Verklaring van de dertiende tafel.
De zelve vertoont omgekeerde en uyt het bekkeneel genomene herssenen, van een Jongen omtrent tien Jaren oudt, waar by gevoegt is de loop der slagaderen door het dunne herssenvlies verspreyt, als mede de uytgang der zenuwen uyt het verlengde merg af komstig.
A.A. |
De oppervlakte van de omgewentelde herssenen in vier quabben of loben verdeelt, met derzelver |
B. |
Kleyne herssenen. |
C. |
De [nervi olfactorii.] Reukzenuwen, met derzelver slagadertjes en vezelties door 't zeef-been lopende. |
D. |
De [nervi optici] gezigts zenuwen, met het dunne herssenvlies voorzien, door 't welke zeer vele slagadertjes lopen. |
E. |
Het derde paar zenuwen. |
F. |
Het vierde, of het [par patheticum] leydende paar. |
G. |
Het vyfde paar. |
H. |
Het zesde paar. |
I. |
Het zevende paar, of het [par auditorium] gehoor paar. |
K. |
Het agtste, of [par vagum] dolende paar |
L. |
De [nervi accessorii] bykomstige zenuwen. |
M. |
De Zenuwen van 't negende paar, die op dezelfde wys voortkomen, als de andere Zenuwen uyt het ruggemerg afkomstig, namentlyk met zeer fyne beginzels, gelyk als zeer fyne wortels, het welk ik tot nog toe in geen figuren van herssenen by anderen afgebeelt gezien heb. |
N. |
Het tiende paar, op dezelfde manier voortkomende, onder het welke nog verscheide zenuwen uytspruyten. |
O. |
Een gedeelte van de [plexus choroideus] netwyze vlegting, buyten de oppervlakte der herssenen uytpuylende. |
P. |
De [Protuberantia annularis] ringwyze uytbulting, waar onder het verlengde merg heen kruypt; deze voorzien zynde met het dunne herssenvlies, is bezet met ontelbare slagadertjes. |
Q. |
Het uyt eynde van 't verlengde merg. |
R. |
De tregter met slagaderen voorzien, waar onder de |
S. |
Twee uytbultingen van de schenkels van 't verlengde merg, dewelke verkeerdelyk, klieren agter den tregter leggende, genaamt worden. |
T. |
Het (rete mirabile) wonder net uyt de |
V. |
Slaapslagader in beyde de zyden afkomstig. |