Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 11
(1981)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd4891. 1640 oktober 22. Van P. Spiring SilvercronaGa naar voetnoot1.Mijnheer, U Excell.tz seer waerden ende hoochaengenaemen van den 13 desesGa naar voetnoot2 is mij den 20 selviges wel geworden; bedancke mij onder anderen ten hoogsten voor de goede comunicatie. Daerentegens is van hier niets te berechten. Ende wort hier weynich gediscoureert van | |
de coninginne-moeder in SwedenGa naar voetnoot3. Hier en daer gaet wel de spraecke, dat deselve coninginne-moeder met den coninck van Dennemarcken trouwen sal, maer uyt alle dese discoursen can men daer geene seeckerheyt vuyt nemen ende wat meer is, soo verstae ick, dat denselven coninck van Dennemarcken de gemelte coninginne-moeder noch noyt gesien, veel min gesproocken soude hebben ende verstae ick oock van goeder handt, dat den voorseyden coninck willens is een ambassada naer Sweden te laeten gaenGa naar voetnoot4 ende sich - soo men voor seecker houdt - van dese actie sal sien t'excuseren. Wat eyndelijcken daeruyt werden sal, heeft men mettertijt te vernemen. Dat wij uyt Duytslandt hebben sal u Excell.tz uyt bijgaende copy uyt CeulenGa naar voetnoot5 gelieven te vernemen. Hebbe gerne gesien u Excell.tz het vatgen wijns wel ontfangen heeft, wenschende u Excell.tz 't selve met goeder gesondheyt mocht genieten. Bedancke mij oock ten alderhoogsten voor hetgeene mij u Excell.tz in 't gebruyck der scheepen belieft heeft te comunicerenGa naar voetnoot6. Eyndigende sal u Excell.tz naer dienst. salutatie godelijcker protectie trouwlijcken bevelen ende verblijven, u Excell.tz dienst- ende vruntwilligen. | |
Haagh, den 22 8bris 1640.
P.S. Ick bidde u Ex.tz hierbij gaenden aen mons.r Laurents KruusGa naar voetnoot7 bij zijner aencompste gelieft t'overleveren. | |
Boven aan de brief schreef Grotius: Rec. 30 Oct. |
|