Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten
(1992)–Louis Goosen– Auteursrechtelijk beschermdJohannes van Damascuswas de zoon van Sagur ibn Mansur, een Arabisch-christelijke minister van Financiën aan het hof van de kalief van Damascus. In deze stad werd Johannes ca. 650 geboren en werkte hij lange tijd op het bureau van zijn vader. Ca. 700 is hij, wellicht vanwege een vijandige houding van de kalief ten opzichte van christenen, naar Mar Saba bij Jeruzalem getrokken. De patriarch van die stad wijdde hem tot priester en bediende zich van de steun van deze geleerde man, die belangrijke theologische en ascetische werken publiceerde en daarnaast poëzie en hagiografische werken schreef (»Barlaam & Josaphat). Men riep zijn hulp met name in tijdens de iconoclasten-(beelden)strijd, die op grond van zijn theologie door Nicea ii, het zevende algemene concilie in 787, ten gunste van de bestreden ikonen beslecht werd. Johannes fundeerde de afbeeldbaarheid van Jezus en zijn daden op de menswording. Als het Woord werkelijk in mensengestalte is verschenen, is het dus ook afbeeldbaar en is dit beeld heilig. Het beeld ontkennen betekent de incarnatie loochenen. Van Johannes' leven is verder weinig bekend. Hij moet stokoud geworden zijn. Meer dan 100 jaar oud, stierf hij ca. 750. Een legende vertelt dat de beeldenbestrijdende keizer Leo iii hem een hand liet afhakken, die door een wonder weer aangroeide. Johannes schonk toen aan een Maria-ikoon een zilver- | |
[pagina 212]
| |
en votief-hand, die latere schilders erbij afbeeldden, waaruit een nieuw ikoon-type ontstond (Moeder Gods met drie handen; bijvoorbeeld een Servische ikoon ca. 1700). Johannes werd in het Oosten voorgesteld als een oude man met lange grijze haren en baard, een soort tulband op het hoofd, dit vanwege zijn Syrische afkomst, en in priestergewaad (zijluik van een ikoon, begin 14e eeuw, in het Sinaïklooster; samen met »Ephrem de Syriër). Men beeldde hem af op ikonen van de ‘ontslaping van Maria’ (waarover hij schreef) en bij de uitbeelding van de Mariahymne ‘Over u verheugt zich de ganse schepping’, die op zijn naam staat en ook thema van ikonen werd (fresco 1500-02 van Dionisij in het klooster te Therapontos; ivoor ca. 1550 in het museum te Zagorsk). Op de afbeelding steekt hij boven de heiligen die Maria vereren uit en reikt haar een blad met de tekst van de hymne. In Italië vindt men sporadisch een cyclus, gewijd aan de Damascener: raam 16e eeuw in de dom te Milaan; Reni, fresco ca. 1610 in de Cappella Paolonia in de Santa Maria Maggiore te Rome en schildering 1648 van Miradori Il Genovesimo in de Santa Maria Maddalena te Cremona. Van der Meer/Bartelink 1958. |
|