Eenighe gheestelijcke liedekens
(1612)–J. Jacobsz. Harlingen– Auteursrechtvrij
[Folio 89v]
| |
Nae de wyse: Ick wil my gaen verheughe, &c.
1.
Ga naar margenoot+IEsus hiet Sierach sone,
Ga naar margenoot+Met sijn grootvaer ghemeen,
Merckt int derde hoe schoone,
Ga naar margenoot+En leerlijck zijn sijn reen,
Tot die jonckheyt alleen,
Ga naar margenoot+In tucht haer op te voeden,
Ga naar margenoot+En in goede seen,
Ga naar margenoot+Naken so s'Hemels goeden.
2.
Ga naar margenoot+Gheeft ghehoor uwen Vader
Ga naar margenoot+En volcht sijn leere na,
Ga naar margenoot+Reyn hertich allegader,
Ga naar margenoot+Ras dattet u wel gae,
Ga naar margenoot+In ghehoorsaemheyt drae,
Ga naar margenoot+Die Heere wil den Vader,
Ga naar margenoot+Tot eere jae,
Ga naar margenoot+Sijnder kinderen te gader.
3.
Ga naar margenoot+Des moeders hooch begheeren
Ga naar margenoot+Oock te houden eyst God,
Ga naar margenoot+En die den Vader eeren
Crijghen na sijn ghebodt,
Ga naar margenoot+Haer straf der sonden lot,
| |
[Folio 90r]
| |
Tot gheender tijt te loone,
Eere brengt moeder tot,
Roemt dan een schat seer schoone.Ga naar margenoot+
4.
So wie sijn Vader eeret,Ga naar margenoot+
In sijn kinderen crijcht vreucht,Ga naar margenoot+
Dat het dan oock begheeretGa naar margenoot+
In sijn ghebedt vol deucht,
T wert hem van God o ieucht,
Ghy sult te langer leven,Ga naar margenoot+
Het maeckt de moeder verheucht,Ga naar margenoot+
En ghy ghehoor wilt gheven.Ga naar margenoot+
5.
So wie den Heere vreesen,Ga naar margenoot+
Ceert tot sijn vader eer,Ga naar margenoot+
Hy sal een dienaer wesenGa naar margenoot+
Onder sijn ouders seer,
Noemt elck van dien sijn Heer,
Kant metter daedt bewijsen,
En met verduldicheyt teer,
Niet met woorden alleen prijsen.Ga naar margenoot+
6.
Hier op volcht s'vaders zeghen,Ga naar margenoot+
Als oft hy huysen bout,Ga naar margenoot+
En s'moeders fluck wilt weghen,Ga naar margenoot+
Ruckt sulcx ter neder stout,Ga naar margenoot+
Hierom toch wel onthoudt
Iou Vader niet te bespotten,Ga naar margenoot+
Eere of schand aenschout,
Recht selfs u eyghen lotten.
| |
[Folio 90v]
| |
7.
Ga naar margenoot+Iou Vader wilt besorghen,
Ga naar margenoot+Nimmermeer en bedroeft,
Ga naar margenoot+W spoet avent en morghen,
En schickt wat hy behoeft,
Niet en vertoeft,
Ga naar margenoot+Die kintsheyt neemt ten besten,
Immers u selven proeft,
Gheeft hem die eere ten lesten.
8.
Ga naar margenoot+Met weldaet te bewijsen,
Ons Vader wert ghedacht,
En wy sullent goed prijsen,
In ons van God ghewracht,
Merckt als wy zijn aemacht,
Elcx sonde sal verdwijnen
Tot Godes cracht,
Ga naar margenoot+Eert ijs van sonnen schijnen.
9.
Ga naar margenoot+Propheten en Christus even
Ga naar margenoot+Roemen hooch dese leer,
Ga naar margenoot+Ons belovende t'leven,
Ga naar margenoot+Noyt eenich ghebodt eer,
Ga naar margenoot+Consenteert dit nu seer.
Ga naar margenoot+Komt dan ontfangt u loone,
Ga naar margenoot+En danckt den Heer,
Ga naar margenoot+Nimmermeer lot so schoone.
Finis. Gemaeckt 1610. |
|