Vijf versies van 'Vera'
(1962)–H. Marsman– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |
31aant.13Vera stond voor het raam van haar cel aan de Leipzigerstrasze, en keek omlaag in de 14 straat. Af en toe monsterde zij met een langzame blik de vrouwen, die over hun werk 15 gebogen zaten op het atelier. De vale Septemberdag maakte de ruimte hopeloos-triestjg. 16 Vele vrouwen, die door de staking het atelier niet konden bereiken, ontbraken, maar 17 ook langs hun plaatsen spoelde en gonsde de angstige onrust van de gesprekken. - Vera 18 probeerde te werken, maar de bittere wrevel, die haar vergalde, verlamde haar werk-19kracht. Woedend smeet ze haar potlood op de slechte, stompzinnige schetsen, die 20 half-af en landerig op haar werktafel lagen. Weer stond ze op en keek omlaag in de 21 Leipzigerstrasse... 22‘Ik zie wel een uitweg, dacht ze. Niet uit de onvoldaanheid met de verhouding met 23 Theo en niet om Theo terug te winnen. Dat wil ik niet meer. Het is immers voorbij? 24 Ik ben weer alleen. Hoor je Vera, je bent weer alleen. | |
[pagina 111]
| |
[pagina 112]
| |
Blz. 112: bladzijde uit de kopij voor het Verzameld werk
(tekst D, verkleind), door Marsman later overgetikt (zie
bladzijde 125 van deze uitgave.)
| |
[pagina 113]
| |
aant.1Nu is alles mislukt, nu is het rotter dan ooit. Dit was het laatste houvast. - Ik dacht 2 eerst dat alles zoo goed was. Wat ontbrak er toch aan? wat ging er nu aan ontbreken? 3 of wat ontbrak er al aan van begin af? Ik weet het niet meer en wat raakt het mij ook? 4 Theo wil na de staking naar Hiddensoe. Hij hoopt dat het dan weer goed zal worden, 5 als we ver van alles weer samen zijn. Hij is lief, maar wat helpt het? Wat zal dàt nu 6 nog helpen? Wat kapot is, is kapot, daarmee uit. Maar ik zie althans ièts om die 7 vervloekte staking te nekken. Daardoor ben ik hem kwijt geraakt. Ik zal de staking ... 8 maar ik verlies Theo immers geheel als ik dat doe? Ik ben Theo immers al kwijt? Maar 9 waarom zou ik mij wreken? waarover, waarop? wat kan mij zoo diep raken, dat ik 10 mij verneder tot wraak? Vera, houd nu eindelijk eens op met dat verheven luchtledige 11 moralisme. Wat raakt je dat: goed of slecht. Wreek je en doe het goed: - voel je niet, 12 dat je weer beter wordt? Harder en sterker, voel je wel ...? Ja, ik word vaster, ik 13 word vast, ik ben bijna weer blij. Ik voel dat ik tanden heb en dat ik voor niets uit 14 den weg ga. Nu lijk ik weer iets op vroeger. Nu durf ik weer, nu is het uit met de 15 liefheid, met de menschlievende lievigheid. Ze kunnen verrekken! Ik zal jullie laten 16 zien wie ik ben. En jou ook Theo, jou ook, jou vooral. Wat weten jullie van mij?! en 17 jij, jij hebt geleefd met een schim van mij, met een schaduw van mij onder narcose. 18 Maar niet met mij, niet met mij. Ik ben niet aangeraakt, ik ben vrij, ik ben onaan-19tastbaar. Ik ben ik. - Zoo, Vera, nu zou Hans je herkennen, en tevreden over je zijn. 20 Ik sta alleen, tegen jou en jullie allen tezamen. (Ja, als verraadster! - Stil, dat kan 21 immers niet, wat heb ik met die communisten te maken? Dan als spion! Vera, ben jij 22 een spion? Nee--) ik ben Vera, ik zit in het zadel. Ik rijd door Berlijn. Ik ben hard 23 en hoog en onraakbaar. Ik vernietig (jij verraadt -) ik vernietig de staking. Ik. Ik -’ |