hadden gekregen. Het had hem veel moeite gekost om zo vroeg op te staan en zich buiten in de kou aan te sluiten in een rij die eerst een nummer moest zien te bemachtigen.
Zelfs als je met je nummer nog niet aan de beurt was. Hij had pech, dat hij net in een buurt waar grote woningnood heerste stond ingeschreven. Eindelijk stond hij ook op de lijst van woningzoekenden. Toen zijn vrouw en kinderen waren gekomen was hij er weer heen gegaan, vol hoop dat nu de zaak werkelijk in behandeling zou komen.
Hij zou bericht thuis krijgen. Dat bericht, waar hij bij het klepperen van de brievenbus voor opstond, bleef lang uit. Pas na zes maanden kregen zij een woning toegewezen in het oude westen van Rotterdam. Het was in de winter, het huis had geen verwarming en geen warmwatervoorziening. Ze hadden geen geld om die met eigen middelen aan te brengen. Met geleend geld werden gaskachels gekocht en een tweedehands geiser. Toch waren ze er, op advies van een pandit, al ingetrokken. Anders konden ze weer een paar weken wachten voor er een andere gunstige verhuisdatum zou aanbreken. Ze verhuisden. Opgewonden: zouden de illusies die zij koesterden in vervulling gaan? Het gezamenlijk op een kamer slapen in slaapzakken bracht hen nader tot elkaar. Ze hadden nooit verwacht dat ze ooit zo zouden moeten bivakkeren op de grond, in Holland!
Er was geen huisraad. Een vierpitsgasstel op een tafeltje. Al gauw kwamen mensen met het een of ander opdraven. Een oude tv, bankstel, bedden. Voordat ze het in de gaten hadden was hun huis ingericht. En toen ze door een lening van de gsd een video konden kopen, leek dat het toppunt van welvaart en welzijn. De spanning van het inrichten en settelen in een eigen huis verdween en daarmee kondigde zich een nietsontziende ledigheid aan. De ijsappels smaakten eender als al het ander onrijp geplukte fruit. Het was nooit zo lekker als de vruchten die in de zon waren gerijpt.
Het enthousiasme van de kinderen sloeg om in heimwee. De school viel tegen. Er was nooit iemand om gewoon mee te praten. Er was stoerdoenerij in plaats van vriendschap. Een opsomming van merkartikelen, club en vereniging. De wintersport, daar moest je over meepraten. Niet over je eigen land en waar je vandaan komt. Daar bestond al genoeg kennis over in de vorm van vooroordelen.
Na twee jaar Holland werd Sundar plotseling ziek. Hij voelde zich lichamelijk en geestelijk beroerd. Hij kon nergens meer tegen, elke inspanning maakte hem dodelijk vermoeid. Misschien was het proces