Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 3
(1728)–Bernard Picart– AuteursrechtvrijXII. Hoofdtstuk.
| |
[pagina 35]
| |
veel meer liefdaadig dan die in Europe zyn. Byaldien 'er geen hongersnoodt in dit Landt zy, weeten ze naaulyks wat het is den armen Reizigers zyn voedzel te weigeren, en waarin zy de gewoonte der eerste tyden hebben opgevolgt; wanneer men geen Reiziger liet voorby gaan, zonder hem iet aan te bieden, en een weinig te ververschen. Dus deed Abraham drie Engelen by hem eenig verblyf veemenGa naar voetnoot(a), geevende hun te eeten, toen zy onder de gedaante van drie mannen door de vlakte van Mamré reisden, 't welk toen geschiedde om Lot uit Sodoma te redden. Wanneer zy in deeze Stadt gekomen waren, wilde Lot niet gedoogen dat zy in deeze plaats vernachten zoudenGa naar voetnoot(b) zonder by hem onder zyn dak te komen, schoon hy hun niet kende. De Vreemdeling die te Gibeä woonde, bood zelf zyn HuisGa naar voetnoot(c) den Leviet aan, zeer verstelt staande dat hem niemandt had willen herbergen; want in dien tydt weigerde men geene huisvesting wie het ook was: maar men gaf zelfs met genoegen den Reizigers te eeten, en zonder iet van hunte eisschen. |
|