Bacchus
(1665)–Jacobus Sceperus– AuteursrechtvrijDen Ouden, en huydendaegschen droncke-man. Ontdeckt uyt de heydensche historien; onderricht uyt de Heylige Schriften
[pagina 207]
| |
Cap. XXXX. Hoewel de Dronckenschap allenthalven de overhandt neemt, soo moeten echter de Leeraers allen menschen van die Sonde afmaenen; bestraffende de Dronckenschap niet alleen door haere gesonde Leere; Maer oock den Dronckaers beschaemende door haer eygen Nuchter Leeven.NAdien dan de Dronckenschap een soo groote, Ga naar margenoot+ en so seer van Godt gehaete Sonde is in sich selven; oock een Moeder, een Oorspronck en Oorsaeck van so veele, van so groote, jae van allerhande Schelm-stucken is; soo moet een yeder sich neerstelijck van deselve wachten. Musculus in sijne Uytleggingen over Gen: 9, vers 21, seydt, Ga naar margenoot+ De tegenwoordige Weerelt is geheel Droncken gheworden, ende Siet, Hoort, of Bemerckt niet aen wat Plaeghen sy haer selven schuldich maeckt. De laetste Tyden komen onder-en-tusschen naerder, en vereysschen boven al dat de menschen Waeckende ende Nuchteren zijn. Maer het moet vervult worden 't gheene de Heere Christus sprack in die Parabole van sijne Weeder-komst, Math: 25, vers 5, Sy wierden alle Slaeperich, en vielen in den Slaep. Weshalven hy oock, spreeckende van de Laetste Tijden, wel seggen mach, Luc: 21, vers 34, Wacht u selven, dat uwe Herten niet ter eeniger tijdt Beswaert en worden met Brasserye, ende Dronckenschap. Gelijck de Saelichmaecker Christus gedaen heeft, Ga naar margenoot+ so moeten oock alle Leeraeren der Gemeynte haer uyterste Best doen, om de menschen met alle kracht en ernst van de Dronckenschap af te maenen. Want ghelijck Augustinus seyt Serm: 231, de Tempore, Dat de | |
[pagina 208]
| |
menschen doorgaens haer selven soo droncken drincken, geschiedt om datse de Dronckenschap houden, of voor een kleyne, of voor gheen Sonde. Dannoch, de Leeraeren sullen in den Daege des Oordeels aen Godt Reeckenschap moeten geeven weeghens deese Onweetenheyt der menschen, indien sy niet gheduerich verkondicht hebben aen het Volck 't welck haer aenbevoolen en vertrout was, hoedaenige en hoe swaere Sonden uyt de Dronckenschap voortkomen. Die gelooft dat de Dronckenschap een kleyne Sonde is; en die over sijne Dronckenschap niet en heeft berou betoont, en sich verbeetert; die sal met de Overspeelders en Dootslaeghers (onthoudt dit wel) met de eeuwighe straffe ghepijnicht worden, achtervolghens het woordt 1 Cor: 6, v. 10, De Dronckaers sullen Godts Coninckrijck niet be-erven. Weshalven laet een yegelijck by sich selven overweegen, en vast houden, dat de Dronckenschap een swaere Sonde is; en so doende, sal hy noyt, of niet lichtelijck van de Dronckenschap overwonnen worden. Daerom bidde en besweere ick U L by dien verschrickelijcken Dagh des Oordeels, dat ghy, met de Hulpe van Godt, de Dronckenschap mijdt soo veele in u vermoogen is; Om dat de Dronckenschap alleen (schoon andere sonden niet wierden begaen) den Christenen brenght in den Afgrondt der Helle, indien deselve doorgaens, en als een Gewoonte gepleegt, en geworden, ende geen Berou en Beeterschap daer op gevolgt is. Het was niet wel ghestelt onder Godts Volck, Ga naar margenoot+ wanneer Esaias Cap: 28, v. 7, 8, seyde, De Priester, en de Propheet, dwaelen van den stercken Dranck; sy zijn verslonden van den Wijn, sy doolen van stercken dranck, sy dwaelen in 't Ghesichte. O! hoe deerlijck is den toestant der Kercken, daer de Wachters, de Leeraers, tot andere Dronckaers segghen, Komt herwaerts, ick sal Wijn haelen, ende wy sullen stercken dranck Suypen, Esa: 56, v. 10, 12. Doe gingh het onder den Ioden, ghelijck ten tijden Augustini, | |
[pagina 209]
| |
welcke in Sermonibus de Tempore, Sermone de Ebrietate Vitandâ, seydt, Dat het slimst van allen is, Sommige Leeraeren die het Drincken behooren te weeren, perssen en dringhen anderen aen, om meer te drincken als het behoort. Laetse hier over haer selven beeteren, en anderen bestraffen, op datse voor Christi Vierschaer koomende, niet ghestraft en worden voor haere, en voor ander Luyden Dronckenschap. Achtervolgens de Vermaeninge Pauli, 1 Tim: 3, vers 3, Ga naar margenoot+ moeten alle Leeraeren en Opsienderen der Gemeynte niet geneegen zijn tot Wijn: Sy moeten wesen onberispelijck, en niet gheneegen tot Wijn, Tit: 1, vers 7: Sy moeten sodaenigh zijn gestelt, dat de Dronckenschap bestraft kan worden, soo wel door haer Leeven, als door haer Leere. Andersints, wanneerse Praedicken van Nuchterheydt en Maetigheyt, en pleegen Dronckenschap en Overdaedigheyt, soo stellen sy haer selven, en haere H: Bedieninghe ten spot: Sy worden den Philosooph Thrasycles ghelijck, Ga naar margenoot+ welcke vol en droncken zijnde, meest sprack van Maetigheyt: van welcken wy hier boven verhaelt hebben uyt Lucianus. In het teegendeel, wanneer een Leeraer Maetig, Ga naar margenoot+ Vroom, en onbesproocken is, so Mag, en Kan hy vermaenen met Vrucht en Voordeel: Dan hebben sijne Vermaeningen ontsagh en aensien, oock by den Grooten. Ga naar margenoot+ Den nuchteren Antipater hadde een groot Ontsag by den dronckenen Koninck Philippus, Athen: Lib: 10, Cap: 10. Den Koninck Antigonus hielt veel van den staetigen Zeno. Ga naar margenoot+ En wanneer den Koninck op seeckeren tijdt vry bestooven en droncken zijnde, ontmoete den ghemelten Zeno, soo omhelsde en kuste Antigonus den selven; begeerende op Zeno dat hy hem yets gebieden sou, beloovende met Eede 't selve te sullen nakomen. Zeno seyt daer op tot den Koninck, Gaet heenen, en braeckt eerst uyt: | |
[pagina 210]
| |
Berispende also met een wijse en swaere berispinge des Conincks Dronckenschap; en verhoedende so veele in hem was, dat den Vorst door een al te veel en sterck drincken sich selven niet soude komen te verderven, Aelianus Lib: 9, Cap: 26, Variarum Histor: Hoewel sommighe Grooten, bestraft zijnde over Dronckenschap, de Bestraffinge so wel niet en souden opneemen van haere Praedicanten, als Antigonus deselve opnam van Zeno; so sal echter bevonden worden, dat de Vermaeninghen van Vroome, Maetighe, onbesproockene Leeraeren aen deselve ghedaen, altoos noch eenige Vrucht in haere Herten schaffen sullen. |
|