Hesperiden. Nieuwe poëzie in den avond des levens(1888)–J.P. Hasebroek– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 134] [p. 134] Het ideaal. Bij het zien van de Sixtijnsche Madonna in de Schildergallerij te Dresden. Maria, ave! Wees gegroet, Gij, Dresdens Schilderwonder! Maar u ook groet ik aan haar voet, Twee engeltjes daaronder! Hoe vroom tuurt steeds uw blik omhoog, Bewondrend vroeg en spade, Het Kindje met het zonnen-oog, De Moeder vol genade! Voorzeker, schoon het meest mij trekt De Maagd en 't Kind in 't midden, Toch voel 'k ook, hoe mijn geestdrift wekt Uw geestdriftvol aanbidden. 'k Zag toch door u me een les geboôn, Die 'k dankende blijf loven: ‘Zoo tuurt elk hart, dat klopt voor 't Schoon, Naar 't Ideaal naar boven!’ Vorige Volgende