Ideën III
(1876)– Multatuli– Auteursrechtvrij
[pagina 342]
| |
den vyand niet verjaagde. Een generaal met godsdienst en krygskunde... 't was te veel - misschien moest ik zeggen, 't was te weinig - tegen zooveel Pruisen. In verband met 475, noodig ik den lezer uit, het verslag van dien officier over de laatste vecht-epizoden aandachtig te lezen. Ook 't stuk van z'n kollega changarnier, waarop deze onlangs 't nieuwsgierig Frankryk vergastte, is de moeite van de ontleding waard. Met eenige oplettendheid - en vrye studie! - zal men ontwaren dat de vechthelden, even als moralisten die steeds ‘principes’ by-de-hand hebben om 't goede natelaten, altyd grondbeginselen van hoog militair-wetenschappelyken aard weten aantevoeren, die hun verbieden den vyand op z'n kop te slaan. Het stuk van trochu is niet slechter dan de meesten van die soort - dat heet: het is ellendig - en ik heb daaruit weer een-en-ander geleerd, waarvan ik den lezer deelgenoot maken wil. Om 'n krygskundig plan waardoor zeker de Pruisen waren vernietigd geworden - als God het maar gewild had - in behoorlyk licht te stellen, begint-i met 'n soort van lesjen aan de leeken. Hy wil hen op de hoogte brengen van de kunst. Dat plan was:
très simple, très pratique, très hardi...
Zeer wel, maar de kunst, de kunst, waar blyft de kunst? Ziehier. 't Plan was gemaakt volgens 'n principe...
Alle moralisten in de Assemblée staken zeker by dat woord de ooren op. Trochu doceerde:
C'est un principe que lorsqu'une armée doit prononcer un effort dans une direction donnée, il faut que cet effort soit prononcé dans la direction où cette armée n'est pas attendue...
Ziedaar de krygskunst die ik uit trochu's redevoering gehaald heb. Ik ‘prononceerde’ allerlei ‘efforts’ om z'n oorlogswysheid diep te vinden, maar 't lukte niet. Wel slaagde ik in 't begrypen hoe zóó'n man behoefte voelt aan 'n God. Het verwondert me dat hy er maar één heeft. Me dunkt 'n heele Olymp-vol was niet te veel voor zooveel domheid. 't Is nu maar te hopen dat die Pruisen dat fameuse stuk niet te zien krygen. Is 't niet wat onvoorzichtig, zoo slordig omtegaan met de fynste fynigheden van 't métier? Men moet evenwel erkennen dat Frankryk's vyanden in dezelfde al te naïve fout zyn vervallen. Ook zy hebben aan trochu 'n krygskundig grondbeginsel verklapt, dat in diep- | |
[pagina 343]
| |
zinnigheid met het zyne om den voorrang strydt, en waarvan-i zekerlyk by gelegenheid gebruik zal maken. Hy verhaalt namelyk dat de vyand zich versterkt had:
Il renduit ses lignes inabordables...
Hoe deed hy dit? Lezer, schrik niet, maar ik kan u niet beloven dat de zaak zal afloopen zonder verbazing:
Les Prussiens ont apptiqué ce principe moderne: que pour défendre une route, il ne faut pas se mettre sur la route, mais à côté, tandis que la route reste accessible pour les transports...
Men ziet, er is weer 'n principe by. En wel 'n modern principe! De vorigen waren zeker ouwerwetsch. Ik maak van deze gelegenheid gebruik, om voor zooveel noodig, de scherpte te rechtvaardigen van m'n uitvallen in 753, vlgg. Ik noem daar ergens de taktiek van den aartsengelmichael: gedemodeerd Trochu's woord: principe moderne maakt deze en dergelyke persifflages tot nuchtere waarheid... 'n onderscheiding waarin m'n spotternyen zich dikwyls verheugen. |
|