Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 3
(1728)–Bernard Picart– AuteursrechtvrijVII. Hoofdtstuk.
| |
[pagina 28]
| |
rope de plaats van 't eerste bekleedt. Ga naar margenoot+ Noch komen ons hier verscheydene andere veel vreemder en ongewooner Versierselen voor, dan die der kleuren. DeGa naar voetnoot(a) Virginianen drukken zich op den rug zeekere tekens uit, waar uit men zien kan onder welk Hoofdt zy leeven: waar van men ook een voorbeeldt by de Romeinen heeft, wier Krygsknegten het Keyzerlyk merk voerden, zynde het onder den Keyzer Konstantyn den Grooten een Kruis, 't welk hy hen op de schouderen liet drukken. De eerste Christenen lieten zich uit een grondt van yver en Godtsdienstigheit voor het Kruis onzes Zaligmakers, het zelve Kruis op hunne handen of armen indrukken; en zelfs hedendaags ziet men 'er weinige van de Pelgrimagie van Jeruzalem of van het H. Graf wederkeeren, die niet een diergelyk merkteeken van hunne Geestelyke Opschryving onder de Baniere van Christus vertoonen.Ga naar margenoot+ De Brasilianen hebben de gewoonte van zich te kerven, en te snyden. ‘Alle de geenen zegt Coreal,Ga naar voetnoot(b) die onder hen voor lieden van achting willen doorgaan, en die veele Vyanden opgegeeten hebben, kerven en snyden zich op de borst en in andere deelen des lichaams; waar na zy de wonden met een zwart poeder wryven, 't welk deeze lidteekens afschuwelyk maakt, en men zoude dezelve van verre voor de opengesneden Wambussen na de wyze onzer Voorouderen aanzien. Onaangezien zulk kerven en snyden by ons in geen gebruyk is; is 't echter zoo niet met eenige andere Sieraden der West-Indianen gelegen. Het onderscheid tusschen hen en ons is, dat in Europe deeze Versierselen enkelyk van de mode afhangen, daar in tegendeel de Amerikanen veel standvastiger altydt dezelve bevalligheit in hunnen opschik vinden, nademaal zy zich aan de gedachten van andere niet kreunen, beoogende alleen 't geene hunne zinnen streelen kan, of hunnen geest een denkbeeldt van zekere glory inprenten. Daarom is 't dat zy de verscheydene verwen verkiezen, die volgens de Natuur het oog konnen vermaaken, en in hunnen tyden van Vrolykheit wel de aller levendigste zyn; ook houden zy veel van 't snyden en kerven, om dat men daar uit oordeelt, dat zy kloekmoedig zyn en een strydbaar Volk. Hoewel de mode by ons de kleuren veel of weinige doet achten, zoo is 't echter gewis, dat het de zinnen overhaalen, en dat wy genoodzaakt zyn om 'er gelyk deeze Volkeren van te moeten oordeelen. Een grondt van Eerzugt zoude ons konnen tot het kerven en snyden doen overhellen; indien onze Overheden een openbaar besluyt afkondigden, dat alle de geenen, die geen zorg droegen van zich op de wyze der Brasilianen te kerven en te snyden, voor lafhartige en vervalle uyt de achting van 't Gemeen verklaard zouden worden. Men zou wel haast duyzenden van menschen zien uitmunten door hunne lidteekens, en mogelyk zoude in zulk een geval wel eenige der blooste door eerzugt aangezet, zich daar toe alzoo gereed vinden als de allerbraafsten. De geenen die voor de pyn vreesden, zouden op middelen bedacht zyn om zich zonder pyn te kerven: en die overwonnen hebbende zoude men trachten, dit kerven en snyden na de wyze der Volkeren, meer en meer te versieren, en aldus zoude de mode daar van in geheel Europe konnen ingevoerd worden. Deeze stelling is zoo gansch vreemd niet: dewyl elk een voor de verachting vreest. En het is gewis, dat voor deezen eenige Brasilianen, die onder hunne mede Landslieden uitmuntten, goedgevonden hebben eene zekere eer te stellen in het kerven en in de lidteekens, welke vreemde gewoonte in 't vervolg door hunne afkomelingen blindeling is opgevolgdt, met verachting der geenen die zulks verzuymden. De Amerikanen hebben, gelyk wy, het gebruik der Oorringen, Armringen en Halsbanden:Ga naar margenoot+ doch by hen word dit zoo wel door de Mannen als door de Vrouwen opgevolgdt. Eveneens was het ook by de Alouden, ten opzigte van de Juweelen tot Sieraadt van 't Aangezigt. De Amerikanen hebben ook noch versiersels, die zy aan de neus en aan de lippen hangen.Ga naar voetnoot(c) De Oude Hebreen droegen ringen voor 't voorhoofdt, en zelfs door de neus, 't welk noch hedendaags by de Oost-Indianen in gebruik is. De Brasilianen hebben de onderste lip van hunne kindsheit af doorboord, waar door zy tot Sieraadt een wit Beentje, als Yvoir, draagen of in plaats van een beentje steeken zy dikwils door die opening een Jaspis Steen, of een valsche Smaragd; zelfs steeken zy dezelve wel door de wangen. Wat de Oorringen betreft, onnoodig is 't hier een optelling te doen van alle de Volkeren die deeze gewoonte onderhouden: als mede van de zodanigen die het gebruik der Armringen en Halsbanden hebben. De Amerikanen gaan noch verder; zy draagen aan hunne beenen en rondom het lichaam zodanige Versierselen als wy alleenlyk aan den hals en aan de | |
[pagina 29]
| |
armen draagen: maar het bestaat niet altoos by hun uit Goudt of Edelgesteente. De Brasilianen hebben een groote achting voor de Hoorntjes en het Glaswerk 't welk de Europeanen hun toevoeren; en bygebrek van dien, bedienen zy zich van kleine stukjes koper, van eenige gekleurde steentjes, en zelfs van vischgraaten; echter komen zy in deeze slegte verkiezing noch verdraagelyker voor dan de Hottentotten van de Kaap de Goede Hoop, die zich met darmen omhangen en opschikken. Eenige Volkeren van Canada,Ga naar voetnoot(a) by Lescarbot Armouchiqueeten genoemt, ‘hebben, zegt hy, de gewoonte van aan de gewrigten der handen, en op den enklauw aan de beenen koopere plaaten te draagen, op de wyze als boeyen: en in 't hangen van 't lyf booven de heupen een Gordel gemaakt van kopere pypjes een vinger lang, en aan elkander gereegen ter lengte van den Gordel; eygentlyk zo alsGa naar voetnoot(b) Herodiaan verhaalt; dat onder de Picten in gebruik was, zeggende, dat zy hunne lichaamen en halzen met yzer omgordden, achtende zulks een groot sieraadt, en een teken dat zy zeer ryk zyn; gelyk andere Volkeren, wanneer zy maar goudt hadden?’ Wy moeten hier ook met geen stilzwygen voorbygaan de Hoofd- en Voorhoofd-Versierselen bestaande uit veeren van verscheyden kleuren, grootelyks by de Brasilianen geacht, alsmede de Vederbosschen der Mexikanen, en de Kroonen van Elants hair rood geverfdt; en op een zelfkant vast gemaakt, waarmede die van Canada hunne hoofden omwinden. De waardigheit van deeze Versierselen is in Europe zoo geheel onbekend niet, en het gebruik der Pluimen tot sieraadt heeft 'er zeer lang in zwang gegaan, zynde door de wispeltuurigheit der Franschen nu schier geheel verbannen, doch by sommige andere Europeanen noch in gebruik. De Vrouwen plagten langen tydt mutsen met pluimen te draagen, en vederbosschen, waarvan de gewoonte noch niet geheel vernietigd is, en wel weder konde ingevoerd worden; want de modens zien wy dagelyks sterven en weder herleeven. De Tochan draagt men rondom den hals, bestaande uit fyne en kleine geele en roode pluimen. De Brasilianen bedienen 'er zich mede van kleyne plaistertjes by ons, Mouches genoemt, die zy met wasch op hunne wangen plakken: maar dit sieraadt dient alleen op de plechtige feestdagen. Indien nu onze Dames in de plaats van Mouches zich van zodanige roode pluimtjes wilden bedienen; zoude dit zoo qualyk staan? wy laaten van deeze schoonheden, de Salet-Jonkers oordeelen. |
|