Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 3
(1728)–Bernard Picart– AuteursrechtvrijXI. Hoofdtstuk.
| |
[pagina 46]
| |
ken, gelyk wy ons van Beschuit of Tweebak bedienen. Die alles is noch by de woeste Amerikanen in gebruik. Eenige van hun gebruiken Maiz, een soort van Graan, 't welk zy gemeenlyk gebraaden eeten, eveneens als de JoodenGa naar voetnoot(a) en verscheidene andere Volkeren van den ouden tydt eertyds het Kooren aaten. Het voedsel der Oude Romeinen quam naader met de eenvoudige spyze der West-Indianen overeen. Zy leefden in den beginne mede van gekookt meel en van wortelen, die dikwils een Veldoverste met zyn eige handt onder de heete asch braadde. In vervolg van tyden, en langen tydt na de Grondvesting van de Republyk, is het gebruik van het Broodt eerst by hun bekend geworden. Ga naar margenoot+ Wat nu de overige spys der Amerikanen belangt, dezelve bestaat uit aardvruchten, gevogelte en visch, zonder eenige saussen, als alleen een graage eetenslust hebbende: want zy weeten van geene toebereyde spyze of andere gerechten; zelfs verzekert men, dat de Volkeren van 'tGa naar voetnoot(b) Noordelyk Amerika in 't geheel van geen zout weeten, daar de Ouden zoo ongemeen veel werks van maakten, dat zy het den naam van goddelyk gegeeven hebben. Deeze vergaaten nooit het zout op hunne Tafelen en Altaaren, ja zy deeden dikwils hunnen maaltydt met enkel zout en broodt. De woeste Volkeren van Amerika, om hunne spyze voor verderving te bewaaren, rookten of droogden de zelve in de Zonne; 't welk overeenkomt met de gewoonte van het vleesch in den rook der Schoorsteenen te hangen, in Duitslandt en by ons zeer gemeen. Ga naar margenoot+ Om nu iets van den Drank der Amerikanen te zeggen, zoo laat ons dezelve eerst in zyne eenvoudigheit aanmerken. De noodzaakelykheit doet ons toevlugt neemen tot het Water, en het vermaak tot den Wyn of eenig ander diergelyk vocht. De natuurlykste en eenigste drank die onze Voorouderen gekend hebben, is het Water. De Wyn en andere sterke dranken zyn eerst na de Zondvloedt bedacht geworden: echter hebben deeze toegemaakte dranken het gebruik van 't Water niet geheel doen vergeeten; en de grootste Krygslieden dronken het zelfs dikwils, gelyk men by Homerus zien kan. De Volkeren van Amerika gebruiken ook Water: maar dewyl dit koude vocht niet bequaam is om den geest, noch de vrolykheit en eetenlust op te wekken, zoo is het niet te verwonderen dat zy eenige sterke dranken verzonnen hebben, waaronder 'er echter geen is, die overeenkomst heeft met die in Europa in gebruik zyn. Het Caouin der Brasilianen, zynde een uittreksel van Maiz, zoude eenigzins naar de KoornbrandewynGa naar margenoot+ of de Genever gelyken, die het gemeene volk in Hollandt drinkt; maar de wyze van 't zelve te bereiden is onderscheiden. Wat 'er ook van zy, de West-Indianen begaan in hunne sterke dranken de zelve buitenspoorigheden als de Bewooners van ons Halfrondt in den Wyn en andere dranken doen. Een Brasiliaan smoort zyn verdriet, en vindt een onuitputtelyke bron van vertroostingen in de Caouin, gelyk onze dronkerts in den Wyn. Een Floridaan die zich van zyn Casiné dronken drinkt, vindt daar in het zelfde vermaak als een Hollandts Matroos in den Genever; en hy verkloekt zich door dit vocht in den Kryg, gelyk onze Soldaaten door 't buskruydt in brandewyn gesmolten, wanneer zy een storm zullen doen. Een diergelyk gebruik maaken de Oosterlingen van het Opium of Heulsap.Ga naar margenoot+ Men bemerkt dat de Amerikanen niet minder genegen zyn tot de dronkenschap dan verscheidene Europische Volkeren, en zoo men de ReisigersGa naar voetnoot(c) mag gelooven, zoude een Floridiaan den allersterkste Duitscher of Zwitser van de bank konnen drinken. Zy zouden niet wyken voor de Helden der eerste tyden, die uit bekers dronken, zoo ongemeen groot, dat een jong kaerel die qualyk kon opligten; zy zouden voor die ruime Russische drinkvaten niet schroomen, die een vremdeling genoodzaakt is tot den laatsten drop te leedigen, al zoude hy onder de tafel leggen blyven; en konnen de Bojes van Virginië en Florida kloekmoedig de kragt van hunne Casiné uitstaan, onze Geestelyken toonen zich niet min onversaagt in den Wyn-Oegst van Bachus. Belangende verders de Vrouwen der Amerikanen, deeze konnen het zoo wel als haare mans. Eenige onzer Europeaansche Vrouwen zyn mede niet min met dien euvel besmet. Men beschuldigt de Noordsche Wyven datze ook niet vies van sterken drank zyn; de Engelsche Vrouwen drinken insgelyks Punch en sterke bieren tot dronken wordens toe; sommige Hollandsche Vrouwtjes gaan zich mede wel te buiten in zoeten wyn of brandewyn, en de eene niet min als de andere ontzien zich niet, om zoo wel als de mannen in herbergen by een te komen. De Fransche Dames insgelyks, mengen tans zelden meer water in haaren wyn, en beginnen zich mede te gewennen aan de kracht | |
[pagina 47]
| |
van een drank, die de Romeinen langen tydt aan hunne Vrouwen verboden hebben, en zulks ter oorzaake van de droevige gevolgen daar de Dronkenschap haare eerbaarheit aan bloot konde stellen. In der daadt de Deugdt verliest zich lichtelyk in de dampen van den Wyn: De Wyn verdryft alle schaamte, verzekert de aanvallen der liefde, en bedekt op een bekoorlyke wyze die schroomagtigheden, die de matigheit en soberheit ons naakt voor oogen stellen. Alle welsprekendheit, alle listigheden van liefde ontdekking met koelen moede gedaan, konnen geenszins by de vrypostigheit haalen, die den Wyn ons inboezemt.
Esperés peu de vos discours;
L'Amour ne cede pas toûjours
A l'ardeur la plus raisonnable.
Souvent en buvant de bon vin,
On trouve le plus court chemin,
Pour rendre la Belle traitable.
't welk beteekent: Daar redeneering is van minder macht,
En geur van goeden wyn heeft meerder
kracht,
Zal licht de wulpsche Min in een bekooring
raaken;
Zy zal den kortsten weg eerlang inslaan,
Wyl redelyke drift moet achterstaan,
Vermits de schoonheit zich laat handelbaarder
maaken.
Ga naar margenoot+ Het is gewis dat de eenvoudige en lompe handelingen der woeste Amerikanen, zoo strydig tegen die beschaafdheit die ons byna als eigen geworden is, aan ons geen fraai denkbeeldt van hunne Feesten en Maaltyden konnen geeven. Zy eeten geheel slordig van den grondt, hun tafellaaken is de vloer, en zy veegen hunne mondt of handen nooit af. Zy geeven dikwils aan ieder der Gasten het deel dat hem van de maaltydt toekomt, enGa naar voetnoot(a) aldus deeden ook eertyds de Aloude Grieken. Zy weeten noch van Vorken noch van Servetten, doch alzoo hun voornaamste voedsel bry of eenig natte spyze is, heeft de Natuur hen een soort van lepelsGa naar voetnoot(b) leeren maaken, die eenigzins naar de onze gelyken. Wy leezen ook van een soort vanGa naar voetnoot(c) spaantjes daar zich eenige deezer Volkeren van bedienen, in plaats van Vorken om het vleesch in den mondt te steeken; 't welk eenige overeenkomst met zekere kleine houtjes byGa naar voetnoot(d) de Chineezen heeft, ten dien einde in gebruik. De Amerikanen zyn zelfs onkundig geweest van hun vleesch 't welk zy eeten, te snyden; want eer de Europeanen aldaar aanquaamen, scheurden zy hunne spyze met handen en tanden.Ga naar voetnoot(e) In sommige Oorden van 't Noordelyk Amerika is de gewoonte, dat die geen die de maaltydt aanrecht, zelf niet eet; maar alleen bezig is met zyne Gasten voor te dienen; in andere plaatsen doet hy niet als zingen, tot dat de maaltydt geëindigd is; en indien hy die post niet zelf waarneemt, beveelt hy zulks aan iemant van zyne Dienaaren. Men zal licht toestaan, dat alle deeze wyzen van doen vreemd en lomp genoeg zyn om dezelve wildt en woest te noemen en echter kan onze Oude Waereldt mede wel iets voortbrengen 't welk van die der Nieuwe Waereldt niet veel verschilt. Men verzeekert onsGa naar voetnoot(f) dat de Chineezen zelfs by de maaltyden die zy aanrechten, niet tegenwoordig zyn; alsmede dat de Persianen zich van geene Messen aan de tafel bedienen; maar bieden de stukken, te vooren gesneden, aan alle de Genodigden aan; doch wy willen de manier deezer verafgelegene Volkeren overslaan; wy konnen in Europe zelfs voorbeelden van deeze onmanierlykheit genoeg vinden die wy in deeze woeste Volkeren aanmerken. Noch niet lang geleden is 't, dat de Hollanders het gebruik van Tafellaakens en Servetten gehad hebben: een blaauw doekje deedt de rondte aan Tafel, en diende om de handen en mondt der Gasten af te veegen. Ook hielden zy geene andere vorken als de vingeren, die somtyds mede voor lepels en messen dienden. Het is wel waar dat de overtollige nettigheit daar de Hollandsche Vrouwen zoo zeer in willen uitmunten, ten deele oorzaak van deeze walgelyke eenvoudigheit hunner maaltyden was: maar deeze reden maakt de Hollandsche eenvoudigheit daarom niet te bevalliger, of meer navolgens waardiger dan die der Amerikanen. Wy moeten hier in 't voorbygaan aanmerken, dat de Fransche Koks aan de Hollanders, en aan alle de Volkeren van Europe, de wetten hebben voorgeschreeven, het smaaklyk maaken en toebereiden der spyzen aangaande; wier voorschriften niet ligt achter de bank zullen raken. | |
[pagina 48]
| |
Ga naar margenoot+ De Alouden plachten eertydts Godtsdienstige Feesten te houden: insgelyks doet noch de Amerikaansche Landaart: dikwils geschieden 'er toebereidselen ten Oorlog die zy altydt met eenige Godtsdienstige Plechtigheden verzellen. Deeze Feesten zyn ook met Gezangen ter eere hunner Goden en Krygshelden, en met vervloekingen tegen hunne Vyanden vermengt. Hedendaagsch oeffenen wy zulke plechtigheden niet meer; maar de Oude DuitschersGa naar voetnoot(a) handelden eertyds van zaaken van Oorlog en Vrede op hunne Feesten. Wy worden onder ons tans niets gewaar dat naar de Godtsvrugt gelykt, die men aan de Feesten der Alouden toeschryft, ten waare eenige plechtigheden op zekere dagen, waardoor wy dikwils aangezet worden om met onze vrienden te eeten en te drinken, en met een geheel ander oogmerk dan de Godtsvrugt. Maar evenwel om regtzinnig te spreeken; wie zal ons verzekeren dat 'er veel Godtsdienstigheit onder die Feesten der Aloude gemengt is geweest? Wy willen ons derhalven ontdoen van dat vooroordeel, 't welk ons aangaande de Oudheit verblindt, en dat ons met een verrukking van de deugden onzer Voorouderen doet spreeken. De voorbereidselen der maaltyden waren eertydts voor de Goden; men offerde hen, men deede hen wynplengingen, en men stortte gebeden tot hen uit. Tegenwoordig is by ons het teeken des Kruis of een Zegen, het geene voor de maaltydt geschiedt. En by de Duitschers zyn de tafelgebeden zeer overeenkomstig met de langwyligheit hunner maaltyden. Ga naar margenoot+ Te CanadaGa naar voetnoot(b) eeten de Vrouwen nooit met haare Mannen; maar hebben een vertrek voor haar alleen. Deeze gewoonte wordt noch in Spanje en Italië onderhouden, doch uit een ander inzicht als die van Canada hebben. De Franschen veel redelyker, en byna de eenigste der Volkeren des Aardbodems die met vrye en ongedwongene manieren gebooren worden, maaken weinig werk van Gasteryen, indien de Vrouwen niet mede van de party zyn. De Gaulen hunne Voorzaaten waren van het zelve gevoelen, en de Duitschers, die men ten onrechte beschuldigt, alleen tot den Wyn genegen te zyn, waren het met de Aloude Gaulers eens. Beide lieten zy de Vrouwen op de Feesten toe, en zelfs in de Raadsvergaderingen te verschynen. De Oude Romeinen alleenlyk met de overwinning der Waereldt bezig, verachtten al wat den naam van Krygsman niet voerde, en handelden hunne Vrouwen en kinderen met veel gestrengheit. De Hoflykheit is eerst met de wellustigheit in de Republyk ingevoerdt, en de Vrouwelyke Sexe heeft de Roomsche Feesten niet eerder door haare tegenwoordigheit vereerdt, dan na dat de Romeinen, oneindig veel beschaafder, dan hunne Voorouderen, doch te gelyk min Krygszugtig, den Krygs-God Mars hadden verlaaten om den Minnegod te dienen. De Hollanders rechten partyen van vermaak in 't byzyn der Vrouwen aan, als of zy 'er niet waren; en niets is gemeener onder hun dan de geselschappen der Vrouwen, nevens die der Mannen in een en de zelve Kamer endeelk een byzonder gezelschap uitmakende. De eene Sexe kan zich vrolyk maaken zonder deel te hebben aan 't vermaak der andere, en de Vryer gaat aldaar somtyds zyne Meestresse voorby, als of hy ze niet eens kende. De rechte Grondtoorzaak waarvan de Amerikanen zich van de Vrouwen afzonderen, is geenszins de eerbiedigheit: maar in tegendeel de verachting; het is een soort van heerschappy die zy zich aanmatigen over een Sexe die zy meenen dat enkel tot hunnen dienst gebooren is. Wie weet zelfs of in den beginne de Grondtoorzaak der Hollanderen niet wel dezelve is geweest, als die van den Landaart van Canada? De stuursche trotsheit deezer Natie doet ons gelooven dat de Mannen zich zeer veel boven de Vrouwen achtten, en het ruuwe denkbeeldt dat zy van de vryheit hebhen, laat hun niet toe zich met een ontzag en eerbiedt, 't welk de hoflykheit anderszins omtrent de Vrouwen vereischt. Om het gezegde nu eenigzins te bewyzen, zoo laat ons de betekenis van 't woordt daar in 't Nederduitsch een getrouwde of Huis-Vrouw mede genoemt word, onderzoeken. Men kan het in de Fransche Taal met deeze twee woordenGa naar voetnoot(c) Femme domestique overzetten. Wat 'er ook van zy, men zoude ongelyk hebben de Hollanders tegenwoordig van eene kleinachting voor de Vrouwelyke Sexe te beschuldigen: men ziet dat zy alle hunne krachten inspannen om den heerschenden aart hunnes Landts te overwinnen: doch evenwel is het zeker, dat op die wyze als hunne Jeugdt opgebragt wordt, de Jongmans van de eerbaare Dochters al te veel worden afgehouden, om dat men hun het middel niet leert om haar met beschaafdheit te handelen; waar uit voortkomt dat zy somtyds in 't stuk van vryery niet meer weeten dan het geen waarvan de Zoon van broeder PhilippusGa naar voetnoot(d) op zyn | |
[pagina 49]
| |
twintigste Jaar nier onkundig konde zyn. Voor 't overige kan men van hun zeggen, zonder iemandt in 't byzonder te beleedigen, wie van dit algemeen gebrek der Natie uitgezonderd zyn,
Ga naar voetnoot(a) Qu'ils sont très neuf hors la boutique
Et quelque peu d'Arithmetique.
Dat is: Zy zyn gansch vreemdt buiten hun winkel,
En reek'nen slechts iets als een kinkel.
Aan de andere zyde weeten de Dochters, weinig gewoon mee Manvolk te verkeeren; zich gansch niet tegen hunne listen te verweeren, en vervallen gemaklyk in hunne strikken, 't welk te kennen geeft, dat zy weinig ondervinding van de ongestadigheit der Mannen hebben. Men zoude bezwaarlyk een Natie vinden, alwaar de Sexe onnoozeler en onvernuftiger van de Min zyn kan, of ligt gelooviger, wanneer een Vryer haar wat wys wil maaken in 't stuk van trouwen, schoon hy 'er niets van meent. Ga naar margenoot+ Men wil ons verzekeren, dat de woeste Amerikanen onder zich naaukeuriger de pligten van gemeenzaamheit waarneemen. Niet zeer Jaloers zynde, van dat de een meer goederen dan den anderen bezit, zoo deelen zy gestaadig alle het geene zy op de Jagt bekomen hebben, en alle hunnen Voorraadt onder elkanderen, zonder zich te bemoeijen met eenige zorgen, die anders de menschen pynigen en zoo zeer ontstellen, wanneer zy op het toekomende denken, zulks men met recht wel van hun zeggen kan, 't geen de Ridder de Cailli tot een Gierigaart zeide.
Qu'ils veulent avoir dequoi vivre après
leur mort.
Dat is: Dat zy na hunne Doodt, voor levens voedzel
zorgen.
‘De Amerikanen, zegt Lescarbot meermaalen aangehaaldt, bezitten deeze wederzydsche Liefdadigheit, die ons verlaaten heeft zoodra als het myne en 't uwe in de Waereldt gekomen is. Zy oeffenen de Herbergzaamheit, en Deugdt de Aloude Gaulers zoo eigen, die de Voorbygangers en Vreemdelingen dwongen tot hen in te komen, en ververschingen te gebruiken Men mag ook wel tot Lof der Fransche Natie zeggen, dat 'er geene Volkeren in de waereldt zyn, die meer achting voor Vreemdelingen hebben. De Duitschers hebben ook van hunne Voorouderen deezen aart behouden, zoo zeer geagt in de eerste tyden, dat het elk als een plicht oordeelde de Vreemdelingen en de Reizigers te huisvesten. Men verhaalt ook dat de Oude Grieken, en na hen de Romeinen, de gewoonte hadden van altoos zorgvuldig een gedeelte van 't geen van hunne tafel quam voor de Vreemdelingen te bewaaren en weg te zetten. De Joodsche Wet beval ook wel uitdrukkelyk den Vreemdelingen liefdadigheit te bewyzen. Wanneer de Amerikanen van 't NoordlykGa naar margenoot+ Amerika over algemeene of byzondere Zaaken vergaderen, geschiet de aanvang hunner byeenkomsten met het rooken van een pyp Tabak. Het is bekendt dat het gebruik van de Tabak alzoo gemeen is in Asië, als in de West-Indiën. De Turken houden 'er ongemeen veel van, en zelfs gaat de geneigdheit dezer Musulmannen tot de Tabak zo verreGa naar voetnoot(b)Ga naar voetnoot(c) dat men somtydts Turken vindt, om hunne misdaaden geëmpaleerd, die in dien elendigen staat aan de Voorbygangers om een pyp Tabak zullen smeeken. Het is ruim hondert en vyftig Jaar geleden, dat deeze plant het allereerst in Europe bekend geworden is, en zedert dien tydt is de Tabak by ons in zulk een agting geraakt, dat zy wel een eeuwigen naam zal behouden. De Engelschen, en vooral de Hollanders, hebben de gewoonte van altoos een pyp Tabak den geenen aan te bieden, die hen bezoeken komen. Doch wy willen ons over deeze stoffe niet verder uitbreiden; zeker is 't dat de Tabak gaerne een Glas Wyn verzelt, en de aandagt der Geleerde Lieden, op een aangenaame wyze onderhoudt en opwekt. Lescarbot schryft, dat de Amerikanen van Canada dikwils agt dagen lang door middel van Tabak te rooken konnen vasten. |
|