LXII. Aanmerking.
Een nedergezakte milt tot in de holte van 't bekken, en een zeker na de milt gelykende lighaamtje deszelfs natuurlyke plaats bekleedende.
Onder de deelen van 's menschen lighaam, welke haar natuurlyke plaats zomtyds veranderen, heeft de milt dikwyls plaats: dewelke in zyn natuurlyke stand onder de bastert ribbens met de vingers, niet gevoeld kan werden: maar dezelve in tegennatuurlyke staat in groote toegenomen zynde, zinkt altemets door zyn groot gewigt zoodanig neder, dat hy niet alleen onder de bastaart ribbens, maar ook in de onderbuyk evident met de hand gevoelt kan werden.
Anno 1670. zekere Vrouw in ons Gasthuys, na een pynelyke en zwaare baring, kreeg in de onderbuyk een hardigheyd, niet zonder zeer groote pyne. Zommige waren van gedagten, dat de moerkoek binnen gebleven zynde, deze hardigheyd veroorzaakte. Derhalven verscheyde hulpmiddelen gebruykt zynde, met meening om die uyt te dryven, maar zonder eenige hulp, zoo is de Kraamvrouw eyndelyk gestorven.
Gerard de Penyn, doen ter tyd ordinaris Medicyn van 't Gasthuys, beschikte my de gelegentheyd om het doode lighaam te openen. Alle de inwendige deelen bevond ik wel gesteld te zyn, behalven de Milt, die wel agtmaal en nog grooter was als in zyn natuurlyke staat; en op de schaal gelegt zynde, woeg vier pond, en was in 't bekken nedergezakt: in wiens natuurlyke plaatze ons voorquam een lighaamtje na de Milt gelykende, hebbende de