Lauwer-stryt
(1665)–Catharina Questiers, Cornelia van der Veer– Auteursrechtvrij
[pagina 193]
| |
Aan Juffr. Anna van Diemerbroek,
| |
[pagina 194]
| |
In 't hersen vat van zijn gedachten;
En teeld' en queekt haar vrugtbaar zaat
Op d'akker van een heylich leven,
Waar door zijn naam onsterflijk staat
In Sions Wet-boek aangeschreven;
In Sion daar uw Bruygom praaldt,
Met duysendt tal van Cherubijnen
Die als uw tijdt is afgemaaldt,
Zal met de glory kroon verschijnen,
En doen u aan het zuyver wit,
Waar mee gy zult ter maaltijdt treden
In 't koor daar yder praal-rijk zit
En sweydt het Vaan van duurbre vreden.
Den Hemel voegh deez schat u toe!
En laat uw lamp voorsichtich branden;
Op dat g' hem wakent treedt te moe,
Met geur van heylige offer-handen.
Ik tragt VEER-der.
Cornelia van der Veer.
In Amsterdam 1662. |
|