Recepten huishoudschool Laan van Meerdervoort 's-Gravenhage
(1948)–Wilhelmina Hendrika de Groot, Fréderique Mathilde Stoll– Auteursrecht onbekend
[pagina 442]
| |||||||||
dit toegedekt laten rijzen (zie drie in de pan, blz. 310). Van het gerezen deeg kleine balletjes, stengels of zeer dunne, lange rolletjes maken, die in krakelingvorm gelegd kunnen worden. Deze op een ingevette bakplaat leggen, met ei bestrijken en toegedekt met een tweede bakplaat of met een met iets bloem bestoven doek, laten narijzen, totdat ze bol staan. De bakplaat in een hete oven schuiven (± 250o C.) en het deeg snel gaar bakken, ± 10 min. De koekjes in een lauwe oven (± 120o C.) door en door bros laten worden. Dit duurt voor dunne krakelingen en dunne stengels ± 20 min., voor dikkere stengels en bolletjes ½ à ¾ uur. | |||||||||
Zoute amandelkoekjes of Zoute pitmoppen (piedeeg).
Van de bestanddelen een piedeeg maken (zie blz. 414). Het deeg dun uitrollen tot een lap van ± ⅓ cm dikte en in vierkantjes snijden van ± 3 cm. Deze beleggen met één of meer amandelen, op een ingevette bakplaat leggen en met ei bestrijken. De koekjes in een hete oven bakken (200o C.), ± 15 min. | |||||||||
Zoute stengels (feuilletéedeeg).
Feuilletéedeeg zie blz. 418. 4 g zout bij het maken van de laatste toer tussen de lagen strooien. Van het deeg een vierkante lap maken van ⅓ cm dikte en deze op een natgemaakte bakplaat leggen. Van de lap stengels snijden van 6 à 8 bij 1½ cm. (De bovenkant met ei bestrijken). De stengels 10 à 15 min. bakken bij 220o C. Door het krimpen van het deeg zullen de stengels van elkaar gaan. Zo nodig ze in een weinig warme oven ook van binnen droog laten worden. | |||||||||
Zoute palmiers (feuilletéedeeg).Bestanddelen als zoute stengels. Feuilletéedeeg zie blz. 418. De niet te dun uitgerolde deeglap met iets water bestrijken en aan beide zijden oprollen, zodat de twee rollen in het midden tegen elkaar komen te liggen. Deze dubbele rol in plakjes snijden, de plakjes op een met bloem bestoven bakplaat leggen en bakken in een hete oven (220o C.), ± 10 min. | |||||||||
[pagina 443]
| |||||||||
Kaasstengels, Ronde kaasflintertjes (zandgebak).
De boter klein snijden in de bloem, de overige bestanddelen toevoegen en kneden tot een gelijkmatig deeg. Het deeg uitrollen tot een lap van ± ½ cm dikte en in reepjes snijden of van een heel dun uitgerolde lap rondjes steken. Deze op een vetgemaakte bakplaat leggen en ze in een matig warme oven (150o C.) lichtbruin bakken, ± 15 min. | |||||||||
Kaasstengels (feuilletéedeeg).
Van feuilletéedeeg, zie blz. 418, stengels maken, zie blz. 442. Inplaats van zout bij de laatste toer kaas tussen de lagen strooien. | |||||||||
kaaskoekjes (zandgebak).(bij voorkeur warm te gebruiken).
De boter klein snijden in de bloem, de overige bestanddelen toevoegen en kneden tot een gelijkmatig deeg. Het deeg uitrollen tot een lap van ± ¾ cm dikte en daaruit ronde koekjes steken van ± 4 cm middellijn. De koekjes met ei bestrijken, indien gewenst met indrukken van een vork versieren en in een matig warme oven (± 150o C.) lichtbruin bakken, ± 20 min. | |||||||||
Kaassoesjes (soezendeeg).Zie blz. 426. |
|