ziek.
Met het woord of met het theater kun je meer bereiken op dit punt.’
Is het ‘Vietnam-Diskurs’ van Peter Weiss voor uw gevoel geslaagd?
‘Ja, ik vind het geslaagd. Het zou nodig in Nederland uitgevoerd moeten worden, maar daar is weinig kans op, want het is een stuk politiek toneel. Ik ben bang dat het Nederlands toneel politiek te weinig geëngageerd is om dat te kunnen opbrengen.’
Daniël de Lange, criticus van de ‘Volkskrant’, schreef dat deze vorm van politiek theater voor politieke meningsvorming weinig perspectief biedt. Bent u het daar mee eens?
‘Het “Vietnam-Diskurs” is een zeer helder stuk met zeer exakte informatie en een ondubbelzinnig standpunt. Bovendien vind ik dat het een goed theaterstuk is: van vele theatermiddelen is uitstekend gebruik gemaakt. Al met al levert dat een belangrijk stuk op.’
Revolutionaire studenten beweerden na afloop van de première in Frankfurt dat het stuk niet wezenlijk bijdraagt tot de theorie en praktijk van de revolutie.
‘Kijk, dat vind ik juist wel. Ik heb een hele hoop informatie aan het stuk te danken. Die informatie kun je ook lezen natuurlijk, maar dan dringt het toch minder tot je door. Het wordt op het toneel gezegd, het gebéurt en blijft je scherper bij. En dan zitten er een paar zeer duidelijke ideologische passages in. Er wordt bijvoorbeeld verbeeld hoe de raden in Vietnam worden gesticht, de communistische raden, en dan zie je heel goed dat het doorsnee bourgeois theaterpubliek zich verveelt. Ik vind dat juist ontzettend fascinerend.’
Wilt u die revolutionaire studenten, die met Vietcong-vlaggen in de schouwburg zaten, bourgeois theaterpubliek noemen?
‘Néé, maar zij hebben andere bezwaren. Zij gaan er van uit dat het beter is dat zo'n stuk verboden wordt, want het spelen van dit stuk kan een argument zijn in de handen van de autoriteiten en de bourgeoisie: kijk, zo'n anti-imperialistisch stuk kan hier - in onze democratie - toch maar gespeeld worden. Intussen nemen deze autoriteiten de les niet serieus. Dan verandert zo'n stuk niks. Het stuk speelt dan de rol van de hofnar en helpt slechts het bestaande systeem overeind te houden. In die gedach-