Ideën III
(1876)– Multatuli– Auteursrechtvrij
[pagina 325]
| |
897.Naar myn inzien is het 'n dwaling, te gelooven dat de Hervormers der zestiende eeuw gunstig gewerkt hebben op de Verlichting. Ze veranderden juist genoeg om te doen berusten in het torschen van de nachtmerrie die ons drukt, niet genoeg om optewekken tot het afschudden van dat spook. Wie hieraan twyfelt, vergelyke den zin dien men in katholieke landen aan 't woord ‘liberaal’ hecht, met de beteekenis die daaraan wordt gegeven door protestanten. De protestantsche liberaal spot met monnikenpraatjes. Hy durft nog verder gaan, en verwerpt de leer der praedestinatie. Maar... Genesis, 't scheppen uit Niets, blyft hem 'n waarheid.
Hier valt men my in de rede. De modernen verzekeren ons dat sedert 'n twintigtal jaren 'n groote verandering heeft plaats gehad. Ze spreken van geologische scheppings-perioden...
Nu ja, geloof met steenkool! We kennen dit, sedert zaalberg's preeken, en 't slot van 454. Zoolang men Scheppingen aanneemt, blyf ik beweren dat de slaapdeunen uit de middeleeuwen nog altyd hun werking uitoefenen. En dit is te schadelyker, omdat het ditmaal niet om geld of goed te doen is, niet zelfs alleen om ons pezend verstand, maar tevens om 't beetjen eerlykheid dat misschien kon overgebleven zyn, na al dat karakterloos hofmaken aan 'n God van wien niemand iets weet. |
|