§. XXXVII.
Of Mahomet geloochent heeft de Onsterflykheid der Ziel.
IK ben van gedagten, dat, na al 't geen 'er gezegt is over de Helle en over 't Paradys der Mahometaanen, het overtollig is, hen te ontschuldigen van de gevoelens van Epicurus te begunstigen, welke hen egter worden aangewreeven, wanneer men zegt, dat zy niet gelooven, dat de Zielen na de dood nog in weezen zyn. 't Is Polydorus VirgiliusGa naar voetnoot(a), die hen daar van beschuldigd: Dog in der daad, hy weet niet wat hy zegt. Men heeft slegts den Alcoran op te slaan, om aldaar op honderd plaatsen te zien, dat de Vroome en de Godlooze eeuwig zullen leeven; de eene in hetGa naar voetnoot(b) (wellustige Paradys Gods, alwaar zy deszelfs aanschyn zullen aanschouwen, en opgetoogen wezen van eene vreugde en van eene verrukkinge, welke niet, dan aan de Ziele konnen worden toegeschreeven): En de andere, in deGa naar voetnoot(c) Helle, en in het vuur des Afgronds, alwaar zy eeuwiglyk zullen worden gepynigt door de dienaaren der Godlyke wraak, die hen nog rust nog vreede zullen laaten genieten. Zie het VIde Kapittel van den Catechismus.
Ga naar voetnoot(d) Dog zie hier, 't geen Polydorus Virgilius mogelyk daar door zal hebben verstaan. Hy heeft willen zeggen, dat de Zielen, volgens de Mahometaanen, niet zonder lichaamen zyn: En dit is in der daad een der artikelen hunner Godgeleerdheid.Ga naar voetnoot(e) (Zy zyn geene Cartesiaanen; zy gelooven niet, dat de natuur der Ziel, afgezondert van 't lichaam, kan werkzaam zyn. Zy moet een lichaam hebben, 't geen met haar alle die werkingen deeld, en daar van, in een zeeker opzigt, als het tonneel is, het Sensorium, om op zyn Engelsch te spreeken. Zelfs zyn de Sociniaanen tot deeze ongelukkige dwaalinge vervallen; beeldende zig in, dat de Zielen slaapen tot den dag der Wederopstandinge;Ga naar voetnoot(f) en 't geen iets byzonders daar in is, is, dat zy zig van dezelve reedenen, als de
Mahometaanen, bedienen. Zy zeggen, dat de geene die dood zyn, dood zyn, dat zy niet meer zyn, dat zy niet meer leeven, dat zy niet meer verstaan, dat zy geen lichaam meer hebben, om de werkingen des leevens te verrigten; en al het onderscheid dat 'er tusschen hen beiden is, bestaat alleenlyk hier in, dat de Mahometaanen op dit stuk vry wat redelyker zyn; want na het Onderzoek des Grafs, 't geen op de dood volgd, en waar van wy boven in het Vde Kapittel hebben gesprooken, gelooven zy, dat onze zielen overgaan in zuiverder lichaamen, welke God tot dat einde geschaapen heeft, te weten, om dezelve te bewaaren, als in een soort van een verzaamelplaats, tot op den dag der algemeene Wederopstandinge, als wanneer ieder Ziele met vreugde haar geleend lichaam afleggende, haar waaragtig lichaam wederom zal aannemen: In plaats dat de Soci-