De geuzen
(1943)–Onno Zwier van Haren– Auteursrecht onbekend
[pagina 208]
| |
Derde zang.aant.aant.1.[regelnummer]
Reeds zyn tot voor den Briel gevaaren
Marinus Brand en Hopman Daam;Ga naar voetnoot2
Brand is de eer der Veerenaaren,
En Daam de roem van Haren's naam:
5.[regelnummer]
Als Enthes, onbekend aan vreesen,Ga naar voetnoot5
Van verre schreeuwd 'k wil d'eerste weesen
Die voet zal zetten op het zand!
Myn arm, gewoon in bloed te woonen,
Zal niemand wie hy zy verschoonen,
10.[regelnummer]
En rouw doen huilen 't woeste Land!
Hy spreekt en vaard: en teffens landenGa naar voetnoot11
(De bleeke Dood verzeld de bark)
Die braav' en zo getergde handenGa naar voetnoot13
Gevoerd door Roobol en la Marck.Ga naar voetnoot14
15.[regelnummer]
Hen volgen dertig volle booten,
In haast van Scheepen afgestooten,Ga naar voetnoot16
Elk vreesd dat hy de laaste schyn'!
Herdenk ô dankb're pen de naamen,
Door hen, die uit die booten kwaamen,
20.[regelnummer]
Mag 't u gebeuren vry te zyn!
| |
[pagina 209]
| |
Dees' eerst' is Enthes, Ommelander:
Wel onverzaagd, maar al te wreed,
Wiens hand der Geusen Vlag en StanderGa naar voetnoot23
Met laage moord besmetten deed!
25.[regelnummer]
't Is Gent, besproeyd door Ley' en Schelde,Ga naar voetnoot25
Die deese drie als Burgers telde,
Graav', Utenhoov', en Schonewal!Ga naar voetnoot27
En zy die Leiden's Rhyn verlieten,
Zyn Cabbiljau, de stoute Zwieten,Ga naar voetnoot29
30.[regelnummer]
En gy met hen, barbaar' Omal!Ga naar voetnoot30
[Fluks volgen yslyk aan te schouwen,
Doorhakt voor Vryheid, Land, en Geus,Ga naar voetnoot32
Met wang en voorhoofd vol van houwen,
Of zonder ooren, lip, of neus,
35.[regelnummer]
De Zeeuwen, langs Grenade's zee-en,Ga naar voetnoot35
Reisvaardig reeds na Cyprus ree-en,Ga naar voetnoot36-38
Om daar ten oorlog en te Caap,Ga naar voetnoot37
Aan Selim weg na Veer te baanen:
De Zeemans muts toond halve Maanen,Ga naar voetnoot39
40.[regelnummer]
En 't omschrift; ‘Liever Turk als Paap!‘]
| |
[pagina 210]
| |
Maar deese hoop zyn Brussellaaren,
Die durfden, onder het schavot,
Het lauwe bloed van Egmond gaêren,
En wraak beloven voor syn lot!
45.[regelnummer]
Met Looy, is Steltman, die hen leiden;Ga naar voetnoot45
Dat zelve lot bedreigde beiden!
De vlucht ontroks' aan 't wreed Sablon,Ga naar voetnoot47
Als Alba van de Friesche paalen
Kwam Overwinnaar zeegepraalen,Ga naar voetnoot49
50.[regelnummer]
En 't moord toneel op nieuw begon!
Van 't Fluitschip, in de sneeuw van 't Noorden,Ga naar voetnoot51
Tot hulp van Neêrland uitgerust,
Verlaat de Ryk de holle boorden,Ga naar voetnoot53
En steevend haastig na de Kust.
55.[regelnummer]
Aanschouw hoe dat de Nooren roeyen!
Hoe doed de buyt de krachten groeyen!
De buyt die ieder zig beloofd!
Men ziet de vreugd' in d'oogen branden,
Van weer te plunderen de stranden,
60.[regelnummer]
Door 't Noord zo meenigmaal beroofd!Ga naar voetnoot60
| |
[pagina 211]
| |
Nu ryst uw Standaar, BaanderheerenGa naar voetnoot61
Van Brederode's oud Geslacht!Ga naar voetnoot62
Dit Wapen ziet alom zig eeren,
Schoon hier door Bastaardy gebracht.
65.[regelnummer]
Maar had het Huw'lyk niet het leeven,Ga naar voetnoot65
Nog Erf, aan Lancelot gegeeven,
De Min had alles goed gedaan:
Want Venus, door haar Soon bewoogen,Ga naar voetnoot68
Gaf çieraad in gestalt' en oogen,
70.[regelnummer]
Daar Mars had moed doen meede gaan.Ga naar voetnoot70
Die stuursche weesens zyn twee Friesen:Ga naar voetnoot71
Een Schip is onder hun gebied,Ga naar voetnoot72
Sy kunnen niets als dat verliesen,
't Is all' haar Rykdom die men ziet;
75.[regelnummer]
Haar Moeder ging daar voor verpanden
Haar huys, haar haav', en haare landen,
Geen ampt voor soons was haar begeer;Ga naar voetnoot77
Gaat, zeide sy met norsche woorden,
Die koel en stil de kind'ren hoorden,
80.[regelnummer]
Keerd weder, Vry! of, Nimmermeer!
| |
[pagina 212]
| |
Welk jongeling verlaat de baaren,Ga naar voetnoot81
Zo vroeg alreeds in kryg en bloed?
Neem vry de naam der Wassenaaren,
Geen Huys is boven uwe moed!
85.[regelnummer]
Die naam, dien gy belet te sterven,
Zal nieuwe glans door u beërven,
ô Warmond! in die groote dag,Ga naar voetnoot87
Als Spanj', op 't hoogste der Puntaalen,Ga naar voetnoot88
Haar Vaandelen zag nederdaalen,
90.[regelnummer]
En rysen uw', en Neêrlands, Vlag!
Daar land Oom Hedding; oud van dagen:Ga naar voetnoot91
Syn gang is zwaar en vol van pyn:
Voor dood by Jemming weg gedragen,
Schynd hy niet wel geheeld te zyn!
95.[regelnummer]
Die twee zyn Bruin, en Everdingen,Ga naar voetnoot95
Met haar zyn Utrechts inboorlingen,
Die 't even lukt' om nog te vliên,
Voor dat de Wet met staal geschreeven
‘De Tiende Penning! of, het leeven!‘Ga naar voetnoot99
100.[regelnummer]
Der Burg'ren bloed aldaar deê zien.
| |
[pagina 213]
| |
Dit 's 't overblyfsel van die Benden,Ga naar voetnoot101
Die met het vallen van de nagt
De Maas in hare stroom zag zenden,
En daageraad daar over bragt.
105.[regelnummer]
Sy waaren 't die de voortocht maakten
En d'eerst' aan Brabands oever raakten;Ga naar voetnoot106
Wanneer, na 't voorbeeld van de Rhyn,
De Maas, door dwang van hare baaren,Ga naar voetnoot108
Oranj', aan Caesar eevenaren,Ga naar voetnoot109
110.[regelnummer]
Of boven Caesar, deede zyn!
[De jonge Thomasz bragt die MannenGa naar voetnoot111
Die 't waaterig Noord-Holland zond
Die uit de Ryp- en Grafter-BannenGa naar voetnoot113
De rykdom's prikkel hem verbond.Ga naar voetnoot114
115.[regelnummer]
Met Keetj' aan 't Beemster-meir gebooren,
Heeft Thomasz alle hoop verlooren,
Van zoete Keetje's lieve hand;
Gelyk in zeeden, woonplaats, jaaren,
In kindsheid reeds in hoop van paaren,
120.[regelnummer]
Wie had belet haar Echte band?
Ach! Keetje's Vader ryk in gelden,
In Veenen, weyden, hooy, en gras,
Wil nimmer Schoonzoon hooren melden,
By wien een kleiner erfdeel was.
125.[regelnummer]
Dus, als met d'eerste blink der Reeden,Ga naar voetnoot125
| |
[pagina 214]
| |
De zeedigheid voor alles treeden,
En çieren moet een jonge Maagd,
Krygd Keetje last, voor al te vlieden,
Dien Thomasz, meer dan and're lieden,
130.[regelnummer]
Die minder ryk, haar meest behaagd.
Vergeefs gaf Mey toen zagte dagen
De Soomer 't aangenaamste groen,
Geen tuyn kan Keetje zelfs behagen
In 't aller-vruchtbaarst' Ooft-saysoen.
135.[regelnummer]
Maar als de Vorst, in Winter-tyden,
Geheel Noord-Holland koomt verblyden,
Dan draagd de Liefd' aan Vrysters hulp;
Wanneer de Jeugd, op schaats geheeven,
De snelle winden-lyk gaat zweeven,Ga naar voetnoot139
140.[regelnummer]
Wyl d'Ouderdom bewaard de stulp.Ga naar voetnoot140
Dan kunnen Minnaars, zonder schroomen
(De gulle vreugde heerscht in 't Land)
Op 't yser, en de gladde Stroomen,
Vergaderd, vliegen hand in hand.
145.[regelnummer]
Dan leyden Thomasz vlugge schaatsen
Syn harte-wensch door Buure plaatsen,Ga naar voetnoot146
Hy drukt de ving'ren welk' hy houd;
En als, wyl Keetj' een weinig ruste,
Een zoentje beider lyden suste,
150.[regelnummer]
Scheen ys, en Noorde-wind niet koud.
Maar als by d'Ouders is vernoomen,
Die korte troost en rust zo kuys,
Werd geene reeden aangenoomen,
Die Keetje bragt uit Moeders huys!
155.[regelnummer]
Wat zal de Vryers moed beginnen?
| |
[pagina 215]
| |
Koomt, zegd hy, Makkers, buyt gaan winnenGa naar voetnoot156
Daar and'ren lokt der Vryheids glans!
Wat s'aan de Geusen mag vertoonen,Ga naar voetnoot158
Laat s'ons met goud en Vrysters loonen,
160.[regelnummer]
En honderd man nam aan die kans.]
Hoe, Blois! hoe gy zo traag in 't landen?Ga naar voetnoot161
Neen, uwe zorg is niet voor buit!
Uw hart verlangd na eed'ler panden,
Reeds zien uw' oogen verder uit!
165.[regelnummer]
Maar wyl de stranden Blois verwagten,
Verschynen weder nieuwe magten;
De Vlaamsche Geusen komen aan,
Meest alle met verminkte leeden!
Bewysen van onmenschlykheeden
170.[regelnummer]
Door Beuls en Bloedraad aangedaan.
*[regelnummer]
En hy, die bitter staat te zuchten,Ga naar voetnoot171
By 't zwarte Vaandel, styf van bloed,
Is voor den Briel het meest te duchten,
En kend geen onderscheid in woed'!
175.[regelnummer]
Door droefheid, schynd hy zonder leeven;
Maar wacht! als 't teeken is gegeeven,
Zult gy, by d'onverzoenbr' Herlyn,
Het mensche-bloed al-om zien rooken,
En door syn hand, en 't vuur gewrooken,
180.[regelnummer]
Syn Vader, Huys, en Valencyn!
| |
[pagina 216]
| |
Dog Lumei's Wacht zyn Luyker-Waalen,Ga naar voetnoot181
Gevoerd door Jelmer en Geleyn:Ga naar voetnoot182
Sy kwamen van d'Ardennes daalen,
Of hielden woon in 't laag Sereyn.Ga naar voetnoot184
185.[regelnummer]
De Maas, gevloeyd langs hunne boorden,
Herkend de weesens deeser oorden,
En schrikt van hen alhier te zien!
Sy zag het lot van hare Landen,Ga naar voetnoot188
En vreesd dat ook der Priest'ren handen
190.[regelnummer]
Nu zullen Nederland gebiên!
Maar grooter vrees', en angst, en schrikken,
Regeeren in de Brielsche Wal,
En meerderen all' oogenblikken
Na maate van der Geusen tal!
195.[regelnummer]
Een Burger, aan wien hooge jaaren
Doen zien den uitstrek der gevaaren,Ga naar voetnoot196
Roept uit, Helaas! dit is de tyd,
Die ik zo dikwyls ging voorzeggen,
Als ik het hout zag zamen leggen
200.[regelnummer]
Tot stigting van schavot of myt!
De vlam die ryst in deese golven
Zal schielyk toonen heeter gloed;
De Vryheid onder d'as bedolven
Wyst d'eerste straal in burgerbloed!
205.[regelnummer]
Wat gaat het lot voor ons bereiden?
| |
[pagina 217]
| |
Zal 't ons in zwaarder banden leiden,
Of tot een oorlog van een Eeuw?
Stel paal, ô God, in uwe slagen,
Verzacht, zo 't kan, de harde vlaagen,
210.[regelnummer]
Die dreigen Hollands Water Leeuw!
Welk' onverwagt' en felle kwaalen,
Zyn vruchten van de Dwinglandy!
d'Onnooselheid zal hier betaalenGa naar voetnoot213
Het woeden van de Heerschappy.
215.[regelnummer]
Wy zullen 't eerste bloed verstrekken
In gruw'len die de nacht zal dekken,
Of toonen aan d'opgaande Son!
Beloofden dit de vreugde vuurenGa naar voetnoot218
Die blaakten binnen onse muuren,
220.[regelnummer]
Als Spanje's Ryk alhier begon!
Hy zwygd: gekerm is op de straaten;
Elk ziet voor oogen brand en moord!
Reeds nadert Roobol met soldaaten,Ga naar voetnoot223
Reeds zyn de Vaand'len voor de Poort!
225.[regelnummer]
Die heerschen zyn het meest verleegen,
De tyd is kort om raad te pleegen;
De nood vereyst nochtans besluit:
Maar d'eene, stom, doet niet als zuchten,Ga naar voetnoot228
En d'ander is bedacht op vluchten,
230.[regelnummer]
Wyl dees' is al ter Vesten uit!Ga naar voetnoot230
|
|