Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 14
(1993)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd6559. 1643 november 28. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Dat de Spaignaerden genegentheit hebben tot vrede ofte een corte stilstant gelove ick. De gemeente in Vrancrijck, de parlamenten, den adel bidden om vrede, maer die regieren hebben andere inzichten, 'twelck licht aen haer beleid zal zijn te mercken.Ga naar voetnoot2 Ick ben mede van opinie dat den adel van Hollant zich zal moeten vougen nae de pluraliteit ofte dat zij voortaen de steden zal moeten laeten bewerden met de deputatie ter Generaliteit, zonder iet daeraen te pretenderen.Ga naar voetnoot3 Als de questie van 't onderhouden van de trefves tusschen Portugael ende de Vereenigde Nederlanden zal werden geëxamineert, meene ick dat van deze zijde meer zal zijn te clagen.Ga naar voetnoot4 Mij zal lusten te verstaen hoe zij 't in Oost-Indië maecken met den anderen. Zoo het Engelsche parlement bij die resolutie blijft van zich onbeweechelijck te willen houden aen 't Schotsche verbont,Ga naar voetnoot5 zoo zal dat geschil niet dan door de wapenen connen geslist werden ende zoude wel connen loopen op een eeuwige afscheuring gelijck in Nederlant. Ick bidde uEd. desen ingeslotene brief te willen bestellen aen den heer ambassadeur d'Avaux.Ga naar voetnoot6 Zij comt van mijnheer de rijcxcancellier van Swede, die gemeent heeft dat diezelve brief den heer d'Avaux noch hier zoude vinden. Ick heb advysen dat Torstensoon | |
een stilstant presenteert aen de keisersche ende dat Gallas last heeft becomen om daerop te handelen.Ga naar voetnoot7 28 Novembris 1643.
't Zal mij lief zijn zeeckerlijck te weten hoe de visyten zullen gereguleert werden tusschen de gezanten van Vrancrijck ende die van de Geünieerde Nederlanden.Ga naar voetnoot8 | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 28e Nov. 1643 uyt Paris. |
|