Merlijn, naer het eenig bekende Steinforter handschrift
(1880)–Jacob van Maerlant– AuteursrechtvrijHoeGa naar voetnoot9 die casteel van Trebes belegen was.Hier seghet daventure mede,
Dat die koninck Artur, nu ter stede,
TracGa naar voetnoot10 opten ierstenGa naar voetnoot11 dach
25200[regelnummer]
Die in Braecmaent gelach,
Ende voer met sinen lieden tsamen
So lange datsi te DoevreGa naar voetnoot12 quamen,
Daer si Gawyne vonden al gereet
Met menegen scepe daer. God weet,
25205[regelnummer]
Scepeden si ende voeren daernaer
Te Rotselewaert, wetet vorwaer,
Si hadden goeden wint ende weder scone;
Si voeren so lange, datsi in dien doene
Eens morgens te Rotsele quamen;
25210[regelnummer]
Daer landen si ende sloegen teGa naar voetnoot13 samen
HaerGa naar voetnoot14 tenten ende logierden daernaer.
Niet lange en warensi komen daer,
Merlijn en quam toten koninck Arture,
DiesGa naar voetnoot15 herde blide was ter ure,
25215[regelnummer]
Ende danderGa naar voetnoot16 twe koninge mede,
Ende heer Gawyn oec ter stede;
Dese daden hem grote feeste daer,
Doe gingensi hem rastenGa naar voetnoot17 naer.
Hier latic dese rastenGa naar voetnoot17 nu
25220[regelnummer]
Ende sal van Leonse tellen iu
Ende van Pharyne, daer gy af hiervoren,
Doe Merlijn van hem sciet, mochtGa naar voetnoot18 horen,
Die hem gesechtGa naar voetnoot19 hadde herde wale
Van Ponces (ende) Anthonis altemale
25225[regelnummer]
Ende van Frolles ende van Claudas,
Also ic u te voren hier las.
Nu hadden Leonse ende Pharien
Hem hiertegen also vorsien,
Datsi die beeste ende al dat goet mede
25230[regelnummer]
Hadden doen voeren in borge, in steden,
Ende Pharien dede oec mede alsoe.
In dat lant van Gannes mede daertoe
HaddiGa naar voetnoot20 nu vergadert tienGa naar voetnoot21 dusent man,
Ende es daermede getogen voertan
25235[regelnummer]
Tote Leonsen te BonewycwaertGa naar voetnoot22;
Hi hadde sine stede wel bewaert
Ende sine castele beset mede;
Ende Leonse, die oec aldus dede,
Hi hadde tienGa naar voetnoot21 dusent man wel te harnas.
25240[regelnummer]
Doe Pharien ende Leonse vergadert was,
LagenGa naar voetnoot23 si met horenGa naar voetnoot24 heer te samen
Totedat haer viande quamen,
Die daer logierden in dat lant,
Ende gingen bernen al te hant,
25245[regelnummer]
Maer si en vonden niet te nemene daer,
Dat was al gevluchtetGa naar voetnoot25 vorwaer;
Ende doe die vordersteGa naar voetnoot26 niet en vonden,
Doe keerdenGa naar voetnoot27 si in dat grote heerGa naar voetnoot28 ten stonden,
Ende vrageden wat si doen mocbten nu.
25250[regelnummer]
Doe wordensi te rade, seggic iu,
Datsi vor Trebe woudenGa naar voetnoot29 varen;
Doe voerensiGa naar voetnoot30 derwaertGa naar voetnoot31 sonder sparen,
Ende logierden in enenGa naar voetnoot32 velde daer
Onder den castele, die vorwaer
| |
[pagina 281]
| |
25255[regelnummer]
Herde hoge was, ende oec daerby
Alombe een groet maras sy,
Ende hi en hadde maer enen wech, God weet,
Ene halve myle lanc ende niet breet.
In dene syde logierdenGa naar voetnoot1 Pontes (ende) Antones,
25260[regelnummer]
Ende Frolles van Aelmanien die es
Gelogiert banderGa naar voetnoot2 syde mede,
Entie koninck Claudas in die derde stede,
Entes koninges liede van Gales
Over die vierde, sijt seker des,
25265[regelnummer]
Die geleide RondoilGa naar voetnoot3, sijn drossate,
Die stont was ende ongemate.
Aldus was die casteel van Trebes
In vier syden belegen, sijt gewes,
So nauwe nu in dit begin,
25270[regelnummer]
Dat daer nieman enGa naar voetnoot4 mach wt noch in;
Aldus menensi den casteel winnen
Ende verhongeren die daer sijn binnen,
Want negeen ander dinck mochte hem
Want si en mogen daer niet toeGa naar voetnoot5 komen vromen,
25275[regelnummer]
Ombe dien marasGa naar voetnoot6, die daer ombe ginc.
Dus lagensi daer lange na die dinc,
EntieGa naar voetnoot7 koninginne Eleine, die daer ter stede
Binuen was, ende haer suster mede
Hadden groten anxt, dat sy
25280[regelnummer]
Verraden mochten werden iergent by
OchteGa naar voetnoot8 gevangen, ende weenden sere
Dickewile doe ombe horenGa naar voetnoot9 here,
Dat elc so lange merretGa naar voetnoot10 mede.
Graciaen troestese sere ter stede
25285[regelnummer]
Ende zeide, si zouden, sonder waen,
Goede verlosinge hebben saen.
Dus troeste hi die vrouwen fijn;
HiGa naar voetnoot11 hadde enen sone, hiet Banijn,
Ende sijn peteGa naar voetnoot12 was die koninck Ban,
25290[regelnummer]
Ende hi was een scoen ioncman,
Ende hi was Leonces maech mede.
Ende doe Leonce wiste die waerhede,
Dat die castoel belegen was,
Ontboet hi Anthianne nadas,
25295[regelnummer]
Den drossate, dat hine kome spreken nu;
Ende hi quam tot hem, secgic iu.
Doe hiet hine al hemelycGa naar voetnoot13 varen
Tote Breoske in den foreest, twaren,
Metten sinen, ‘ende ontbeit ons naerGa naar voetnoot14
25300[regelnummer]
OpterGa naar voetnoot15 fonteinen, ende en secget daer
Nieman afGa naar voetnoot16 van al uwen lieden
Werwaert gy snlt henenGa naar voetnoot17 riden’.
Doen zeide die drossate saen,
Dat dit wel soude sijn gedaen.
25305[regelnummer]
Doe voer hi henen hemelycGa naar voetnoot13 daer;
Ende Leonce nam Banyne daernaer,
Sinen neve, ende sendene nu
Tote Pharine, dat secgic iu,
Ombedat hi quame toter stat
25310[regelnummer]
Daer si geviseert hadden voer dat,
In den foreest, daer hi wael wiste,
Ende dat hi ember niet en miste,
Hi en voere hemelycGa naar voetnoot13 nu daer;
Ende Leonce voer daernaer
25315[regelnummer]
In den foreest, daer die fonteine stoet,
Daer die drossate beide, des sijt vroet;
Dese stat hadde hem Merlijn vorwaer
Gewijst, datsi heiden souden daer;
Daer beide oec Leonce ende Anthian
25320[regelnummer]
Totedat Pharijn quam ende sine man.
Dus lagenGa naar voetnoot18 si daer alle alsoe
Tote smaendages na Sinte JansGa naar voetnoot19 dage toe.
Doe Merlijn wiste, datsi vergadert waren,
Ende datsi ontbeiden na soccoersGa naar voetnoot20, twaren,
25325[regelnummer]
Dat hi hem gelovede te brengene daer,
Doe ginc hi an Gawyne daernaer,
Ende zeide dat hi diersteGa naar voetnoot21 batalie leide,
Ende met hem nameGa naar voetnoot22 daer gereide
Die nuwe ridders entieGa naar voetnoot7 veertich mede,
25330[regelnummer]
EntieGa naar voetnoot7 van Carmelyde quamen ter stede,
‘Ende nemet haerreGa naar voetnoot23so vele mede dan,
Dat gy hebbetGa naar voetnoot24 tiendusent man,
Ende doet Ulfine voeren iu baniere’.
Ende heer Gawyn dade also sciere
25335[regelnummer]
Alse hem Merlijn hevet gehetenGa naar voetnoot25,
Ende traeGa naar voetnoot26 met sinen lieden, als wy weten,
Over ene syde. Daerna dade Merlijn
Den koninck Ban den andrenGa naar voetnoot27 zijn,
Die heer Gawyne volgen soudeGa naar voetnoot28 naer
25340[regelnummer]
Met tiendusent ridderenGa naar voetnoot28, wet vorwaer.
Doe riep Merlijn den koninck Bohoerde
Ende hiet hem, dat hi nu voerde
Die derde batalie, ‘ende nemet met in
| |
[pagina 282]
| |
Die driehondert ridders, die gy brachtetGa naar voetnoot1 nu
25345[regelnummer]
Wt koninck Amans lande, ende nemet daer mede
Tote tienGa naar voetnoot2 dusent oec nu ter stede
Van den riddren die quamen van Carmelyde’.
Doe hiet Merlijn voert tien tyden
Den koninck Artur: ‘here, gy seltGa naar voetnoot3
25350[regelnummer]
Die vierde batalie leiden met geweltGa naar voetnoot3,
Ende met iu sullen nu sijn ten stonden
Die ridders van der tafelronden’.
Doe riep die koninck (Artur) ter stede
HervineGa naar voetnoot4 ende Nasciens mede,
25355[regelnummer]
Ende hiet sine liede hem doen gereiden,
Ende si dadent doe sonder beiden.
(Ende) doe nam Merlijn den drake
Ende gavenGa naar voetnoot5 Keyen na die sake,
Ende zeide, dat hine voerde daernaer
25360[regelnummer]
‘Want dat es iu recht vorwaer,
Ende hoedet iu wale, dat radic nu,
Dat ridderscap niet en werde genedert by iu;
Ende wetyGa naar voetnoot6 wat gy doen sultGa naar voetnoot7 ter stede,
Als gy onder die viande komet daermede,
25365[regelnummer]
So voeret dat altoes in uwer hant’.
‘Dat sal ic wel doen’, zeide Keye te hant.
Merlijn hiet den drienGa naar voetnoot8 koningen doe
Ende heerGa naar voetnoot9 Gawyne, datsi dapperlike alsoe
Te Trebeswaert voerenGa naar voetnoot10 gereit,
25370[regelnummer]
‘Want hi es in vier sinnen beleit,
Ende elc prinse, die daer leget an,
Hevet onder hem twintichdusent man,
Ende elke batalie van den onsen mede
Sal cen van den horen anstryden ter stede’.
25375[regelnummer]
Doe zeide die koninck Artur: ‘Merlijn,
Hebbensi meer liedeGa naar voetnoot11 dan hier zijnGa naar voetnoot12?
‘Ja sy, here, die helchteGa naar voetnoot13, seggic iu,
Maer wy sullen een scoen soccoersGa naar voetnoot14 hebben nu
Wael van twintichdusent man,
25380[regelnummer]
Die ons sullen komen an,
Die licgen in den bosceGa naar voetnoot15 van Briokes’.
‘Hoe sullen sijtGa naar voetnoot16 weten welc tijt dat es’?
Zeide Artur. ‘Here’, zeide Merlijn doeGa naar voetnoot17
‘Ic sal se halen tydeGa naar voetnoot18 genoech daertoeGa naar voetnoot17,
25385[regelnummer]
Ende Blioberis sal voren varen nu,
Want hi weet die pade wel, secgic iu,
Ende recht alsetGa naar voetnoot19 daget suldyGa naar voetnoot20 varen;
Daer gy een hoern hoert, daer volget nare,
Ende gy sult sien enen groten brant
25390[regelnummer]
In derGa naar voetnoot20 locht, daerna volget te hant,
Want dan sal iu soccoersGa naar voetnoot21 sijn bereet,
Dat ik iu senden sal, God weet;
Blivet te Gode, ic vare nu daer’.
Dus sciet Merlijn van hem daernaer,
25395[regelnummer]
Ende quam daer Leonce was gelegen
Ende sine gesellen, ende sprac daertegen
Ende zeide: ‘wat ligdyGa naar voetnoot22 hier onder iu?
Gy en komet nember so vro nu
Te Trebes, die koninck Artur en sal
25400[regelnummer]
Daer wesen met sinen volke al’.
Alse dit Leonce verstoet, vorwaer,
Dede hi hem grote feeste daer,
Ende vragede ombe beide die koninge(doe),
Hi zeide: ‘gy sult se sienGa naar voetnoot23, ende daertoe
25405[regelnummer]
Met groter macht, die si bringen,
Maer vaste gereet iu’. Ende na dien dingen
Gereidensi hem ende makeden daer
Vier batalien, ende diersteGa naar voetnoot24 daernaer
Die leide Anthianes met sesdusent man,
25410[regelnummer]
Ende Graciaen sesdusent oec daeran,
Ende Pharijn hadder sesdusent mede,
Ende Leonce sesdusent oec ter stede.
Hiermede voerensi te Trebeswaert,
Ende alle die wile, datsi waren in der vaert,
25415[regelnummer]
Sal ic iu seggen van Arture
Ende van den tweenGa naar voetnoot25 koningen haer aventure.
|
|