van Nimwegen is al klaar en gespeeld op het experimentele film-festival in Knokke. Het is een blasfemie. Marieken draagt alleen een gouden kuisheidsgordel. De heilige drievuldigheid: de vader, de zoon en de geest zijn naakte mannen. Batman speelt ook mee. Het publiek was door het dolle heen, kirde en joelde. Ik ben een beetje teleurgesteld, dat was niet mijn bedoeling. De andere twee stukken ga ik ook op onverhoedse plaatsen, ergens op straat bijvoorbeeld, uitproberen. Dan moet ik een ander provocatiemiddel vinden. Naakt wordt gewaardeerd.’
De jonge regisseur Leonard Frank heeft volgens zijn eigen toneelopvatting de helft van de tekst van uw ‘Lied van de moordenaar’ geschrapt. Zou u dat ook hebben goedgekeurd, als het een ander stuk, bijvoorbeeld ‘Suiker’ of ‘Een bruid in de morgen’ betrof?
‘Ze doen maar. God, ik claim geen enkel bezit. Dat stuk is niet van mij, dat zou een imperialistische opvatting zijn. Ik heb dat stuk losgelaten, het is bezit van iedereen. De regisseur heeft alle rechten. Een ander hoofdstuk is dat ik geloof dat Frank ongelijk had, hoor. Hij wou bijvoorbeeld de namen van Vlaamse lokaliteiten weglaten, hij vroeg het, van mij mag het, doe maar, maar hij wilde het doen om het als het ware universeel te maken. Alsof het overal - voor mijn part in Angola - kan spelen. Dat is simplistisch. Men is pas universeel als men concreet is.’
Wat doet u het liefst: schrijven, filmen, schilderen?
‘Geen idee. Ik schilder ook nog, ja. Woensdag dit, donderdag dat, ik moet het waarschijnlijk juist van die verwisselbaarheid hebben. Goed, de laatste jaren is de roman wat op de achtergrond geraakt, dat is waar, maar ik ben er wel mee bezig. En ik ben gepassioneerd door de film. Dat zou ik willen uitgraven, maar het ziet er naar uit dat ik een 8 mm-camera zal moeten kopen om het zelf te doen.’