Multatuli Encyclopedie

Prostitutie,

In Idee 1069 noemt m. als de grondoorzaak van deze ‘verlaging’ van de vrouw het ‘gebrek aan hysterische ontwikkeling’ (*hysterie). Uit de statistiek der publieke ontucht (*Parent Duchatêlet) blijkt bovendien dat ‘ydelheid, luiheid, hebzucht en armoede de hoofdrol spelen in de geschiedenis van zoogenaamd-gevallen vrouwen’ (vw vi, p. 714).

‘Waarlyk, het is niet uit Heloïses dat het personeel der publieke huizen gerecruteerd wordt, 'n soort van wezens die zich veel minder ongelukkig voelen dan de oppervlakkige beschouwer gewoonlyk meent. De laagheid der oorzaken van haar val werken tot het laatste toe gunstig op haar schandelyke tevredenheid.’ (vw vi, p. 717)

In Idee 1272 (vw vii, p. 615-624) gaat m. uitvoerig in op de prostitutie. De vrouwen worden er niet tegen hun wil toe gedwongen, hetgeen tegen de wet zou zijn:

‘De bordeelhouders zyn tegen 't gevaar dat hun industrie verlopen zal, volkomen gedekt door den toestand waarin zich hun winkelwaar bevindt, en hebben tot het compleethouden van hun inventaris niet de minste behoefte aan inbreuk op de Wet.’ (vw vii, p. 620)

Hij keurt prostitutie niet goed; het heeft echter geen zin individuen te veroordelen. Niet de wellust heeft hen zo ver gebracht, maar hoofdzakelijk andere ondeugden, ‘waaronder 'n grote rol wordt gespeeld door snoeplust, koketterie (...) en boven alles: luiheid’ (vw vii, p. 622).

*Piron *Steenbeek