Eenighe gheestelijcke liedekens
(1612)–J. Jacobsz. Harlingen– AuteursrechtvrijNa de wijse: Reyn maechdelijck pijlaer, &c.
1.
Ga naar margenoot+IN een vergulden laed
Ga naar margenoot+Onder twee Cherubinne,
Ga naar margenoot+Een stoel der ghenaed
Ga naar margenoot+Van louter goud te syen,
Ga naar margenoot+Wilt dit nu wel versinne,
Ga naar margenoot+Hier wort bewaret inne
Ga naar margenoot+Van twaelf roeden ien,
Ga naar margenoot+Twee tafelen van stien,
Ga naar margenoot+Met die gheboden tien,
Ga naar margenoot+Een golden wieroocx vat,
Ga naar margenoot+Een golden emmer semel // schoon,
Ga naar margenoot+Vervult met broot uyt s'Hemels // troon,
Ga naar margenoot+Bewaert wel desen schat,
Ga naar margenoot+Ghy wort bewaert als dat.
2.
Ga naar margenoot+Al dit figuerlijck werck,
Ga naar margenoot+De begin ende eynte,
| |
[Folio 87r]
| |
Goud is liefde sterck,Ga naar margenoot+
Elck stuck heeft sijn ghevoel,Ga naar margenoot+
Beduydt ons die ghemeynte,Ga naar margenoot+
Christus die stoel,Ga naar margenoot+
Int heylichste reioel,Ga naar margenoot+
Met alle dit woelGa naar margenoot+
Zy niemant moe of mat,Ga naar margenoot+
Behoudt Gods woort int herte // claer,Ga naar margenoot+
Oft daer volcht eenich'smerte // naer,Ga naar margenoot+
Bewaert wel desen schat,Ga naar margenoot+
Ghy wort bewaert als dat.Ga naar margenoot+
3.
Nu lesen wy ghemeen,Ga naar margenoot+
Int vierde van Esdre boecken,Ga naar margenoot+
Der schatten een,Ga naar margenoot+
God liet het licht opgaen,
T'welck schijnt in alle hoecken,Ga naar margenoot+
Voor haer die hem hier soecken,Ga naar margenoot+
T'werck van hem ghedaen,Ga naar margenoot+
Dat het zy als u vermaen
Daer uyt te verstaen,
Als uyt fonteyn oft badt,Ga naar margenoot+
Sijn wijsheyt cracht en heylich // heyt,Ga naar margenoot+
Dat s'levens wegh oock veylich // leyt,Ga naar margenoot+
Bewaert wel desen schat,Ga naar margenoot+
Ghy wort bewaert als dat.Ga naar margenoot+
4.
In die Schrift gheeft ghehoor,Ga naar margenoot+
Den Propheet Esaie,
| |
[Folio 87v]
| |
Ga naar margenoot+Der schatten tresoor,
Heel duytelijck ons wees
T'gheloove, heerschappye,
Heyl, salicheyt daer bye,
Wijsheyt cloeckheyt in dees,
Ga naar margenoot+En oock des Heeren vrees,
Ga naar margenoot+Proverbij hier op lees,
Meer als in eenen bladt,
Ga naar margenoot+Door vreese men het quade // vliet,
Ga naar margenoot+Daer God dan sijn ghenade // biedt,
Ga naar margenoot+Bewaert wel desen schat,
Ga naar margenoot+Ghy wort bewaert als dat.
5.
Ga naar margenoot+Aldus worden wy wijs,
Wt die wet en Propheten,
Ga naar margenoot+Der schatten prijs,
Ga naar margenoot+Oock uytet Psalmboeck,
Ga naar margenoot+Dat welck ons doet te weten,
Veel heylighe secreten,
Ga naar margenoot+Maer dit nu soeck
In de neghentienden hoeck,
Ga naar margenoot+Al waret cloeck // als uyt een suyver vat,
Ga naar margenoot+Dat Gods recht ons ghelucken // soud'
Ga naar margenoot+Beter als groote stucken // goud,
Ga naar margenoot+Bewaert wel desen schat,
Ga naar margenoot+Ghy wort bewaert als dat.
6.
Noch lesen wy publijck
Ga naar margenoot+Sapientia seven,
Gheen Coninckrijck
| |
[Folio 88r]
| |
Noch vorstendom gheeert,
Noch rijckdom hoog verheven,
Noch oock een ghesont leven,
Wort gheestumeert,Ga naar margenoot+
Boven dat wijsheyt leert,Ga naar margenoot+
Want sy vermeert,Ga naar margenoot+
Met dau des Hemels nat,Ga naar margenoot+
Des menschen hert met deuchde // soet,Ga naar margenoot+
Waer door men hoopt op vreuchde // goet,Ga naar margenoot+
Bewaert wel desen schat,Ga naar margenoot+
Ghy wort bewaert als dat.Ga naar margenoot+
7.
Soeckt nu alle ghelijck,Ga naar margenoot+
Beyd' avont ende morghen,Ga naar margenoot+
Hoe 't Hemelrijck,
Christus ghelijcken mocht
By een schat diep verborghen,Ga naar margenoot+
Inden acker met sorghen,
Een heeft ghesocht,
En al sijn goet voortbrocht,Ga naar margenoot+
Dacker ghekocht,
Om daer in graven plat,Ga naar margenoot+
Die dit sonder cesseeren // doet,Ga naar margenoot+
Den selven s' Hemels eeren // ontmoet,Ga naar margenoot+
Bewaert wel desen schat,Ga naar margenoot+
Ghy wort bewaert als dat.Ga naar margenoot+
8.
Sulck een was Moyses soet,Ga naar margenoot+
En wilde liever derven,Ga naar margenoot+
Al't Egypsche goet,Ga naar margenoot+
| |
[Folio 88v]
| |
Ga naar margenoot+Nam van Pharao de wijck,
Ga naar margenoot+En wilde liever swerven
Ga naar margenoot+Met Gods volck, om te erven
Ga naar margenoot+Het beloofde rijck,
Ga naar margenoot+Vruchtbaer gheensins ghelijck,
Paulus gaf blijck,
Ga naar margenoot+D'Corintische waren sat,
Ga naar margenoot+Gelijck Christus Sacheum // eert,
Ga naar margenoot+Paulus sijn Timotheum // leert,
Ga naar margenoot+Bewaert wel desen schat,
Ga naar margenoot+Ghy wort bewaert als dat.
9.
Ga naar margenoot+Oock Colossensen twee,
Ga naar margenoot+Paulus tot ons verstijven
Ga naar margenoot+Wijst ons de stee
Ga naar margenoot+Des wijsheyts schatten al,
Ga naar margenoot+Want hy spreeckt door sijn schrijven,
Ga naar margenoot+Dat sy in Christo blijven,
Ga naar margenoot+En t'Christen ghetal,
Ga naar margenoot+Daer oock in blijven sal,
Ga naar margenoot+In desen gheval,
Isser anders gheen gat,
Ga naar margenoot+Colossen drie gheschreven // staet,
Ga naar margenoot+In Christo onse leven // gaet,
Ga naar margenoot+Bewaert wel desen schat,
Ga naar margenoot+Ghy wort bewaert als dat.
10.
Ga naar margenoot+Om wel te hebben merck
Ga naar margenoot+Op den gherechten canon,
Ga naar margenoot+Stelt uwe werck
| |
[Folio 89r]
| |
Na Christi reghel just,Ga naar margenoot+
En kiest voor God gheen mammon,Ga naar margenoot+
Doet niet ghelijck als ammon,Ga naar margenoot+
Na s'vleys lust,Ga naar margenoot+
Maer stelt u hert gherust,Ga naar margenoot+
Die waerheyt kust,Ga naar margenoot+
Sonder vleck ofte clat,Ga naar margenoot+
Gods rijcke woort bevolen // blijft,Ga naar margenoot+
Sijn ghenaed onverholen // drijft,Ga naar margenoot+
Bewaert wel desen schat,Ga naar margenoot+
Ghy wort bewaert als dat.Ga naar margenoot+
11.
Nemet doch nu in danckGa naar margenoot+
Van u vrient dit ghedichte,
Arm ende cranckGa naar margenoot+
Zijn wy alle ghelijck,Ga naar margenoot+
Mochtet ons also stichte,Ga naar margenoot+
Al om te zijn een lichte,Ga naar margenoot+
So zijn wy rijck,Ga naar margenoot+
Als lots vrou niet om kijck,Ga naar margenoot+
Menighen strijck,Ga naar margenoot+
Ontmoet ons op dees padt,Ga naar margenoot+
Ofter al qua gheruchte // sweeftGa naar margenoot+
Als van ons elck Godtvruchtich // beeft,Ga naar margenoot+
So blijft bewaert dit schat,Ga naar margenoot+
En wy t'samen als dat.Ga naar margenoot+
Ghemaeckt 1610. |
|