Album Willem Pée
(1973)–Willem Pée– Auteursrechtelijk beschermdDe jubilaris aangeboden bij zijn zeventigste verjaardag
[pagina 131]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Bo en het Noordwestvlaams
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 132]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
woorden die mogen beschouwd worden als gekend door de gehele bevolking, en termen die eerder tot de vaktaal van vissers en zeelui behoren
Lijst I. 1. De bevolking kent: bak(ke) (1), balie (2), barkadaine (1), zich beschepen, bewaai (1), bezaan (1), bibberschip (1), binnevis (1), blakarnas (1), bootsjouwer (1), bulsterhout, deelvis (1), diepen (1), (strange)-drifter (1), draaipit (1), duinekneeker, paaizak (1), galle, kruwen, gleiboer (1), grijsaard (1), hoofd (2), duinegarde (1), iselander (1), hilte, lichten (1), kateie, kiste (2), vishoek (1), kordeelvissen (1), hakezetter (1), korreboel (1), krankstroom, kwijlzand, lijfboei (1), linken (1), male (1), peeuwe (1), pangel, karte, ponte (2), rabatten (1), rellinge (1), rieme (2), slijkkogge, slijkbard (1), totte (1); tuien (1), visraper (1), vuurschip (1). 2. Tot de vakterminologie van zeevaart en visserij behoren: ankerkuil (1), apostel (1), hapschaard, asschenwupper (1), baaklijke (1), landvaste (1), bakloper (1), golge (2), berghout (1), bijliggen (1), blok (2), djomper (1), gel (1), gramets (1), hazemande (1), iek (1), klaks (1), knuuvoet (1), kollijne (1), bak liggen (1), kopsteken (1), korkvendel (1), lagoeze (1), laan (2), lambled (1), laver, liederen (1), logist, loodskutter, droogwater (1), magerwater (1), marmok (1), noormander (1), padde (1), ruider (1), rijzen (1), rif (1), robber (1), scherp (1), schietejager (1), schote (2), schover (1), schrooie (1), slabberaaie (1), smakschip (1), teen (1), tompe (1), trape (2), tronk, steger.
(1) : woorden die door De Bo niet vermeld worden. (2) : woorden die hij in een totaal andere betekenis verklaart. geen cijfer : woorden die hij in de toepasselijke betekenis verklaart
Aanwezigheid van de onderzochte woorden in het Westvlaamsch Idioticon:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 133]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hieruit blijkt dus dat De Bo 83% van de opgetekende woorden niet in de bedoelde betekenis kende. Het zou echter erg voorbarig zijn nu reeds de konkluzie te trekken dat De Bo geen Kustwestvlaams in zijn idiotikon heeft opgenomen; het is enkel een aanwijzing dat hij niet vertrouwd was met de vakterminologie (in de ruime zin) van zeevissers en strandjutters. En zelfs dan nog kunnen we ons afvragen in hoever het hier wel degelijk gaat om oude woorden die in De Bo's tijd gebruikelijk waren. De enige garantie op dit vlak is de leeftijd van de zegslieden en de betrekkelijke ruime verspreiding van de woorden. In West-Vlaanderen is maar één kust, bijgevolg is het onmogelijk om, uitgaande van de zaken zelf, een vergelijkende studie te maken van benamingen voor dezelfde zaak. Er is echter wel een vergelijking van een andere orde mogelijk: we kunnen de vertegenwoordiging van een andere voor West-Vlaanderen unieke vakterminologie uit een andere streek nagaan in het Westvlaamsch Idioticon. Doen we dat voor de hopteelt in het Poperingse, dan blijkt dat De Bo voor dit onderwerp heel wat meer materiaal heeft verzameld dan voor de taal van de kustbewoners in het door mij bewerkte gebied. Een gelijkaardige steekproef met 150 termen uit de hopteeltGa naar eind1 leverde volgend resultaat op: van 150 onderzochte woorden zijn er 135, dit is 90%, in de toepasselijke betekenis vermeld. Dit resultaat sterkt ons vermoeden dat de woorden van lijst I in het Westvlaamsch Idioticon ontbreken, niet omdat het (ten dele) vaktermen zijn maar omdat ze gebruikt worden in een gebied waarover De Bo minder geïnformeerd was. De Bo's gebrek aan representativiteit beperkt zich echter niet tot de smalle strook tussen zee en klei. Hoewel we zouden verwachten dat de vaktaal van de Westvlaamse boer voor hem weinig geheimen had, levert een beperkt vergelijkend onderzoek merkwaardige resultaten op. Toen ik enkele jaren geleden onder de leiding van de professoren W. Pée en V.F. Vanacker een woordgeografische studie voorbereidde over de landbouw in enkele poldergemeentenGa naar eind2, tekende ik heel wat benamingen op die ik in het Westvlaamsch Idioticon helemaal niet of niet in de toepasselijke betekenis terugvond. Die woorden heb ik vergeleken met de korresponderende benamingen in twee andere gebieden: Veurne-Ambacht (= dialekt 2)Ga naar eind3 en de omgeving van Tielt (= dialekt 3)Ga naar eind4. Daar ik vertrokken ben van de taal in de polders (= dialekt 1) is het begrijpelijk dat er in kolom 2 en 3 hiaten voorkomen: verscheidene zaken zijn in de andere dialekten onbekend. Daarom ook heb ik mijn bevindingen in procenten per kolom uitgedrukt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 134]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lijst II.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 135]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 136]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 137]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 138]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1): Woorden die in het Westvlaamsch Idioticon niet voorkomen. (2): Woorden die opgenomen zijn in een andere (niet verwante) betekenis. (3): Woorden die voorkomen in een verwante, ruimere of engere betekenis dan de toepasselijke.
*: komen in het Woordenboek der Zeeuwse Dialekten wel in de toepasselijke betekenis voor.
geen cijfer: Woorden die door De Bo in de toepasselijke betekenis vermeld worden.
Aanwezigheid van de onderzochte woorden bij De Bo:
Het totaal aantal woorden dat bij De Bo niet in de toepasselijke betekenis voorkomt bedraagt dus 86,5% voor dialekt 1, 45,5% voor dialekt 2 en 26,5% voor dialekt 3. Uit dit onderzoek blijkt overduidelijk dat De Bo het meest betrouwbaar is voor dialekt 3, d.i. Tielt en omgeving, en het minst voor het gebied waar ik werkzaam was. Voorts heb ik alle woorden die bij De Bo niet of niet in de bedoelde betekenis voorkomen, in het Woordenboek der Zeeuwse Dialekten opgezocht. Het resultaat is merkwaardig genoeg om hier vermeld te worden: | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 139]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Waar het Westvlaams afwijkt van De Bo is er een zekere verwantschap met het Zeeuws. Absoluut gezien is die verwantschap het grootst in dialekt 1 waar een groter aantal woorden niet bij het Westvlaams van De Bo maar wel bij het Zeeuws aansluiten. Daarmee is alleszins bewezen dat het Westvlaamsch Idioticon grote hiaten bevat. Wil men de representativiteit voor de verschillende gebieden in West-Vlaanderen eksakt bepalen, dan moet men deze test uitbreiden over een veel ruimere woordenschat (ideaal gezien eigenlijk over alle woorden) van zoveel mogelijk vakgebieden. Ik zie echter weinig heil in een dergelijk onderzoek omdat het niet erg realistisch is in 1972 een idiotikon van 1873 te willen aanvullen. We mogen niet vergeten dat De Bo en zijn medewerkers - waaronder Gezelle ongetwijfeld de belangrijkste is - al omstreeks 1830 begonnen te verzamelen, en vele zegslieden waren toen zeker al bejaard. Nog afgezien van de hanteerbaarheid, vertoont het Westvlaams Idioticon dus enkele fundamentele leemtes die door de moderne dialektologie moeten worden aangevuld. Het kan de jubilaris alleen maar tot eer strekken dat hij het initiatief heeft genomen tot het samenstellen van het Woordenboek der Vlaamse Dialekten, een projekt dat dank zij zijn toewijding en bemoeiingen, met een krediet van het F.K.F.O is kunnen van wal steken. |
|