Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten
(1992)–Louis Goosen– Auteursrechtelijk beschermdFides(Sainte-Foi), een christen-meisje van 12 jaar, zou als oogstoffer ca. 287 te Aginnum (Agen, Lot-et-Garonne) zijn gedood met het zwaard. Op bevel van landvoogd Dacianus, die ook voorkomt in het verhaal van de diaken »Vincentius van Zaragoza, onderging zij daaraan voorafgaand een marteling op een gloeiend rooster. Haar hierbij getoonde moed wekte bewondering en leidde tot nieuwe martelaren. Een traditie rekent Caprasius, | |
[pagina 144]
| |
die vanaf de 14e eeuw voor de eerste bisschop van Agen gehouden werd, onder hen.
Al in de 5e eeuw zijn er berichten over een aan Fides gewijde memoria (grafkapel) te Agen, en in de vroege middeleeuwen vereerde men haar in de kathedraal aldaar. Fides' roem dateert vooral vanaf de gewelddadige translatie - monniken roofden uit Agen haar gebeente - in 877/83 van haar relieken naar de, door de Saracenen verwoeste en door Karel de Grote herbouwde, benedictijnerabdij te Conques (Aveyron) in de Rouergue. Conques werd een van de bekendste haltes tussen Le Puy en Moissac op de weg naar Santiago de Compostela. Er werd een, bewaard gebleven, romaanse kerk gebouwd met een iconografisch bijzonder belangrijk Laatste Oordeel op het hoogveld van de westgevel en een zeer rijke schatkamer met voornamelijk middeleeuwse reliekschrijnen. Fides, wier feest op 6 oktober gevierd wordt, werd meestal afgebeeld als een wat oudere vrouw in een lange rok en mantel, soms met kroon en rooster. Zij werd de patrones van de schrijnwerkers en de wolkaarders en hielp echtparen bij kinderloosheid. Haar beroemdste voorstelling is het gekroonde houten beeld, beslagen met goud en verguld zilver, bezet met edelstenen en voorzien van grote, starre ogen van emaille, uit het einde van de 10e eeuw in de schatkamer te Conques: een bijna afschrikwekkend primitief godinnebeeld, dat moet doorgaan voor een Sainte-Foi-en-Majesté, waarbij men andere Fides-beelden vergeet (13e-eeuws houten beeld in de kerk te Santa Fe de Lérida; zilveren beeld 1493 van P. Frechrieu uit Villefranche-de-Rouergue in de kerkschat te Conques; een 18e-eeuws beeld in de Sainte-Foi-de-Liège te Luik en een 19e-eeuws reliquiarium in de Saint-Sernin te Toulouse). Verder werd zij afgebeeld op middeleeuwse glasramen te Chartres, Winchester en Straatsburg. Een lieve Fides buigt zich vanuit haar huis of heiligdom in aanbidding voor een uit de wolken reikende hand van God op het reeds vermelde Laatste Oordeel te Conques (in de linker bovenhoek van het onderste register: boven de hemel). Cycli vindt men op een glasraam te Chartres, 15e-eeuwse fresco's in de sacristie te Conques en op ramen uit de 16e eeuw van Buron in het koor van de Sainte-Foi te Conches en op wandtapijten 1632 van Felletin in het museum te Conques. Op een 16e-eeuws reliëf in de kerk te Cernay l'Eglise (Doubs) werd Sainte-Foi op een voorstelling verwisseld met Fides, een van de dochters van de heilige »Felicitas. Uit het begin van de 19e eeuw stamt een litanie waarin, in de vorm van aanroepingen, ten behoeve van de pelgrims naar Conques, Fides' leven wordt verteld. Bernoully 1956; Bouillet z.j.; Bousquet 1948 en 1966. |
|