Vijf versies van 'Vera'
(1962)–H. Marsman– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 158]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vera
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 159]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 160]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aant.1bij de harde, zwijgende hartstocht van de vrouw, die hij destijds geroofd had op 2 Hiddensoe - hem wél deed en boeide en die hem, egocentrisch en slecht psycholoog, 3 niet gekunsteld toescheen. Hij constateerde in den schokkenden trein, dat hij haast 4 niets meer las, zelfs niet meer het soort cultuurhistorische bespiegeling en speculaties, 5 dat hem vroeger het sterkst had geboeid. Daar stond tegenover dat hij (misschien 6 tengevolge van zijn geringe intellectueele werkzaamheid, voor zoover zijn chemische 7 studie daar althans buiten viel) niet taalde naar andere vrouwen dan Vera. Dofheid, 8 onverschilligheid, sleur? Waarom bleef hij bij Vera? waarom zou hij niet bij haar 9 blijven? zij verveelde hem niet; goed - maar vervulde zij hem? - Toen vond Hauser, 10 dat zijn gedachtengang te diep of tenminste te plechtig werd en met een ruk sprong 11 hij van de belachelijke ernst, die voor hem inhaerent was aan ieder examen de con-12science, over op het plannen maken voor den avond. De vrouw tegenover hem keek 13 hem echter een oogenblik aan en onverbiddellijk werd hij terug gestuurd naar de plek 14 in zijn hersens, waar hij de gedachten aan Vera moedwillig had afgebroken ...: een 15 vrouw vervulde hem nooit, om die term dan maar te gebruiken, dus ook Vera niet. 16 Hij kon nauwelijks zeggen wat de centrale plaats in hem innam, zijn werk, zijn blinde 17 leefdrift (waarvoor zijn werk dan misschien alleen een kanaal was), ... maar zeker 18 deden zijn liefdes dat niet. Het was eerder totaal andersom: zijn liefdes waren een 19 omgeving voor hem, een atmosfeer, een rivier: en naarmate zij in een bepaalde faze 20 van zijn bestaan een behaaglijker element voor hem waren, duurden zij langer. Dat hij, 21 omgekeerd, het klimaat waarin hij met een vrouw leefde mede bepaalde, ontging hem; 22 het ontging hem vooral, dat de atmosfeer waar het hem om te doen was, een chemisch 23 product was, dat uit de verbinding van twee naturen, zielen, lichamen en karakters 24 ontstaat. - 25De vragen bedreigden hem uit onzichtbare monden. De | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 161]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 162]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aant.1vrouw, die op Vera geleek, had haar oogen gesloten; maar nu pas ten volle schenen 2 van haar uit de raadsels en langzamerhand zelfs de bestraffingen en verwijten over 3 zijn achtelooze zelfzucht hem te bespringen. Zij, moe en lijdend tegen het venster 4 geleund, daagde hem met een onverwrikbare strengheid voor een gericht en hij, aan-5vankelijk zich wrokkend verwerend maar langzamerhand met de verwilderde snelheid 6 van een bekentenis legde rekenschap af. 7De trein remde en reed knarsend de dreunende overkapping binnen. De vrouw tegen-8over hem deed haar oogen open. Zij scheen te ontwaken uit een verre afwezigheid. 9 Zij stond behoedzaam op en verliet moeilijk den trein: plotseling was zij onzichtbaar 10 geworden in het gedrang. Maar in hem vocht de helle verwondering, dat hij zich hier 11 buiten op het perron op vrije voeten bevond met de beklemming en de onzekerheid 12 van een man, die niet kan begrijpen, dat hij tot jarenlange celstraf veroordeeld is. 13 Hij denkt: ‘morgen ben ik weer vrij.’ - |
|