Liederen en gedichten
(2004)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdSonnetaant.Sinds dat meelijdenlooz' en overbolgen ramp
aan haar, die was mijn dag, de lichten heeft ontloken,
en dat mijn zoete brand verkeerd' in bitter smoken,
bestelpt van wichtig wee en dodelijke damp
5[regelnummer]
die willen dat ik krimp en rouw op rouwe klamp,
en heeft mijn geest nooit lucht van lichtenis geroken,
voordat, Arbele, gij in 't hart mij vuur kwam stoken,
hetwelk ontstoken schijnt aan mijn geleste lamp.
Zo heeft u de natuur met gulle gunst omvademd
10[regelnummer]
en heug'lijk' heerlijkheên uw ogen aangeademd,
en 't adellijk gelaat geaard naar achtb're stam.
Die vorstelijke zwaai van zinnelijke zeden
en zoete staatlijkheid mijn droef gemoed versmeden
en held'ren van zijn roest door deze verse vlam.
|
|