Lees je wijs! Hoe bevorderen we leesplezier bij kinderen?

Creatieve verwerkingsvormen bij Surinaamse kinder- en jeugdliteratuur

[p. 114]

Serie
‘Kinder Vertier’

Beginnende Lezers

Voor de tweede en derde klas

Schrijver: Soecy Gummels
Titel: Serie ‘Kinder Vertier’ (2005)
Illustraties: Soecy Gummels en andere illustratoren
Uitgegeven: Teslar Publications

Titels:

Ramon en Rinaldo

Een dag uit het leven van Henkie de Haas

Randy en zijn vader de piloot

Wat is er met Chico?

Zo leef ik netjes, goed en gezond

De familie Poes

[p. 115]

Soecy Gummels heeft voor enigszins gevorderde lezertjes van een jaar of zeven, acht een serie boekjes geschreven over spannende belevenissen in het kinderleven. In ‘Randy en zijn vader de piloot’, bijvoorbeeld, mag de achtjarige Randy een keer met zijn vader mee vliegen en nog wel in een klein, open vliegtuig. Tussendoor krijgen de lezertjes informatie over vliegtuigen.

In ‘Wat is er met Chico?’ vertelt Soecy over een kleine clown die verlangt naar een eigen fiets en in ‘Ramon en Rinaldo’ over twee vriendjes die samen buiten allerlei spannende dingen doen. Ze laten zich bijvoorbeeld kletsnat regenen.

In ‘Een dag uit het leven van Henkie de Haas’ en ‘De familie Poes’ zijn dieren de hoofdfiguren, maar in de verhaaltjes leven ze net als mensen.

En ‘Zo leef ik netjes, goed en gezond’ is een geïllustreerd handboekje met leefregels voor kinderen. Gebleken is dat dit boekje goede lesstof bevat. Vooral voor kinderen bij wie er thuis niet zo op deze dingen gelet wordt.

Werkvorm met: Kinder Vertier

Wat?

Een groepsgesprek. De boekjes zijn geschikt om in de klas voor te lezen als inleiding tot een groepsgeprek.

Waarom?

Zo'n gesprek bevordert de communcatie tussen de leerlingen: ze komen immers dingen over elkaar te weten en kunnen vragen erover stellen. Ook is het, met name in klassen waar de kinderen nog moeite hebben met de Nederlandse taal, bevorderend voor de taalbeheersing.

Hoe?

In ‘Ramon en Rinaldo’ vraagt Soecy zelf op de laatste pagina: ‘Heb jij ook een vriendje of vriendinnetje met wie je graag de dag deelt?’

Dat kan een aanleiding zijn voor een klassengesprek: wat doen jullie dan? Beleven jullie spannende dingen? Enzovoort.

De leerkracht moet er goed op letten dat niet alleen de ‘praatgrage’ leerlingen aan bod komen, maar ook de wat stillere. Zo geven de andere deeltjes ook aanleiding tot een gesprek als de leerkracht een vraag stelt die dicht bij de kinderen staat. ‘Randy en zijn vader de piloot’ spreekt de jongens aan. Het beroep van piloot trekt hen aan... maar er zijn ook vrouwelijke piloten!