[Tweede stuk]
Inleiding tot de Historie van het Mahometaandom.
IK heb den Lezer berigt gegeven, nopende de beweegredenen derGa naar voetnoot(a) Verdeeling, welke ik alhier tusschen het Mahometaandom en alle andere Godsdiensten maak: dog alvorens het zelve te beschryven, is het, myns bedunkens, noodig, eenig denkbeeld op te geven van de Natie, waaronder Mahomet is geboren. Twee of drieGa naar voetnoot(b) Schryvers welke ik dikwilszal afschryven, zullen my in 't opstellen deezer Voorreden tot een rigtsnoer verstrekken; ook wil ik gaarne, ter goeder trouwe, bekennen, dat men dezelve met regt de hunne zoude konnen noemen. Deeze belydenis ben ik in de eerste plaats aan hen, daarna aan de heele weereld, verschuldigt, ten einde men my niet te last legge, hen te hebben berooft; eene misdaad hedendaags zoo algemeen, dat men naauwlyks vier treden in de Republyk der Wetenschappen kan doen, zonder daar in te ontmoeten Plonderaars en Uitschryvers van eens anders werken, en Boekverkopers, die zig aanbieden om 't gestolen goed te versteken.
Arabië is haaren naam verschuldigt aan een klein Landschap der Provincie van Tehama, genaamt Araba, van Yarab den Zoon van Kahtan en den Vader der oude Arabiërs. Andere willen, dat de naam dezer uitgestrekte Landstreeke zynen oorspronk heeft van derzelver Woestynen, of van de vermenging van deszelfs Volkeren enz. De oude Christenen Schryvers hebben alle de Volkeren van Arabië met de algemeene benaminge van Sarasynen genoemt. De naam van Sarasyn komt af van een woord, dat het Oosten beteikend, of, zoo als Bochart wil, van een woord dat rooven beduid. Wy zullen hier na zien, dat die woords-oorspronkelykheid door den Heer Gagnier word afgekeurt.