgevaardigt, waren soo seer die van Kurk niet, als wel van Koning Magnus Ladulaos, in welke hy met de Lappen hadde geaccordeert, datse aan de Birkarlen de Schatting gehouden waren te betalen; En met dese Privilegie, om alleenig te mogen met haar handelen. Want wie sou konnen gelooven, dat Kurk, een algemeen Bevelhebber van dit Volk, welke hem gekooren hadden, van haar Hooft-man hebben konnen toe-eigenen 't Gesag over de Lappen,Ga naar margenoot+ om van haar een Jaarlijkse Schatting te krijgen, en die door een Contract aan de Birkarlen over te doen?
Want de Tawasten zyn van geen Souverain afhangende; en alsoo de gansche Overwinninge haar toebehoorde, gelijk sy die hadden gekregen, wanneer sy waren onder de Regering van een Koning, soo kon men aan ymand niet weg geven, 't geen een ander met regt toebehoorde.
Indien de Birkarlen aan Kurk de Land huisen, en andere diergelijke dingen gegeven hadden, soo is't gelooflijk dat 'et soo veel niet en is geweest, om van hen met geweld een Contract te verkrijgen, wegen 't regt om de Schatten der Lappen te leveren, als wel om hem te bedanken en te vergelden voor de moeiten die hy in den Oorlog hadde gedaan.
't Zy hoe't zy soo van Kurk als der Tarasten, 't is ten minsten seer vast, dat de Lappen niet van de Russen afkomstig zijn, nog van de Tartaren;Ga naar margenoot+ maar alleen van de Finnen, welke haar uit 'er Vaderland gejaagt hebben; en datse tot tweemaals van Woon-plaats zyn verandert: En ten laatsten komen woonen in dat Land, daarse jegenwoordig in zyn; welke laatste verandering haar de naam van Lappen heeft doen hebben: welke naam gegeven is aan Volkeren, die men te vooren Finlanders noemde;Ga naar margenoot+ want de Sweden hebbense die naam gegeven, die een groot gedeelte onder haar gehoorsaamheid hadden.
Dat sulx eindelijk geschied is, na dat Sweden haar hadde t'ondergebragt komt uit d'eige mond der Finnen; om dat dese vlugtende en verjaagde Volkeren niet en wilden de Christelijke Religie om-ermen;Ga naar margenoot+ en daarom genoodsaakt waren een andere nieuwe Woonplaats op te speuren. Wyl dan nu de Finnen, te deser oorsake, haar Lappen noemden, soo heeft Sweden haar ook de selfde naam gegeven; soo dat dan dese naam (volgens kennisse der Deenen) daar van daan gekomen is: welke door de geduurige gewoonte, de Volkeren, die tusschen de Botnize Golf en de Noord-Zee woonden, Lappen noemden; en na dat dit Landschap onder Sweden is geraakt, is het Lapland gehieten; behalven een klein gedeelte, dat aan de zyden van Noorwegen leid, en nog sijn oude naam van Finland behoud; en een ander, 't geen aan de Witte Zee is, dat de Moscoviters Cajane noemen: En soo men die Volkeren al Lopen noemd, hebbense die naam van haar Gebuuren de Finnen gekregen.
- margenoot+
- Kleeding.
- margenoot+
- de Lappen en Finnen verschelen weinig van Aert,
- margenoot+
- Getuigenis van Tacitus.
- margenoot+
- Getuygenis van Saxo.
- margenoot+
- Vrage.
- margenoot+
- Antwoord.
- margenoot+
- Oorspronk door haer eigen getuigenis.
- margenoot+
- Relaes van Andries Andriesse.
- margenoot+
- Getuygenis van Olaus Petri.
- margenoot+
- Desen M. Kurk is niet seer oud.
- margenoot+
- Werd bewesen.
- margenoot+
- Finmarken legt digt by Noorwegen.
- margenoot+
- Ander beginsel der Lappen.
- margenoot+
- Verscheide Kapiteins.
- margenoot+
- Biarmen zijn Finnen van Afkomst.
- margenoot+
- Oorspronk vande naem der Skriidfinns.
- margenoot+
- Wat Biarmen te seggen is.
- margenoot+
- Wat Skriidfinns te seggen is.
- margenoot+
- Hebben dikwils eenen Koning gehad
- margenoot+
- Oorlog tusschen de Finnen en Sweden.
- margenoot+
- Tweede verandering van Land.
- margenoot+
- Oorlog tegen de Kajaners.
- margenoot+
- Wanneer verandering is geschied.
- margenoot+
- Hoe de naem van Biarmers oppgehouden heeft.
- margenoot+
- Zyn te vooren geen Lappen genoemd.
- margenoot+
- Derde verandering.
- margenoot+
- Oorlog van Errik.
- margenoot+
- Wanneer geweest is
- margenoot+
- Uitbanning die geen Christenen wierden.
- margenoot+
- Meining datse van de Tartaren af komen.
- margenoot+
- Word wederleid.
- margenoot+
- Konnen nauwliks in haer Tael een Paerd noemen.
- margenoot+
- Verandering der Tael door lankheid van tijd.
- margenoot+
- De Finnen bouwen 't Land en Huisen.
- margenoot+
- Het Meir Lapia Kajano.
- margenoot+
- Fontein der Lappen.
- margenoot+
- Magnus Ladulaos.
- margenoot+
- Belooft Vryheyd.
- margenoot+
- Hoe de Lappen verjaegt zyn.
- margenoot+
- Historie van Ol. Petri.
- margenoot+
- Kurk is van den Adel.
- margenoot+
- De Lappen wierden door Kurk onder Contributie gebragt.
- margenoot+
- 't Is niet gelooflijk dat Kurk de Schatting aende Birkarlen heeft overgedaen
- margenoot+
- Lappen syn vande Russen nog Tartaren afkomstig.
- margenoot+
- De naem van Lappen komt
- margenoot+
- om datse de Christelijke Religie niet wilden aennemen.