95 ←04 09 1613 Ged., dl. 1 p. 48
Toelichting
Een afscheidsgedicht, geschreven toen de familie Huygens in 1613 verhuisde naar de Poten (Dagb. p. 8, hs. A: ‘Primus annus in Pooten’, in de marge bij de aantekeningen over 1613). Het afscheid betreft niet het geboortehuis in de Nobelstraat (Smit, De grootmeester van woord- en snarenspel, p. 36; Strengholt, Constanter, p. 24), maar naar alle waarschijnlijkheid een huis gelegen aan de Vijverberg (Ter Meer, ‘Het geboortehuis van Constantijn Huygens’). Aangezien het een ‘hardvochtige meester’ heeft, wiens geldzucht oorzaak is van de verhuizing, mag worden aangenomen dat het een huurhuis was.
‘Constantijns afscheid van het huis [...] was vooral een afscheid aan de tuin’, aldus Smit (a.w., l.c.). Een idyllische sfeer wordt opgeroepen door de vermelding van Phyllis en Amaryllis (vs. 8), de dryaden (vs. 9) en het Tempe-dal (vs. 10).