Mengelpoezy. Deel 1(1731)–Katharina Lescaille– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] Lykdicht op de dood en lykstatie van Katharyne Lescailje. Zo heeft dat glansryk licht voor eeuwig uitgescheenen? Kathrina is dan dood! helaas! ô smart! ô rouw! Komt, Amsteldichters, helpt my 't zielloos Lyk beweenen, En stort uw tranen op de Lykzark van deez' Vrouw. Lescailjes waardste Spruit, in wysheid hoog verheeven, Dat Pronkbeeld van natuur, van kennis en verstand, Daald nu ten gravenwaard, en heeft den geest gegeeven: Zy koos, voor 't aards gewoel, het Hemels vaderland: Daar zegepraald zy nu, by Godes Eng'len schaaren, Voor zyn volmaakten troon, met heerelyker lof, Bevryd van 's Waerelds druk, van kommer en bezwaaren, Wyl 't lichchaam hier beneên vergaat in aarde en stof. Elk prent haar Denkbeeld vry in zyn geheugenissen, Terwyl de Zark bedekt, dat schrand're breinryk Hoofd; Laat tyd, noch nyd, haar nooit uit uw gedachten wissen, Schoon haar de Dood, van ons, voor eeuwig heeft beroofd. Door Yver bloeid de Konst. D. Kroon. Vorige Volgende