De geuzen
(1943)–Onno Zwier van Haren– Auteursrecht onbekend
[pagina 218]
| |
Vierde zang.aant.aant.1.[regelnummer]
Gelyk de storm op uwe dyken,
ô Friesen, als 't Noord Westen bruid,Ga naar voetnoot2
Het paalwerk eerst voor zig doed wyken
Eer hy uw Land met Zee vervuld;
5.[regelnummer]
Zo ziet men Roobol, moê van wachtenGa naar voetnoot5
Niet lang belet door houten machten!Ga naar voetnoot6
De zwakke Poort is ras niet meer;Ga naar voetnoot7-10
Nu gaan en rook en vlammen rysen,
Die donk're en heete paaden wysen,
10.[regelnummer]
Door brandend stroo, en rys, en teer!
Daar stuyfd de woeste Waal na binnen!
Daar klimt ten Hemel naar gehuil!
Daar zoekt men met verbaasde zinnen,Ga naar voetnoot13
Hoe ieder zich voor 't staal verschuil!
15.[regelnummer]
De Houtmyt eertyds hier ontstookenGa naar voetnoot15-17
Werd op de Geestlykheid gewrooken,
En Lumei's haat spaard geen van haar!
Nog hen, die menschlykheid vertraden,Ga naar voetnoot18
Nog hen, wier zuiv're zielen baden,
20.[regelnummer]
Voor Vreê van Land, en van Altaar!
| |
[pagina 219]
| |
Omal! wat hebben u misdreevenGa naar voetnoot21
Die Priesters, welk' in stille rust,
Na Bruno's Klooster-regels leeven,Ga naar voetnoot23
Van 's Werelds zaaken onbewust?
25.[regelnummer]
Uw wreedheid vind hen onbewoogen;
De dood is altyd voor hunn' oogen;
Al 't geen aan haar uw woede leerd,Ga naar voetnoot27
Terwyl sy sterven in de pynen,
Die 't rein Gemoed dêe ligter schynen,
30.[regelnummer]
Is, dat la Marck, en gy regeerd!
Leerd, dapp're Geusen, dat de Wetten,
Die Vryheid brengd door uwe hand,
Met zagtigheid zig moeten zetten,Ga naar voetnoot33
Of haatlyk zyn in Nederland!
35.[regelnummer]
En gy, die ons met haar koomt preeken,Ga naar voetnoot35
Vergeet geleeden hoon te wreeken;
Geen wraak die ooyt by Godvrugt leefd!
Denkt, Leeraars, denkt, dat uwe monden
Een God aan Nederland verkonden,Ga naar voetnoot39
40.[regelnummer]
Die syne moorders zelfs vergeefd!
Het is te laat! en myne wenschen
En myne woorden zyn onnut!
ô Moordenaars, 't zyn Broeders, menschen,
Op welk uw wraak is uitgeput!
45.[regelnummer]
Sy streeven verder; en de Kerken,
| |
[pagina 220]
| |
De heylge graven, en de zerken,
Zyn 't voorwerp van haar dolle lust!
'k Wil zelfs de beenderen onteeren,
Zegd Lumei, dan door vlam verteeren,
50.[regelnummer]
Dan zoeken ander bloed en kust!
Maar Blois, geleerd in zagt're Schoolen,Ga naar voetnoot51
En by Oranj' in jeugd gevoed,
Heeft beter raad in 't hart verhoolen
En voorneem waardig edel bloed.Ga naar voetnoot54
55.[regelnummer]
Hy ziet verzonken in gedachten
En overweegend' hare machten
Dien dapp'ren Amsterdammenaar,
De Ryk, die uit syn Stad verdreevenGa naar voetnoot58
Daar billykheid nog Wetten leeven,
60.[regelnummer]
Zoekt Eer en Vryheid in 't gevaar!
Wyl hier de woed' aan alle zyden,
Zegd Blois, vertoond de dood, en smart,
Bespeur ik door uw meedelyden
ô Hopman! uw gevoelig hart!
65.[regelnummer]
Maar zo uw geest, die schynd gespannen,
En teld der Geusen Vloot, en Mannen,
Ziet grooter heyl voor 't Vaderland,
En myne bystand zy van nooden;
Ik vrees Tiran, nog duizend dooden,Ga naar voetnoot69
70.[regelnummer]
En sterf met u; zie daar myn hand!
ô Bloem van Hollands Edellieden,
Hervat de Ryk, ik ken uw naam
Die naam is niet gewoon te vlieden
Daar Eer kan dragen tot de Faam!
75.[regelnummer]
Ik hoor uw aanbod met genoegen,
| |
[pagina 221]
| |
Laat ons de handen zamen voegen,
Zaêm storten of behouden 't bloed!
Al schoon gejaagd uit alle Staaten;Ga naar voetnoot78
Drie dingen zyn ons nog gelaaten,
80.[regelnummer]
Oranj', en God, en onse Moed!
Den mensch is eens gezet te sterven,Ga naar voetnoot81
De dood verschrikt geen moedig man!
Maar Stad en Vaderland te derven
Door omgekogte Rechters Ban;Ga naar voetnoot84
85.[regelnummer]
Te moeten zwerven langs de stranden,
De Deugd alom te zien verbranden,
De Vryheid schenden op 't schavot;
Syn Vrouw en kinderen te missen,
Voor haar het ergst te moeten gissen,
90.[regelnummer]
Dat geeft een onverdraaglyk Lot!
Voor my, 'k heb meenigmaal gebeeden
Aan God, om graf in 't Vaderland,
En dat myn lyk en koude leeden
Mogt beuren dek van Neêrlands zand!
95.[regelnummer]
Laat thans den Briel in hare WallenGa naar voetnoot95-96
Zien 't eynde van ons ongevallen;
Of zo 't geluk ons meede lacht,
Laat God, Oranj', en Moed, nu toonen,
Hoe dat in klein begin kan woonen
100.[regelnummer]
De oorsprong van een groote macht!
Hy sprak; de traanen zyn in d'oogen,
Schoon 't weesen toond de fierste gloed,Ga naar voetnoot102
Daar Recht, en Vryheid, ingezoogen,
Met vreugde bieden 't laaste bloed!
105.[regelnummer]
Als Moed getergd, wil lyden wreeken,
| |
[pagina 222]
| |
Is d'eerste blyk die uit koomt breeken,
Die traan, die 't hart na boven zend!
Hy valt alleen by dapp're Mannen,
Hy 's uit de laffe ziel gebannen,
110.[regelnummer]
En aan de slaaven onbekend!
Zo Thetis Soon! wanneer d'Atrieden,Ga naar voetnoot111
Verblind door hare groote macht,
Zelfs wilden over u gebieden,
Die nimmer boogd voor fiere kracht;
115.[regelnummer]
Vloeyd' ook een stroom langs uwe wangen,
En Hellas heyr, met schrik bevangen,Ga naar voetnoot116
En zidderend' op uwe woed',
Deed wenschen, dat in Priams zaalen;Ga naar voetnoot118
De Wraak, en 't vuur, mogt nederdaalen
120.[regelnummer]
Van uwe toorn, en uwe moed!
Koom Vriend, zegd Blois, ik volg die hoopen,Ga naar voetnoot121
En schoon uw raad ons 't licht benam,Ga naar voetnoot122
Mag onse dood de Vryheid koopen
Voor Ridderschap en Amsterdam!
125.[regelnummer]
[Laat ons het Vaderland herrysen,Ga naar voetnoot125
Aan 't Volk, dien naam en Vryheid wysen;Ga naar voetnoot126
Die beide woonen altyd zâem,
En kunnen zâem alleen bekooren;
Want daar de Vryheid is verlooren,
130.[regelnummer]
Is 't Vaderland een yd'le naam.
| |
[pagina 223]
| |
De Dochter, die de Vryheid baarde,Ga naar voetnoot131.
Die insgelyks vlied Dwinglandy,
De Vriendschap, dwaalend' over Aarde,
Is ras de derd' aan hunne zy.]
135.[regelnummer]
Aldus by Salamis verscheenenGa naar voetnoot135.
Behield de Vriendschap ook Atheenen,Ga naar voetnoot136.
En met Atheenen Griekenland;
Als Aristides wyse raaden,
Wanneer Themistocles door daaden,
140.[regelnummer]
De Vryheid rukt' uit Xerxes hand.
Sy vinden Lumei: haare woorden
Haar welgepast en zagt beleid,
Bespaaren bloed, beletten moorden,
En minderen roofzugtigheid.
145.[regelnummer]
Sy raaden af om weg te trekken,
Sy weeten nieuwe hoop te wekken;
Schoon woest, is Lumei graag na Eer,Ga naar voetnoot147.
En Blois behendig, weet te toonen,
Hoe hoog de Vryheid kan beloonen,
150.[regelnummer]
Wyl d'ov'rig' Adel diend een Heer!Ga naar voetnoot150.
[By Carels Ryk, in Voorne's Paalen,Ga naar voetnoot151.
Was d'oude Blois aan 't hoofd van Wet,Ga naar voetnoot152.
En doed op synen Soon nu daalen,
De winst by Eerlykheid gezet.Ga naar voetnoot154.
155.[regelnummer]
Dus is Rechtvaardigheid van Oud'renGa naar voetnoot155.
| |
[pagina 224]
| |
Een schat op hunner Nazaats schoud'ren!
Want Blois geniet de zoete vreugd,
Dat, wyl de Burgers stem doen rysen,
En God, Oranj', en Vryheid, prysen;
160.[regelnummer]
Sy roemen ook Syn's Vaders deugd.]
De Ryk van syne kant gaat streelen,
Met alles, 't geen de schranderheid,
Bedagt om 's menschen hart te steelen,
Als 't op syn tyd werd voorgeleid.Ga naar voetnoot164.
165.[regelnummer]
Ruychaver, noemd by Damiaaten;Ga naar voetnoot165.
Aan Warmond, Vaderland en Staaten;Ga naar voetnoot166.
De Friesen, Oude Trouw en Moed;Ga naar voetnoot167.
Aan Looy, de haat van 't Volk voor Spanje;Ga naar voetnoot168.
Aan Daam, de Vryheid en Oranje;Ga naar voetnoot169.
170.[regelnummer]
En Groningen aan Enthes woed'!Ga naar voetnoot170.
Dus, God en Meester van ons allen,
Terwyl het menschelyk geslacht,
Onweetend, doed uw welgevallen,
Aêmd Heerschzugt meerdering van Macht;
175.[regelnummer]
De heete wellust zoekt vermaaken;
De Gierigheid aan goud te raaken;Ga naar voetnoot176.
Het kwade hart breid laster uit;
Verraad is stil, de Toorn verbolgen;
En uit die driften ziet men volgen,
180.[regelnummer]
Het einde van uw wys besluit!
|
|