Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 4 en 5
(1939)–Jan Huyghen van Linschoten– Auteursrecht onbekend
[pagina 121]
| |
Dat 21. Capittel.
| |
[pagina 122]
| |
sult terstont uwen cours doen z.z.o. aen, tot op 25 mylen daer van af doende alsdan uwen cours z.o. ende z.o. ten z. aen, waermedeGa naar margenoot+ sult komen te sien een EylandtGa naar voetnoot1) , het welcke hem van verde verthoonende is als drie Eylanden; is langhwerpich ende vlack, vol gheboomten, geleghen op 10 graden ruijm, sal u blyven aende zyde vant oosten; op alle desen wegh sult u wachten van te lywaert te vervallen. Ga naar margenoot+ By dit voorschreven Eylandt wesende, sult zuydtoost aen loopen, ende liever de loef vant zuyden houdende, als naert westen te vervallen, om oorsake vande scherpe winden diemen hier ghemeenlijcken heeft; op dese cours sult noch een ander EylandtGa naar voetnoot2) comen te sien, twelcke grooter is als 'teerste, streckt oost ende west, is van een dick vlack landt boven op, wesende de wester punt van dien, een groven dicken hoeck, te weten aende Zeekant steijl afgebict, ende naert oosten gatet al dalende af naer een swartachtigh landt toe, 'twelcke een dichte ende dicke wildernisse schijnt te wesen, leijt op 9½ graden ruijm. Ga naar margenoot+ Dit Eyland looptmen mettet Eylandt Pulo UbyGa naar voetnoot3) zuydtoost ende noordtwest, sulter op dese streeck naer toe loopen, is indeGa naar margenoot+ cours 25 mylen; Pulo Uby zijn twee Eylanden, waer van 'tgrootste streckende is noorden ende zuyden, hebbende eenen hooghenGa naar margenoot+ huevel aende zuydtzyde, ende vande n. zyde twee leeghe huevelen, met een dal int midden; dit is de verthooninghe vande westzyde: maer vande zyde van 't zuyden, schijntet altemaelGa naar margenoot+ hoogh ende ront te wesen, hebbende een kleyne dal int midden, makende twee Rootsen, int schijnsel van twee mammen ofte borsten; 'tander ende 'tcleijnste Eylandt is gheleghen aendeGa naar margenoot+ zuijdtoost zyde, wat verscheyden daer van af, maeckende een Cannael tusschen beyden, daermen wel door passeren mach: want is schoone gront: Dit kleijn Eylandt heeft aen de zyde vantGa naar margenoot+ zuijdtoosten, een Eylandeken van Steen-clippen liggen, waer van een Riffe van steenen afloopt, daermen hem alleenlijcken van moet wachten: want alle d'ander plaetsen zijn schoon,Ga naar margenoot+ hebbende de diepten van 12 vadem dicht by 't Eylandt; ende int grootste Eylandt, te weten aende zuijdtwest zyde, heeftmen versch water met een sant Bay; als ghy naer dit Eylandt toe loopt, soo sult ghy (daer ontrent comende) 14 vadem diepten | |
[pagina 123]
| |
vinden, met harde gront, ende so ghy modder gront vint, soo zijt ghy aende zyde vant landt. Van Pulo Uby tot het vaste landt van Camboja zijn 7 mylen;Ga naar margenoot+ dese custe van Camboja is van leegh landt vol geboomten, ende daer langhs heen is het banckachtigh van moddergront, streckt n.w. ende z.o. tot eenen hoeck toeGa naar voetnoot1) , welcke leyt met Pulo Uby o.n.o. ende w.z.w. streckende van ghelijcken op de selfde cours vande voorschreven hoeck af, tot de haven van Camboja toe, die daer 12 mylen van daen leyt; Dese Haven wort ghenaemtGa naar margenoot+ Dos Malyos, (dat is van de Malacquiters ofte die van Malacca) gheleghen recht teghens over Pulo CondorGa naar voetnoot2) , 'twelcke leijt met dese Haven ofte Revier n.w. ende z.o., ende n.w. ten n. ende z.o. ten z. Van Pulo Uby noordtoostwaert aen, is gheleghen aendeGa naar margenoot+ Custe een seer groote Revier, welcke heeft drie vadem diepten inde Haven, te weten, aende zyden sant gront, ende int midden modder; Die Chynen die van Sian naer China varen, passeren aende noordtzyde van Pulo Uby, ende alsser recht met overGa naar margenoot+ een komen, soo loopense oost aen, om te gaen verkennen den boven-genoemden hoeckGa naar voetnoot3) , loopende op de selfde cours naer Pulo Condor toe, twelcke zy komen te sien aende noordtzyde; als ghy met dese Cabo ofte hoeck over een zijt, so sult ghy 10 vadem diepten hebben modder grondt, ende wat voorder aen 13 vadem sant gront, ende sult van dese 13 vadem niet leegher naer landt loopen, hout liever de 14 vadem: want is sekerder; wacht u welGa naar margenoot+ vande twee EylandekensGa naar voetnoot4) , die 6 mylen van Pulo Condor af ligghen, welcke u sullen blyven aen de zyde vant zuyden; sult recht voor u uyt hebben de noorder punt vant Eylandt Pulo Condor, gheleghen op de hooghte van 8⅔ graden, ende men loopt het met Pulo Uby oost ende west, ende heeft wat van oost ten zuyden ende w. ten n. So ghy quaemt te sien Pulo Uby aende zuydzyde, te weten, dat het u aende noordtzyde blijft, so sulter tot op een mijl ofte half mijl naer voorby loopen, u altoos wachtende vande bovenghenoemde Riffe, vande Eylandekens uwen cours nemende (oost aen) naer Pulo Condor toe, met goet opsicht vande Eylandekens; 'tEylandt daer ghy op aen sult comen aende zuyder punt (passerende aende zuijdtzyde van Pulo UbyGa naar margenoot+ | |
[pagina 124]
| |
tot op drie mylen naer) sulter vinden tot op 16 vadem diepten; ende doende uwen cours naer Pulo Condor toe; op dese voorseyde diepten, so sult ghy comen te passeren tot op een half mijl aende zuijdtzyde, vande Eylandekens die 6 mylen van Pulo Condor af liggen; neemt liever (tot meerder sekerheyt) de dieptenGa naar margenoot+Ga naar margenoot+ van 17 vadem schaers, waermede sult comen aende zuydtzyde van Pulo Condor, op 3 ofte ten hooghsten 4 mylen naer; als ghy 't gesicht vande Eylandekens hebt, so moecht ghy naer Pulo Condor toe loopen, naer uwen wil, latende d'Eylandekens aende noordtzyde. Soo ghy passeerde aende zuydtzyde van Pulo Condor, om naert vaste landt te loopen, (te weten aende Custe van Champa)Ga naar voetnoot1) so loopt n.n.o. ende n.o. ten n. aen; op welcke cours sult de Custe comen te sien, om te schouwen de drooghten daer hemGa naar margenoot+ Matheus de BritoGa naar voetnoot2) op verloor, welcke zijn gheleghen 4 mylen vant landt af; somen langhs 'tlandt heen loopt op de 13 vadem diepten, so salmen op dese droochten aenkomen: maer alsmen dese drooghten gepasseert is, so is alle de reste langhes de custeGa naar margenoot+ van Champa heen, schoon en suyver; in dese contreye wesende, sult uwen wegh ende cours nemen, ghelijck als wy inde dischriptie (inde Navigatie van Malacca naer Chinen) hier voren verclaertGa naar margenoot+ hebben. Die voorsz. drooghte ghelegen aende Custe van Champa, looptmen met Pulo Condor noorden ende zuyden, ende n. ten o. ende z. ten westen, ende wat van ter halver streeck, etc. |
|